Samenvatting bestuursrecht
Periode B
Publiekrecht 1
31 januari 2022
Monica Blom
Inhoudsopgave
Samenvatting bestuursrecht...................................................................................................................1
Week 1: H1 en H2...................................................................................................................................2
Week 2: H3, H4 en H5.............................................................................................................................6
Week 3: H7, H8 en H9...........................................................................................................................17
Week 4: Besluiten van algemene strekking (H6)..................................................................................21
Week 5: herhaling week 1 t/m 4..........................................................................................................24
Week 6: H13, H14 (14.1,14.2,14.3,14.4.6) en H15 (15.1 en 15.2).........................................................25
Afkortingen
• ABRvS: Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State
• avv: algemeen verbindend voorschrift
• Awb: Algemene wet bestuursrecht
• bas: besluit van algemene strekking
• bip: besluit in primo
• bob: beslissing op bezwaar
• bo: bestuursorgaan
• CBB: College van Beroep voor het Bedrijfsleven
• CRvB: Centrale Raad van Beroep
1
,Week 1: H1 en H2
Leerdoel 1: De samenstelling, werkwijze, taken en bevoegdheden van de gemeentelijke
bestuursorganen (zijnde de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en
de burgemeester) herkennen.
• Gemeenteraad vertegenwoordigt de bevolking, bepaalt waar het geld naartoe gaat (189 e.v.
Gemwet), stelt gemeentelijke verordeningen vast (147 Gemwet) en controleert
burgemeester en het college van B&W (155, 169, 180 Gemwet).
• College van Burgemeester en Wethouders (het college van B&W) voert besluiten van de
gemeenteraad uit en voert eigen taken uit (160 Gemwet).
• Burgemeester vertegenwoordigt de gemeente “in en buiten rechte”, handhaaft de openbare
orde en zit vergaderingen van zowel de gemeenteraad als het college van B&W voor (170
e.v. Gemwet).
Ambtenaren bereiden voorstellen van de gemeenteraad en het college van B&W voor en voeren dat
uit.
Hoofd van de gemeente is de gemeenteraad.
Leerdoel 2: De bestuurlijke en politieke verhoudingen tussen gemeentelijke bestuursorganen
onderling en tussen gemeentelijke bestuursorganen en ambtenaren herkennen.
2
, Leerdoel 3: De bestuursorganen van de decentrale openbare lichamen (feitelijk alleen van de
gemeente) benoemen.
• De gemeente is een zogenaamd openbaar lichaam en dus een publiekrechtelijke
rechtspersoon. (2:1 lid 1 BW)
• Gemeenteraad (algemeen bestuur), het college van B&W (dagelijks bestuur) en de
burgemeester zijn bestuursorganen.
(6 Gemwet en 1:1 lid 1 sub a Awb)
• Ambtenaren
• dienen het algemeen belang
• worden benoemd door het college van B&W (160 lid 1 sub d Gemeentewet)
• bereiden beleid voor en voeren beleid uit
• beleid wordt vastgesteld door bestuursorganen
• kunnen namens het college van B&W en burgemeester in mandaat besluiten nemen
(afdeling 10.1.1 Awb)
Voor gemeenten geldt:
• De gemeente is een rechtspersoon (art. 2:1 lid 1 BW) die krachtens publiekrecht is ingesteld
(daar ging geen privaatrechtelijke rechtshandeling aan vooraf, maar een publiekrechtelijke
rechtshandeling).
• De organen van gemeenten zijn: de gemeenteraad, de burgemeester, het college van
burgemeester en wethouders (zie art. 6 Gemeentewet). Conclusie: Dit zijn dus
bestuursorganen in de zin van de Awb.
Leerdoel 4: De plaats van het bestuursrecht binnen het recht bepalen.
Positieve recht:
- Privaatrecht
- Publiekrecht
o Staatsrecht
o Bestuursrecht
o Strafrecht
Leerdoel 5: De bronnen van het bestuursrecht noemen.
