Les 3.1 ~ Psychische functies
Doelen
- Benoemen welke psychische functies er zijn
- Benoemen welke psychische functiestoornissen er zijn
- De verschillende groepen binnen de psychiatrie indelen volgens de DSM 5
Literatuur
- Psychiatrie, van diagnose tot behandeling (BSL)
o 2.2: Indeling volgens de DSM 5
- Psychiatrie (BSL)
o Hoofdstuk 2: Stoornissen in het psychisch functioneren
Diagnostic and Statistical Manual (DSM) Definiëring en ordening van psychische
stoornissen.
Indeling: DSM-5 wordt ingedeeld in twintig groepen psychische stoornissen op basis van een
ontwikkelingsperspectief: naarmate een stoornis vroeger in de levensloop kan optreden,
staat deze meer vooraan. Het is dus op leeftijd gericht.
Op de tweede plaats is de volgorde van de hoofdindeling gebaseerd op de mate van
verwantschap tussen de hoofgroepen: met name gelijkenissen tussen symptomen en de
aanleg of kwetsbaarheid voor het ontwikkelen van de stoornis.
Observeren = Een methode van gericht waarnemen om gegevens te verzamelen met als doel
een antwoord te vinden op een nog onbeantwoorde vraag. Observeren is een actief proces
en een vaardigheid waarbij alle zintuigen worden ingezet.
Drie hoofdgroepen van het psychisch functioneren;
- Het denken (cognitieve functies)
- Het voelen (affectieve functies)
- Het willen en doen (conatieve functies)
Stoornissen in de cognitieve functies
Cognitieve functie = Bevat zowel de globale hersenfuncties van het bewustzijn, de aandacht
en de oriëntatie, als ook de meer specifieke cognitieve functies van het
intellect, het geheugen, de waarneming en het denken.
Stoornis van bewustzijn
Het bewustzijn kan zeer algemeen worden beschreven als een toestand waardoor men een
besef heeft van zichzelf en zijn omgeving. Ook wel wakend sensorium genoemd: de
gevoeligheid voor prikkels uit zichzelf en de omgeving.
Zelfbewustzijn = Ik-bewustzijn of het reflectie bewustzijn. Het is het vermogen om
bepaalde ervaringen toe te schrijven aan de eigen persoon.
Object-bewustzijn = Behelst het weet hebben van de omgeving, de tijd, de ruimte en
andere mensen. Het stelt om ons te oriënteren in de omgeving en op andere
personen om ons heen.