Oefententamen Gebiedsontwikkeling
Vraag 1 (20 punten)
We hebben een woningcrisis. Gebiedsontwikkeling is duur.
a) Waarom is gebiedsontwikkeling de laatste jaren te duur geworden?
planbatenheffing kan helpen het probleem van een te dure gebiedsontwikkeling op
te lossen.
b) Leg uit hoe planbatenheffing te dure planontwikkeling tegen gaan.
Vraag 2 (20 punten)
De grond- en woningmarkt vertoont kenmerken van een imperfecte markt.
a) Wat zijn de kenmerken van de grond- en woningmarkt?
b) Ligt toe hoe deze kenmerken zorgen voor een imperfecte markt?
c) wat zijn de gevolgen van deze marktimperfecties voor de werking van de
grondmarkt?
Vraag 3 (20 punten)
a) Wat is het zelfrealisatierecht?
b) Leg uit wat het gevecht om het residu is en wie er ‘vechten’ om het residu?
Vraag 4 (20 punten)
De gemeente beschikt over publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instrumenten.
a) Benoem alle instrumenten die de gemeente kan inzetten, onderverdeel in de
publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instrumenten.
b) Wat houden deze instrumenten in?
c) Wat zijn de knelpunten van deze instrumenten?
Vraag 5 (10 punten)
In hoorcollege B4 is een geanonimiseerde case besproken.
a) Waarom moest de gemeente een exploitatieplan opstellen?
b) De gemeente wilde nog iets anders bereiken met het opstellen van het opstellen
van het exploitatieplan. Wat is dat?
c)
Vraag 6 (10 punten)
voor het bepalen van de waarde van vastgoed zijn er drie waarderingsmethodes;
comparatieve benadering, inkomstenbenadering en de residuele benadering.
Vraag 1 (20 punten)
We hebben een woningcrisis. Gebiedsontwikkeling is duur.
a) Waarom is gebiedsontwikkeling de laatste jaren te duur geworden?
planbatenheffing kan helpen het probleem van een te dure gebiedsontwikkeling op
te lossen.
b) Leg uit hoe planbatenheffing te dure planontwikkeling tegen gaan.
Vraag 2 (20 punten)
De grond- en woningmarkt vertoont kenmerken van een imperfecte markt.
a) Wat zijn de kenmerken van de grond- en woningmarkt?
b) Ligt toe hoe deze kenmerken zorgen voor een imperfecte markt?
c) wat zijn de gevolgen van deze marktimperfecties voor de werking van de
grondmarkt?
Vraag 3 (20 punten)
a) Wat is het zelfrealisatierecht?
b) Leg uit wat het gevecht om het residu is en wie er ‘vechten’ om het residu?
Vraag 4 (20 punten)
De gemeente beschikt over publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instrumenten.
a) Benoem alle instrumenten die de gemeente kan inzetten, onderverdeel in de
publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instrumenten.
b) Wat houden deze instrumenten in?
c) Wat zijn de knelpunten van deze instrumenten?
Vraag 5 (10 punten)
In hoorcollege B4 is een geanonimiseerde case besproken.
a) Waarom moest de gemeente een exploitatieplan opstellen?
b) De gemeente wilde nog iets anders bereiken met het opstellen van het opstellen
van het exploitatieplan. Wat is dat?
c)
Vraag 6 (10 punten)
voor het bepalen van de waarde van vastgoed zijn er drie waarderingsmethodes;
comparatieve benadering, inkomstenbenadering en de residuele benadering.