- Internationaal recht
- Nationale regelgeving (statuut, grondwet, overige wetten in formele zin, AMvB’s (worden
door hele regering gemaakt), ministeriele regelingen, decentrale wet- en regelgeving)
- Jurisprudentie
- Ongeschreven bestuursrecht (sommige abbb. Vb: rechtszekerheidsbeginsel en
vertrouwensbeginsel)
3
Periode B
Publiekrecht 1
31 januari 2022
Monica Blom
Inhoudsopgave
Samenvatting bestuursrecht...................................................................................................................1
Week 1: H1 en H2...................................................................................................................................2
Week 2: H3, H4 en H5.............................................................................................................................6
Week 3: H7, H8 en H9...........................................................................................................................17
Week 4: Besluiten van algemene strekking (H6)..................................................................................21
Week 5: herhaling week 1 t/m 4..........................................................................................................24
Week 6: H13, H14 (14.1,14.2,14.3,14.4.6) en H15 (15.1 en 15.2).........................................................25
Afkortingen
• ABRvS: Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State
• avv: algemeen verbindend voorschrift
• Awb: Algemene wet bestuursrecht
• bas: besluit van algemene strekking
• bip: besluit in primo
• bob: beslissing op bezwaar
• bo: bestuursorgaan
• CBB: College van Beroep voor het Bedrijfsleven
• CRvB: Centrale Raad van Beroep
1
,Week 1: H1 en H2
Leerdoel 1: De samenstelling, werkwijze, taken en bevoegdheden van de gemeentelijke
bestuursorganen (zijnde de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en
de burgemeester) herkennen.
• Gemeenteraad vertegenwoordigt de bevolking, bepaalt waar het geld naartoe gaat (189 e.v.
Gemwet), stelt gemeentelijke verordeningen vast (147 Gemwet) en controleert
burgemeester en het college van B&W (155, 169, 180 Gemwet).
• College van Burgemeester en Wethouders (het college van B&W) voert besluiten van de
gemeenteraad uit en voert eigen taken uit (160 Gemwet).
• Burgemeester vertegenwoordigt de gemeente “in en buiten rechte”, handhaaft de openbare
orde en zit vergaderingen van zowel de gemeenteraad als het college van B&W voor (170
e.v. Gemwet).
Ambtenaren bereiden voorstellen van de gemeenteraad en het college van B&W voor en voeren dat
uit.
Hoofd van de gemeente is de gemeenteraad.
Leerdoel 2: De bestuurlijke en politieke verhoudingen tussen gemeentelijke bestuursorganen
onderling en tussen gemeentelijke bestuursorganen en ambtenaren herkennen.
2
, Leerdoel 3: De bestuursorganen van de decentrale openbare lichamen (feitelijk alleen van de
gemeente) benoemen.
• De gemeente is een zogenaamd openbaar lichaam en dus een publiekrechtelijke
rechtspersoon. (2:1 lid 1 BW)
• Gemeenteraad (algemeen bestuur), het college van B&W (dagelijks bestuur) en de
burgemeester zijn bestuursorganen.
(6 Gemwet en 1:1 lid 1 sub a Awb)
• Ambtenaren
• dienen het algemeen belang
• worden benoemd door het college van B&W (160 lid 1 sub d Gemeentewet)
• bereiden beleid voor en voeren beleid uit
• beleid wordt vastgesteld door bestuursorganen
• kunnen namens het college van B&W en burgemeester in mandaat besluiten nemen
(afdeling 10.1.1 Awb)
Voor gemeenten geldt:
• De gemeente is een rechtspersoon (art. 2:1 lid 1 BW) die krachtens publiekrecht is ingesteld
(daar ging geen privaatrechtelijke rechtshandeling aan vooraf, maar een publiekrechtelijke
rechtshandeling).
• De organen van gemeenten zijn: de gemeenteraad, de burgemeester, het college van
burgemeester en wethouders (zie art. 6 Gemeentewet). Conclusie: Dit zijn dus
bestuursorganen in de zin van de Awb.
Leerdoel 4: De plaats van het bestuursrecht binnen het recht bepalen.
Positieve recht:
- Privaatrecht
- Publiekrecht
o Staatsrecht
o Bestuursrecht
o Strafrecht
Leerdoel 5: De bronnen van het bestuursrecht noemen.
- Internationaal recht
- Nationale regelgeving (statuut, grondwet, overige wetten in formele zin, AMvB’s (worden
door hele regering gemaakt), ministeriele regelingen, decentrale wet- en regelgeving)
- Jurisprudentie
- Ongeschreven bestuursrecht (sommige abbb. Vb: rechtszekerheidsbeginsel en
vertrouwensbeginsel)
3
