Tentamen HBO-Rechten major 2.2 BESTUURSPROCESRECHT 2.2
Periode 4
Vragen
1. Het college van B&W van een gemeente wil graag dat de bomen langs de
gemeentelijke wegen netjes gesnoeid worden en geeft daartoe opdracht aan
Berend’s Groenvoorziening B.V.
a. Wanneer is bestuursrechtelijk sprake van een besluit? (5 punten)
Er is sprake van een besluit op het moment dat er sprake is van een
schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een
publiekrechtelijke rechtshandeling overeenkomstig art. 1:3 LID 1
Awb.
4 punten
b. Is in casu de beslissing van het College van B&W een bestuursrechtelijk
besluit? (5 punten)
Er is geen sprake van een bestuursrechtelijk besluit gezien het feit er
geen sprake is van een publiekrechtelijke rechtshandeling. Het
snoeien van bomen langs de gemeente weg is geen publiekrechtelijke
rechtshandeling. Het is een privaatrechtelijke overeenkomst, feitelijke
handeling (afknippen van takken) geen rechtshandeling.
5 punten
2. Een Burgemeester is verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare
orde. Hij loopt over straat en ziet een jonge man een sigarettenpeuk op de
grond gooien. De Burgemeester is woest en stormt op de jonge man af en
scheldt hem uit en zegt daar daarna “En ik ben de burgemeester hier!”
a. Het beginsel van fair play is een zo genaamd algemeen beginsel van
behoorlijk bestuur. Leg uit dat met dit beginsel bedoeld wordt? (5
punten)
Met het fair play beginsel wordt het onpartijdigheid van een
bestuursorgaan bedoeld overeenkomstig art. 2:4 LID 2 Awb. De
overheid moet zich onpartijdig opstellen bij het nemen van een
besluit. De noodzakelijke openheid en eerlijkheid moet in acht
genomen worden.
4 punten
b. Welk beginsel van bestuur zou in casus niet in acht genomen kunnen
zijn? (5 punten)
Er kan hier sprake zijn van het niet in acht nemen van het verbod
de détournement de pouvoir. Dit houdt in dat een bestuursorgaan
geen zaken mag regelen die niet binnen zijn/haar bevoegdheid