100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting hoofdstuk 10 Geschiedenis geven

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
6
Geüpload op
25-08-2023
Geschreven in
2019/2020

Dit document bevat een samenvatting van hoofdstuk 10 uit Geschiedenis geven (4e druk).










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Hoofdstuk 9
Geüpload op
25 augustus 2023
Aantal pagina's
6
Geschreven in
2019/2020
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Hoofdstuk 10: Tijd van televisie en computer (1950-heden)

10.1 2020: Wetenschap & Technologie moet geïntegreerd zijn in curriculum van basisscholen.
Onderzoekend en ontwerpend leren is uitgangspunt. 3 subvaardigheden:
1. Onderzoeks- en ontwerpmateriaal en – instrumenten, gereedschap en apparatuur gebruiken.
2. Modellen ontwikkelen en gebruiken
3. Waarderen en oordelen.

Denkwijzen:
1. Causaal denken in oorzaak-gevolg
2. Denken in continuïteit en verandering
3. Systeemdenken
4. Perspectivistisch denken
5. Patronen herkennen en ordenen
6. Denken in schaalniveau
7. Denken in kringlopen
8. Denken in structuur-functierelaties

Geschiedenis inzetten bij W&T onderwijs is erg belangrijk en geschikt.
Een nieuwsgierige en onderzoekende houding meten is lastig. Zes aspecten van een wetenschappelijke
onderzoekende houding worden onderscheiden:
1. Wil om te begrijpen
2. Wil om te bereiken
3. Wil om te delen
4. Wil om kritisch te zijn
5. Wil om vernieuwend te zijn
6. Wil om te weten

Laat kinderen in huid van beroepen als archeoloog en historicus kruipen om ‘feiten’ van geschiedenis te
checken. Je kan de nieuwsgierige houding stimuleren door onderzoek te doen naar de eigen
familiegeschiedenis. (ideeën: zie p. 284-287).

10.2

Sociaal economische ontwikkelingen
Door de Marshallhulp veranderde de economie na WOII sterk. Mensen gingen meer werken in de
industrie, waardoor er verstedelijking plaatsvond. Dat veroorzaakte culturele veranderingen.

Tijdens de wederopbouw waren de lonen laag, zodat bedrijven de winst konden investeren. Midden in de
opbouw kwam de watersnoodramp (1953). In 1958 werd de PvdA in de coalitie ingeruild voor de VVD.
Kabinet Drees viel. Er werd de keuze gemaakt om mee bestedingsruimte voor de werknemer te geven.
Men kreeg meer loon, kortere werkweek, meer vakantie, verhoging van uitkeringen en betere
onderwijsmogelijkheden. Er werd ook een deel besteed aan hulp aan buitenland (ontwikkelingshulp). In
1964 werd de geleide loonpolitiek afgeschaft. Jaren 60 begon een welvaartsperiode. Er was veel arbeid
nodig, we hadden gastarbeiders nodig. Hierdoor ontstond een multiculturele samenleving. Sommige
bedrijven verplaatsten hun productieafdelingen naar lagelonenlanden. Rotterdamse haven werd steeds
groter door import en export. In 1959 werden gasvelden gevonden in Groningen. Groeiende economie
had effect op milieu: veel vervuiling.

Verdiende geld in jaren 50 + 60 werd gestopt in het opbouwen van een verzorgingsstaat. De individuele
burger werd onafhankelijk gemaakt van liefdadigheid of bedeling.
Woningnood bleef een aanhoudend probleem. Mensen wilde steeds jonger op zichzelf met weinig
mensen wonen, terwijl de bevolking bleef groeien. Daarom werden flats gebouwd. Maar ook

, eengezinswoningen. Mensen kochten vaker een huis. Na de oorlog woonden niet alle mensen meer op
loop- of fietsafstand van hun werk. Er werden nieuwe buitenwijken gebouwd; VINEX-locaties (Vierde Nota
Ruimtelijke Ordening Extra).
In de Flevopolder werden nieuwe steden gebouwd: Almere + Lelystad. In andere delen van NL groeiden
dorpen aan steden vast: agglomeraties.

Woningen op het platteland werden in jaren ’50 aangesloten op riolering, gas en elektriciteit. Vanaf 1970
ging het platteland verstedelijken omdat 1) ze forensengemeenten van voorsteden werden en 2) sommige
plattelandsgemeenten aangewezen werden als groeigemeenten.
Kinderen die naar de middelbare school gingen kregen vaak een fiets cadeau. Een rijk bezit in jaren ’50
was de bromfiets. Het aantal autobezitters nam sterk toe vanaf 1960.
Voordelen: economische groei voor automobielbranche, wegenbouw, aanleg en uitbating van
benzinestations en secundaire voorzieningen (wegrestaurants).
Nadelen:
- uitstoot van gassen zorgt voor verzuren van natuur.
- Aanleg van wegen gaat ten koste van de natuur.
- Files.

Oplossingen: carpoolen en elektrische auto’s en -fietsen. Thuiswerken stimuleren.

OV: door toename van auto, nam het aantal treinreizigers af. Na oliecrisis van 1973 steeg het tot het
niveau van 1963. Na 1989 nam het erg toe door de verstrekking van de ov-kaart aan alle studenten.

Nederland werd steeds luxer. Men wende eraan: consumptiemaatschappij. Negatieve gevolgen:
- Milieu aantasting door industrialisatie.
- Verspilling door overconsumptie: overgewicht + weggooien van voedsel
- Aantasting van oude sociaal-culturele structuren. Afname sociale cohesie.
- Ontkerkelijking
- Ontzuiling

Cultureel-politieke veranderingen in Nederland

Ontzuiling
NL was tot in 1960 verzuild: maatschappij was verdeeld op basis van geloofsovertuiging of
maatschappelijke opvattingen. Vier hoofdzuilen: katholiek; protestants-christelijk, socialistisch, liberaal.
Geen groep of partij bezat de meerderheid, dus er moest overlegd worden.

Er kwamen steeds meer protesten, waarbij jongeren voorop liepen. ZE voelden zicht niet meer gebonden
aan de stroming van hun ouders. Dit uitte zij door afwijkende kleding, haardracht, taal en muziek. In jaren
’60 werd dit onderdrukt door politie-inzet. Politieke partijen namen deel van de nieuwe
democratiseringsideeën over. Dit zorgde voor verandering in de traditionele politiek. De maatschappij
werd steeds vrijer en losser.

Vanaf 1955 ontstond jeugdcultuur. Kind-zijn was norm, en jong-zijn (en blijven) ideaal (ook voor
volwassenen). Je merkte het in de kleding en sport en spel. Er was meer aandacht en ruimte voor de
wereld van het kind. De volgende factoren waren belangrijk bij de geleidelijke verandering:
- Naoorlogse geboortegolf: veel jonge mensen
- Jongeren gingen langer naar school, dus hun jeugd duurde langer
- Jeugd had meer geld. Het was een interessante doelgroep voor commercie. Jeugd werd in jaren
’60 tieners genoemd.
Er waren steeds wisselende jeugdculturen vanaf de jaren ’60. Dat merkte je vooral in de muziek en mode.
In jaren ’70 en ’80 was de maatschappelijke betrokkenheid van de jeugd groot. Jeugd demonstreerde en
protesteerde veel. In het midden van jaren ’80 nam de direct politiek-maatschappelijke betrokkenheid af.
€4,69
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
joellespijkerman

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
joellespijkerman Katholieke Pabo Zwolle
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
4
Lid sinds
5 jaar
Aantal volgers
4
Documenten
26
Laatst verkocht
1 jaar geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen