Microbiologie
Les 1 microbiële diversiteit
Eukaryoten
- Gisten (eencellige schimmels)
- Protisten (eencellige dierlijke cellen)
- Algen (eencellige planten cellen)
Tree of life bestaat uit bacterien, eukaryoten en archaea
Virussen zijn afwezig in de boom omdat in virussen geen ribosomen aanwezig zijn.
Protisten
Het is een eencellige dierlijke cel. Protisten hebben een hele diverse groep.
Parasieten
- Trichomonas vaginalis – STD
- Trypanosoma brunei – Sleeping sickness
- Plasmodium – malaria
- Toxoplasma – toxoplasmosis
Diatoms
Leven in zoet water en hebben een celwand van silica
Oomycetes (water schimmel)
Phytophtora infestans
Planten pathogeen zijn belangrijk voor de landbouw om ze er buiten te houden.
Het wordt water schimmel genoemd maar het is een protist en geen schimmel.
Amoebozoa
Bewegen door golfende bewegingen (soort rollende beweging)
- cytoplasma rekt uit en golft over de oppervlakte.
Slime molds
- dictyostelium discoideum de eencellige gaan samenklonteren en gaan aggregaten en
vormen dan uiteindelijk een fruit lichaam. Vormen dan een meercellige structuur.
Het wordt slime molds genoemd maar het is wel een protist en geen schimmel.
Fungi
zijn eukaryoten micro organismen
Het zijn gisten en schimmels
Gisten zijn eencellige en groeien door celdeling
Schimmels zijn meercellige en groeien filamenteus (een draadvormig netwerk)
De eukaryoten micro organisme hebben een celwand.
Gisten
Cel deling wordt gedaan door middel van asexuele cyclus dan een mitosis celdeling.
,Sporen deling door sexuele cyclus dan een meisose celdeing. versmelting vindt er plaats met
de kernen.
Voorbeelden van gisten:
- Saccharomyces cerevisiae (bakkersgist)
- Candida albicans (pathogeen, als het immuunsysteem beetje verstoord is dan kan deze gist
een infectie geven)
Filamenteuze schimmel
Groeien in een vertakkende draadvormige netwerken. Kan ook nog sporen worden
gevormd.
Mycelium: netwerk met fungal filaments = Hyphea
Mycelium = netwerk van hyphea
Aan de uiteindes van mycelium wordt sporen geproduceerd om zich te verspreiden
Apicale groei = de actieve groei wat aan de uiteindes zit.
Alle karakteristieke organellen vind je ook in een schimmel cel.
De top kan zich vergroten omdat er membraan blaasje worden geproduceerd aan het uiteinde
en dan versmelten ze met het bestaande membraan waardoor het steeds een stukje groter
wordt. De membraan blaasje aan het uiteinde worden ook wel Spitzenkörper genoemd.
Een continu cytosol (Coenocytic) = een porie waar mitochondrien wel door heen gaan maar
kernen niet.
, Schimmel celwand
De celwand is opgebouwd uit suikers en een aantal polymeren.
Chitin is een polymeer van N-acetylglucosamine (NAG)
Beta-glucans, mannan, galactose en cellulose zijn ook nog aanwezig. Dit zijn allemaal
suikers.
Reproductie schimmel
Asexuele reproductie (mitose)
1. Celdeling gisten
2. Filamenteuze groei (cel deling)
3. productie conidiospores
Sexuele reproductie (meiose)
- sexuele sporen (versmelting van de cellen)
Tree of life van schimmels.
Basidomucota en ascomycota zijn de
belangrijkste en grootste schimmels.
Ascomycetes
- Saccharomyces belangrijk in voedsel industrie en industriele industrie.
- Aspergillius belangrijk in voedsel industrie en industriële industrie.
- Penicillium belangrijk in voedsel industrie en pencillin productie
Ascus sporen worden er gevormt, dit wordt gevormd in een zakje.
