Netwerkmanagement
Leerdoelen van het vak:
1. Begrijpen hoe je effectief kan opereren in netwerken waar je als IVK’er mee te maken
hebt.
a. De student kan het belang van multi-actor netwerken benoemen
b. De student kan de organisationele uitdagingen die voortvloeien uit
netwerkarrangementen onderscheiden
c. De student is in staat impliciete spelregels in netwerkarrangementen te
herkennen en te benoemen
d. De student ziet de eigen verantwoordelijkheid in het netwerkarrangement en
kan dat door vertalen naar concrete acties.
Les 1: Multi-actor netwerken: opkomst en relevantie voor besluitvorming
Regelmatigheden van netwerk
- We geven vorm aan onze eigen netwerken, Ons netwerk vormt ons
- We worden beïnvloed door vrienden en vrienden van de vrienden van onze vrienden:
six degrees of seperation (6stappen of minder van verwijderd zijn over de wereld)
- Er zijn maar three degrees of influence
- Een netwerk heeft een eigen leven
Concept netwerken
- Is een nieuwe manier van kijken naar de wijze waarop de wereld om ons heen
verbonden is.
- Er is een sociologische noodzaak om een nieuwe manier te ontwikkelen om naar de
samenleving en de organisatievormen binnen de samenleving te kijken.
- Het is een analytisch hulpmiddel om betekenis te geven aan de sociale problemen en
daar oplossingen voor te bedenken
Ik in netwerken
a. Netwerken beginnen vanuit onze eigen identiteit
b. We positioneren onszelf en wat bij ons hoort
c. Daarmee bouwen we ons eigen netwerk en tegelijkertijd participeren we in
organisaties en de samenleving
d. Mensen hebben een aangeboren behoefte om elkaar te ontmoeten en te leren
kennen
e. We maken allemaal deel uit van de netwerksamenleving
Netwerkinstabiliteit: verbintenissen zijn niet eeuwig & afname aan betrouwbaarheid van
informatie
Netwerksamenleving: samenleving zijn in toenemende mate complex en onderling
afhankelijk
- Deze complexiteit en onderlinge afhankelijkheid is internationaal van aard
(globalisering)
Waarom denken in netwerken?
- Niets gebeurt in isolement
- kleine oorzaken kunnen grote gevolgen hebben
- Netwerken ontstaan min of meer spontaan: bottom-up
- De meeste gebeurtenissen en fenomenen hebben verbintenissen met elkaar en
worden veroorzaakt door een enorme hoeveelheid stukjes van een grote complexe
puzzel
, Wat is een netwerk?
a. Sociaal netwerk
a. Een sociaal netwerk bestaat uit een aantal mensen (organisaties) die aan
elkaar verbonden zijn door betekenisvolle sociale relaties
b. Netwerken ontstaan door het denken in verbindingen tussen personen,
organisaties en dingen
b. Computernetwerk
c. Verbindingen tussen een groep of systeem
Netwerk duidt op een structuur: nodes die aan elkaar zijn verbonden op een niet-
hiërarchische manier
Drie soorten netwerken
1. Oud (vb: politieke netwerken in India)
a. Persoonlijk: face to face
b. Informeel, geheim, latent, kettingkarakter, potentieel illegaal, materiële
belangen, reciprociteit (voor wat hoort wat)
i. Studie-object van antropologen (1960-1980)
ii. Effectief: strenght of weak ties, friends of friends, old boys networks
iii. Nut van netwerkbegrip: begrip en verklaring van sociale
verschijnselen. Bv : dynamiek in politieke allianties, organisationele
recrutering.
2. Nieuw
a. “ontdekt” door politicologen en beleidswetenschappers (1980-2000)
b. Organisationeel i.p.v. persoonlijk (diensten, afdelingen, teams,
verenigingen,partijen, lobbies) (DAD -> DDD)
c. Verklaring nieuwe netwerken : Toenemende professionalisering, globalisering,
informatietechnologie, vervlechting publiek-private organisaties [martkwerking,
deregulering]
i. Kenmerken: wederzijdse afhankelijkheden, botsende belangen (ipv
reciprociteit), relatief stabiel (ipv latent), pluriform/variëteit, dynamisch,
gesloten voor hiërarchische interventies
ii. Nut van nieuw netwerkbegrip: begrip en verklaring van sociale/
politieke verschijnselen politieke agendavorming,
beleidsbesluitvorming, beleidsuitvoering bv. Onderzoek naar verband
tussen netwerkstructuren en beleidsuitkomsten.
