6 steekproeftrekking
In exploratief onderzoek worden de respondenten op intuïtieve manier of op basis van gedrags-of
houdingscriteria geselecteerd. In conclusief onderzoek gebeurt dit met striktere procedures.
Steekproeftrekking= (sampling) selecteren van een aantal elementen uit een te bestuderen
populatie, met het doel kenmerken van de steekproef kenmerken van de populatie af leiden.
Populatie (universum) is de doelgroep waarbij het onderzoek wordt verricht.
Eén van de belangrijkste foutenbronnen in een onderzoeksopzet is de verkeerde omschrijving van
een relevante doelgroep. Ook wel een populatiespecificatiefout als gevolg van het niet onderzoeken
van de doelgroep. (Door bijvoorbeeld niet alle mensen die erbij horen mee te nemen in je doelgroep)
Steekproefkader (sampling frame) = lijst van alle leden van een te onderzoeken populatie. Hiervoor is
een overzicht nodig van alle elementen van de populatie (telefoonboek, studenten, kiesregister,
ledenlijst).
Kaderfouten kunnen opduiken als het kader (de lijst) geen perfecte weergave is van de te
onderzoeken populatie. Bijv. bij een telefoongids: fout 1 bedrijven die niet tot de populatie horen of
bewoners die verhuisd zijn. Fout 2 inwoners die niet in de telefoongids staan. (Vaste telefoon en
geheim nummer)
De kwaliteit van de steekproef wordt gedefinieerd als de mate waarin de steekproef de onderzoeker
in staat stelt populatiekenmerken correct te beschrijven. Een goede steekproef voldoet aan:
- Accuraat en representatief: een meting van de steekproef moet een onvertekend beeld van
de realiteit in de populatie geven. In een accurate steekproef zitten geen systematische
fouten.
- Precies oftewel een zo klein mogelijke steekproeffout, en een zo hoog mogelijke
betrouwbaarheid. De precisie van een steekproef omvat twee componenten: de nauwkeurig
en de betrouwbaarheid.
- Efficiënt zijn. Toelaten om uitspraken met een bepaalde precisie en accuraatheid te doen op
basis van zo klein aantal steekproefelementen. Koste efficiëntie van een steekproef is het zo
selecteren van elementen dat de kosten per element minimaal zijn.
Sampling errors (steekproeffouten) en non sampling errors (niet steekproeffouten) Steekproef of
schattingsfouten zijn onnauwkeurigheden in de meting als gevolg van de toevalsgewijze steekproef
geen perfecte weerspiegeling is van de populatie. Andere fouten zijn niet-steekproeffouten en zijn
onnauwkeurigheden van verschillende aard en waarbij de omvang niet nauwkeurig bepaald kan
worden. Zoals populatie en kaderfouten ook meetfouten en analysefouten.
Een selectiefout is een onnauwkeurigheid in de meting, als gevolg van een bepaalde selectie i.p.v. de
gehele populatie. Census= het onderzoeken van een hele populatie. Bij materiele zaken (kogels) kan
dit bijvoorbeeld niet want dan heb je niks meer. Ook is het lastig wanneer niet helemaal duidelijk is
wat het geheel is. Ook is het omslachtig, tijdrovend en duur.
6.3 Soorten steekproeven
- Probabilistische of aselecte: ieder lid heeft een a priori kans, groter dan nul om getrokken te
worden. Probabilistisch is zeer accuraat. Iedereen evengrote kans op gekozen te worden.
- niet-probabilistische (selecte): hierbij is een perfect kennis van de populatie, steekproefkader en
selectieprocedure noodzakelijk. Zeer tijdrovend en duur.
- niet restrictieve: procedures waarin geen beperkingen of voorwaarden worden opgelegd. Bij
restrictieve is dit wel het geval.
In exploratief onderzoek worden de respondenten op intuïtieve manier of op basis van gedrags-of
houdingscriteria geselecteerd. In conclusief onderzoek gebeurt dit met striktere procedures.
Steekproeftrekking= (sampling) selecteren van een aantal elementen uit een te bestuderen
populatie, met het doel kenmerken van de steekproef kenmerken van de populatie af leiden.
Populatie (universum) is de doelgroep waarbij het onderzoek wordt verricht.
Eén van de belangrijkste foutenbronnen in een onderzoeksopzet is de verkeerde omschrijving van
een relevante doelgroep. Ook wel een populatiespecificatiefout als gevolg van het niet onderzoeken
van de doelgroep. (Door bijvoorbeeld niet alle mensen die erbij horen mee te nemen in je doelgroep)
Steekproefkader (sampling frame) = lijst van alle leden van een te onderzoeken populatie. Hiervoor is
een overzicht nodig van alle elementen van de populatie (telefoonboek, studenten, kiesregister,
ledenlijst).
Kaderfouten kunnen opduiken als het kader (de lijst) geen perfecte weergave is van de te
onderzoeken populatie. Bijv. bij een telefoongids: fout 1 bedrijven die niet tot de populatie horen of
bewoners die verhuisd zijn. Fout 2 inwoners die niet in de telefoongids staan. (Vaste telefoon en
geheim nummer)
De kwaliteit van de steekproef wordt gedefinieerd als de mate waarin de steekproef de onderzoeker
in staat stelt populatiekenmerken correct te beschrijven. Een goede steekproef voldoet aan:
- Accuraat en representatief: een meting van de steekproef moet een onvertekend beeld van
de realiteit in de populatie geven. In een accurate steekproef zitten geen systematische
fouten.
- Precies oftewel een zo klein mogelijke steekproeffout, en een zo hoog mogelijke
betrouwbaarheid. De precisie van een steekproef omvat twee componenten: de nauwkeurig
en de betrouwbaarheid.
- Efficiënt zijn. Toelaten om uitspraken met een bepaalde precisie en accuraatheid te doen op
basis van zo klein aantal steekproefelementen. Koste efficiëntie van een steekproef is het zo
selecteren van elementen dat de kosten per element minimaal zijn.
Sampling errors (steekproeffouten) en non sampling errors (niet steekproeffouten) Steekproef of
schattingsfouten zijn onnauwkeurigheden in de meting als gevolg van de toevalsgewijze steekproef
geen perfecte weerspiegeling is van de populatie. Andere fouten zijn niet-steekproeffouten en zijn
onnauwkeurigheden van verschillende aard en waarbij de omvang niet nauwkeurig bepaald kan
worden. Zoals populatie en kaderfouten ook meetfouten en analysefouten.
Een selectiefout is een onnauwkeurigheid in de meting, als gevolg van een bepaalde selectie i.p.v. de
gehele populatie. Census= het onderzoeken van een hele populatie. Bij materiele zaken (kogels) kan
dit bijvoorbeeld niet want dan heb je niks meer. Ook is het lastig wanneer niet helemaal duidelijk is
wat het geheel is. Ook is het omslachtig, tijdrovend en duur.
6.3 Soorten steekproeven
- Probabilistische of aselecte: ieder lid heeft een a priori kans, groter dan nul om getrokken te
worden. Probabilistisch is zeer accuraat. Iedereen evengrote kans op gekozen te worden.
- niet-probabilistische (selecte): hierbij is een perfect kennis van de populatie, steekproefkader en
selectieprocedure noodzakelijk. Zeer tijdrovend en duur.
- niet restrictieve: procedures waarin geen beperkingen of voorwaarden worden opgelegd. Bij
restrictieve is dit wel het geval.