Basidomycetes
- Agaricus bisporus (champignon)
Les 1 microbiële diversiteit
Eukaryoten
- Gisten (eencellige schimmels)
- Protisten (eencellige dierlijke cellen)
- Algen (eencellige planten cellen)
Tree of life bestaat uit bacterien, eukaryoten en archaea
Virussen zijn afwezig in de boom omdat in virussen geen ribosomen aanwezig zijn.
Protisten
Het is een eencellige dierlijke cel. Protisten hebben een hele diverse groep.
Parasieten
- Trichomonas vaginalis – STD
- Trypanosoma brunei – Sleeping sickness
- Plasmodium – malaria
- Toxoplasma – toxoplasmosis
Diatoms
Leven in zoet water en hebben een celwand van silica
Oomycetes (water schimmel)
Phytophtora infestans
Planten pathogeen zijn belangrijk voor de landbouw om ze er buiten te houden.
Het wordt water schimmel genoemd maar het is een protist en geen schimmel.
Amoebozoa
Bewegen door golfende bewegingen (soort rollende beweging)
- cytoplasma rekt uit en golft over de oppervlakte.
Slime molds
- dictyostelium discoideum de eencellige gaan samenklonteren en gaan aggregaten en
vormen dan uiteindelijk een fruit lichaam. Vormen dan een meercellige structuur.
Het wordt slime molds genoemd maar het is wel een protist en geen schimmel.
Fungi
zijn eukaryoten micro organismen
Het zijn gisten en schimmels
Gisten zijn eencellige en groeien door celdeling
Schimmels zijn meercellige en groeien filamenteus (een draadvormig netwerk)
De eukaryoten micro organisme hebben een celwand.
Gisten
Cel deling wordt gedaan door middel van asexuele cyclus dan een mitosis celdeling.
,Sporen deling door sexuele cyclus dan een meisose celdeing. versmelting vindt er plaats met
de kernen.
Voorbeelden van gisten:
- Saccharomyces cerevisiae (bakkersgist)
- Candida albicans (pathogeen, als het immuunsysteem beetje verstoord is dan kan deze gist
een infectie geven)
Filamenteuze schimmel
Groeien in een vertakkende draadvormige netwerken. Kan ook nog sporen worden
gevormd.
Mycelium: netwerk met fungal filaments = Hyphea
Mycelium = netwerk van hyphea
Aan de uiteindes van mycelium wordt sporen geproduceerd om zich te verspreiden
Apicale groei = de actieve groei wat aan de uiteindes zit.
Alle karakteristieke organellen vind je ook in een schimmel cel.
De top kan zich vergroten omdat er membraan blaasje worden geproduceerd aan het uiteinde
en dan versmelten ze met het bestaande membraan waardoor het steeds een stukje groter
wordt. De membraan blaasje aan het uiteinde worden ook wel Spitzenkörper genoemd.
Een continu cytosol (Coenocytic) = een porie waar mitochondrien wel door heen gaan maar
kernen niet.
, Schimmel celwand
De celwand is opgebouwd uit suikers en een aantal polymeren.
Chitin is een polymeer van N-acetylglucosamine (NAG)
Beta-glucans, mannan, galactose en cellulose zijn ook nog aanwezig. Dit zijn allemaal
suikers.
Reproductie schimmel
Asexuele reproductie (mitose)
1. Celdeling gisten
2. Filamenteuze groei (cel deling)
3. productie conidiospores
Sexuele reproductie (meiose)
- sexuele sporen (versmelting van de cellen)
Tree of life van schimmels.
Basidomucota en ascomycota zijn de
belangrijkste en grootste schimmels.
Ascomycetes
- Saccharomyces belangrijk in voedsel industrie en industriele industrie.
- Aspergillius belangrijk in voedsel industrie en industriële industrie.
- Penicillium belangrijk in voedsel industrie en pencillin productie
Ascus sporen worden er gevormt, dit wordt gevormd in een zakje.
Basidomycetes
- Agaricus bisporus (champignon)