3. Bestuursvorm
Netwerken: een aantal actoren met verschillende belangen die voor de realisatie van hun
doelstellingen van elkaar afhankelijk zijn
Leerdoelen van het vak:
1. Begrijpen hoe je effectief kan opereren in netwerken waar je als IVK’er mee te maken
hebt.
a. De student kan het belang van multi-actor netwerken benoemen
b. De student kan de organisationele uitdagingen die voortvloeien uit
netwerkarrangementen onderscheiden
c. De student is in staat impliciete spelregels in netwerkarrangementen te
herkennen en te benoemen
d. De student ziet de eigen verantwoordelijkheid in het netwerkarrangement en
kan dat door vertalen naar concrete acties.
Les 1: Multi-actor netwerken: opkomst en relevantie voor besluitvorming
Regelmatigheden van netwerk
- We geven vorm aan onze eigen netwerken, Ons netwerk vormt ons
- We worden beïnvloed door vrienden en vrienden van de vrienden van onze vrienden:
six degrees of seperation (6stappen of minder van verwijderd zijn over de wereld)
- Er zijn maar three degrees of influence
- Een netwerk heeft een eigen leven
Concept netwerken
- Is een nieuwe manier van kijken naar de wijze waarop de wereld om ons heen
verbonden is.
- Er is een sociologische noodzaak om een nieuwe manier te ontwikkelen om naar de
samenleving en de organisatievormen binnen de samenleving te kijken.
- Het is een analytisch hulpmiddel om betekenis te geven aan de sociale problemen en
daar oplossingen voor te bedenken
Ik in netwerken
a. Netwerken beginnen vanuit onze eigen identiteit
b. We positioneren onszelf en wat bij ons hoort
c. Daarmee bouwen we ons eigen netwerk en tegelijkertijd participeren we in
organisaties en de samenleving
d. Mensen hebben een aangeboren behoefte om elkaar te ontmoeten en te leren
kennen
e. We maken allemaal deel uit van de netwerksamenleving
Netwerkinstabiliteit: verbintenissen zijn niet eeuwig & afname aan betrouwbaarheid van
informatie
Netwerksamenleving: samenleving zijn in toenemende mate complex en onderling
afhankelijk
- Deze complexiteit en onderlinge afhankelijkheid is internationaal van aard
(globalisering)
Waarom denken in netwerken?
- Niets gebeurt in isolement
- kleine oorzaken kunnen grote gevolgen hebben
- Netwerken ontstaan min of meer spontaan: bottom-up
- De meeste gebeurtenissen en fenomenen hebben verbintenissen met elkaar en
worden veroorzaakt door een enorme hoeveelheid stukjes van een grote complexe
puzzel
, Wat is een netwerk?
a. Sociaal netwerk
a. Een sociaal netwerk bestaat uit een aantal mensen (organisaties) die aan
elkaar verbonden zijn door betekenisvolle sociale relaties
b. Netwerken ontstaan door het denken in verbindingen tussen personen,
organisaties en dingen
b. Computernetwerk
c. Verbindingen tussen een groep of systeem
Netwerk duidt op een structuur: nodes die aan elkaar zijn verbonden op een niet-
hiërarchische manier
Drie soorten netwerken
1. Oud (vb: politieke netwerken in India)
a. Persoonlijk: face to face
b. Informeel, geheim, latent, kettingkarakter, potentieel illegaal, materiële
belangen, reciprociteit (voor wat hoort wat)
i. Studie-object van antropologen (1960-1980)
ii. Effectief: strenght of weak ties, friends of friends, old boys networks
iii. Nut van netwerkbegrip: begrip en verklaring van sociale
verschijnselen. Bv : dynamiek in politieke allianties, organisationele
recrutering.
2. Nieuw
a. “ontdekt” door politicologen en beleidswetenschappers (1980-2000)
b. Organisationeel i.p.v. persoonlijk (diensten, afdelingen, teams,
verenigingen,partijen, lobbies) (DAD -> DDD)
c. Verklaring nieuwe netwerken : Toenemende professionalisering, globalisering,
informatietechnologie, vervlechting publiek-private organisaties [martkwerking,
deregulering]
i. Kenmerken: wederzijdse afhankelijkheden, botsende belangen (ipv
reciprociteit), relatief stabiel (ipv latent), pluriform/variëteit, dynamisch,
gesloten voor hiërarchische interventies
ii. Nut van nieuw netwerkbegrip: begrip en verklaring van sociale/
politieke verschijnselen politieke agendavorming,
beleidsbesluitvorming, beleidsuitvoering bv. Onderzoek naar verband
tussen netwerkstructuren en beleidsuitkomsten.
3. Bestuursvorm
Netwerken: een aantal actoren met verschillende belangen die voor de realisatie van hun
doelstellingen van elkaar afhankelijk zijn