Samenvatting Fundamental Rights in Europe (cijfer 10)

BELANGRIJK VOOR HET TENTAMEN
De vragen die je jezelf altijd eerst moet stellen:

1. Zit ik in EU-recht of EVRM (internationaal recht)
2. Gaat het om een EU-instelling of handelt de Staat binnen de reikwijdte van het EU-recht? (51
lid 1 en Akenberg Fransson)
3. Valt de persoon binnen de jurisdictie van het EVRM (art. 1)
4. Valt de situatie binnen the scope van een bepaald artikel?
5. Gaat het om schending van een negatieve verplichting van de Staat (dus geen respect voor
het recht) – zie week 4
6. Gaat het om schending van een positieve verplichting van de Staat (dus niet actief
beschermen en vervullen van de rechten) – zie week 6

WEEK 1
Invoke
EU-recht EVRM
Let op: check eerst of het hier wel gaat om een Let op: check eerst of het in de casus wel om
lidstaat / EU-instelling die handelt binnen de een Verdragsluitende Staat gaat én of het niet
reikwijdte van het EU-recht alvorens men zich gaat om een EU-instelling. Europa is namelijk
kan beroepen op het EU-Handvest (art. 51 EU- geen Verdragsstaat.
Handvest en Akenberg Fransson).
Het EVRM is internationaal recht. Om dit te
EU-recht heeft direct effect (Van Gend en Loos). kunnen inroepen voor een nationale rechtbank
Het EU-recht is namelijk als het ware een is het wel relevant of een Verdragspartij een
nieuwe rechtsorde en supranationaal. monistisch of dualistisch systeem heeft.

Het EU-recht is voor alle Staten bindend. Staten Monistisch -> Nationale en internationale recht
hebben immers een deel van hun soevereiniteit maken deel uit van één rechtsorde systeem.
hebben afgedragen. M.b.t. EU-recht zijn alle Individuen kunnen een rechtstreeks beroep
Staten dus monistisch. doen op het EVRM.

Het is daardoor voor individuen mogelijk om Dualistisch -> Nationale en internationale zijn
zich rechtstreeks op dit EU-recht te beroepen twee aparte rechtsorders. Individuen kunnen
zonder dat daar een omzetting voor nodig is in zich niet rechtstreeks beroepen op het EVRM.
het nationaal recht. Het internationale recht moet eerst omgezet
worden in het nationale recht alvorens een
Het gaat hier om het EU-Handvest. Omdat het individu zich hierop kan beroepen.
EU-handvest dezelfde waarde als de Verdragen
heeft (art. 6 VEU) heeft ook het EU-Handvest
direct effect en kan een individu zich daar
rechtstreeks op beroepen bij een nationale
rechtbank.

Direct effect is noodzakelijk om de rechten van
individuen te beschermen. Anders zouden
Staten de rechten van burgers kunnen
blokkeren. Het zorgt voor de uniformiteit /
harmonisatie van het EU-recht in alle lidstaten
en dit draagt bij aan de rechtszekerheid van

,burgers. Naast direct effect is het dus ook van
belang dat EU-recht voorrang heeft op het
nationale recht om de uniformiteit en
effectiviteit van het EU-recht te waarborgen en
Staten het EU-recht niet kunnen ondermijnen
voor hun eigen voordeel.

Indien een individu zich wil beroepen op een
EU-Richtlijn gelden wel een aantal
voorwaarden voor direct effect:

 Duidelijk
 Onvoorwaardelijk (kan altijd toegepast
worden).
= Duidelijk voor de rechtbank hoe hij over

de zaak dient te beslissen.



Appeal


EU-recht EVRM
Voordat het EU-Handvest direct effect en dus Verdragsluitende staten moeten de rechten in
door een individu ingeroepen kan worden bij het EVRM respecteren, beschermen en
een nationale rechtbank dient het EU-Handvest vervullen m.b.t. tot iedereen die binnen hun
wel eerst van toepassing te zijn (art. 51 lid 1 EU- jurisdictie valt op grond van art. 1 EVRM
Handvest).
Om te beoordelen of een Verdragsluitende
Staat jurisdictie heeft over een persoon,
- Handelingen van EU-instellingen beoordelen aan de hand van (Al Skeini, week 2).

- Lidstaten indien zij EU-recht
implementeren, handelen binnen
de reikwijdte van het EU-recht, het
EU-recht ten uitvoer brengen (zie
de zaak Akerberg Franson).

Why is the charter not always applicable?
De EU mag alleen optreden binnen hun
bevoegdheden (art. 5 lid 2 VEU).

Als een lidstaat handelt op basis van hun
nationale recht (vaak strafrecht of familierecht)
dan kun je je niet beroepen op het EU-Handvest
omdat de lidstaat niet heeft gehandeld binnen
de reikwijdte van het EU-Handvest (Akerberg
Franson)

,
, Supermarcy / voorrang / uniformiteit / effectiviteit


Het EU-recht heeft voorrang op nationaal recht i.v.m. uniformiteit en effectiviteit ervan

 Het doel van het EU-recht is uniformiteit en efficiëntie.

 Dit wordt bereikt doordat het EU-recht voorrang heeft op het nationale recht en;
(international Handelgschaft en Melloni).

 En doordat het EU-recht direct effect heeft (van Gend en Loos): individuen kunnen zich
daardoor rechtstreeks beroepen op EU-recht voor een nationale rechtbank. Zonder direct
effect kunnen Staten mensenrechten uit het EU-recht anders blokkeren.

 Uniformiteit van het EU-recht is van belang zodat dezelfde regels gelden voor alle
lidstaten binnen de Unie. Dit is ook ven belang voor de rechtszekerheid van burgers.

 Efficiëntie: voorrang van het EU-recht is van belang zodat Staten geen nationale regels
voor het EU-recht kunnen laten gaan om het EU-recht in hun voordeel te ondermijnen.

 Echter, nationale grondrechten vormen wel een indirecte bron voor fundamentele
rechten van EU-recht omdat EU-recht niet is opgericht voor de bescherming van
mensenrechten.



Toetreding Europa tot de Raad van Europa


Toetreding Raad van Europa

 Art. 6 lid 2 VEU: maakt het mogelijk dat de EU toetreedt tot de Raad van Europa.

 De EU en zijn organen/instanties zijn nu niet gebonden aan de bepalingen uit het EVRM.
De EU is namelijk niet toegetreden tot de Raad van Europa en dus geen partij bij het
EVRM.

 Als de EU wel zou toetreden tot de Raad van Europa, dan wordt de EU partij bij het EVRM.
De EU en zijn instellingen/organen zijn dan gebonden aan het EVRM.

 Het EHRM mag dan ook oordelen over handelingen van EU-instellingen. De EU-instellingen
zijn dan dus onderworpen aan de externe controle van het EHRM en gebonden aan
beslissingen van het EHRM. De autonomie, primaat, eenheid en effectiviteit van het EU-
recht komt dan in gevaar.

Dat EU geen partij bij EVRM is, betekent echter niet dat ECHR geen juridische relevantie heeft in
het kader van EU-recht. Op dit moment worden door EVRM twee functies vervuld in het EU-recht:

- EVRM fungeert als minimumnorm voor de bescherming van mensenrechten met
betrekking tot het EU-Handvest (art. 52 lid 3 Charter). Het Handvest mag een ruimere
bescherming bieden.