Thematoets 10
Geschiedenis
Geschiedenis geven
0.4 hoe ontwikkelen kinderen historisch tijdsbesef
Binnen geschiedenis verschillende leertheorieën
- Jean Piaget (1896-1980)
- Denken ontwikkeld zich via een aantal fases
- Lev Vygotski (1896-1934)
- Zone van naaste ontwikkeling
- Leren gaat via associatieve (=verbinden van zaken) processen, niet al het leren en denken
gaat logisch en rationeel
- Jerome Bruner (1915-1916)
- Basisideeën moeten in samenhang snel aangeleerd worden, daarna kan kennis en inzicht
verder uitgebreid worden
- Spiraalcurriculum: dezelfde stof wordt steeds herhaald, steeds op hoger niveau
- Howard Gardner (geb. 1943)
- Theorie over meervoudige intelligentie (8)
- Verbaal-linguistisch —> goed gevoelig zijn voor taal
- Logisch-mathematisch —> sterk zijn in logisch nadenken
- Visueel-ruimtelijk —> een goed geheugen voor beelden
- Lichamelijk-kinesthetisch —> een doener die leert door te ervaren
- Muzikaal-ritmisch —> gevoel voor geluid
- Natuurlijk —> belangstelling voor natuur
- Interpersoonlijk —> goed in het begrijpen van anderen
- Intrapersoonlijk —> zelfkennis opdoen
- Kieran Egan (geb. 1942)
- Tot 7 jaar mythisch denken —> leren door verhalen
- Tot 14 jaar romantisch denken —> leerling heeft onderscheid tussen mythe en
werkelijkheid geleerd en is opzoek naar feiten
- Dan loso sch denken
- Vanaf begin volwassenheid ironisch denken
3.1 Verhalen en jeugdliteratuur
- verhalen bieden een mogelijkheid om kennis te maken met andere culturen en religies
- Met een verhaal leg je basis voor les die kinderen willen volgen
- Is didactisch middel: met name om leerlingen bij onderwerp te betrekken
- possible words: verhalen die zicht geven op `andere werkelijkheid
- Kinderen verplaatsen zich in ander persoon —> empatisch vermogen —> voor ontwikkelen van
historisch denken en redeneren is dit essentieel
- Verhaal gebruiken voor: inleiding, verduidelijking, vergroting empathie, sfeerbeeld, informatief
enz.
- Jeugdboeken zijn geëngageerd —> schrijver schrijft vooral in een historisch verhaal over
actuele kwesties en morele dilemma’s zoals oorlog en vrede, mensenrechten,
verdraagzaamheid
- Ideale historische jeugdroman valt in factie: feiten aangevuld met ctie
- Stripboeken en geschiedenis gaan goed samen
4.1 verwerking: vragen, opdrachten, toetsen
- met verwerking ga je na of de lesdoelen bereikt zijn
- Vraag of opdracht verplicht leerling tot actieve rol, maar geeft
leerkracht ook de kans om leerproces te sturen
- Meest gehanteerde methodiek is die van Benjamin Bloom, hij
maakte indeling met toenemende moeilijkheidsgraad van
denkvaardigheden: De taxonomie Bloom
- Lots en hots —> lagere en hogere denkvaardigheden
- Bloom onderscheidde 6 categorieën, taxonomie is bijgesteld door Anderson en Krathwohl
BG 1
fi fi fi
, BG
Thematoets 10
- In herziende versie worden
werkwoorden ipv
zelfstandige naamwoorden
gebruikt
- door taxonomie te gebruiken kun
je bepalen welk eindniveau
leerling moet hebben: kennis
reproduceren of toepassen
- Lagere denkorde: kennis, inzicht
en toepassing
- Hogere denkorde: analyse,
synthese en evaluatie
- Niet alle doelen bij GS makkelijk
meetbaar
8.1 Cultureel erfgoed
- erfgoed volgens sectorinstituut erfgoed: het door verschillende generaties overgebleven
materiële (objecten) en immateriële (verhalen) cultuuruitingen van een samenleving
- Erfgoed volgens Unesco: immaterieel erfgoed is levend erfgoed, het omvat sociale gewoonten,
voorstellingen, rituelen, tradities, uitdrukkingen, bijzondere kennis of vaardigheden die
gemeenschappen erkennen als een vorm van cultureel erfgoed
- Wat voor de ene groep erfgoed is hoeft voor de andere groep geen erfgoed te zijn!!!
- Historisch schoolomgeving pro el samenstellen m.b.v. zoekwijzer —> categorieën:
- Gebouwen en leefgemeenschappen
- Landschap, bewoning en verbindingen
- Grondgebruik en veranderingen daarin
- Straten, paden en pleinen
- Verscheidenheid gebouwen
- Kerkhoven en begraafplaatsen
- Voorwerpen van vroeger
- Overblijfselen die samenhangen met oude ambachten
- Publieke namen
- Musea, oudheidkamers en historische verenigingen
- Schriftelijke bronnen
- Mondelinge bronnen
- Verleden, heden en toekomst
- Kinderen aan het werk in de omgeving
9.1 Beeld
- belangrijk dat leerlingen zich bewust worden van de gekozen beelden en de informatie die de
beelden kunnen geven
- Beeldvorming van het verleden: wil zeggen dat kinderen zich een beeld kunnen vormen van het
verleden —> draait het om bij GS
- Beelden als didactisch model: het benutten van beelden in de lessituaties
- Beelden als historische bron: beelden worden gebruikt voor de beeldvorming van het verleden
- Beeldvormers in het beeldvormingsschema: het gaat om didactische werkvormen en om de
onderwijshulpmiddelen die beeldvormend werken
- Beelden kunnen gebruikt worden om kennis te testen of voor introductie van onderwerp
- Wij leren kinderen te kijken naar feiten, deze te interpreteren en conclusies uit te trekken, vrij
naar Wilschut (2013)
1. Translate
2. Interpretatie
3. Conclusie
- gra eken en tabellen zijn verhelderend —> een hele ontwikkeling wordt in een beeld gevat
- Kinderen bewust maken over betrouwbaarheid van een bron
- Beelden zijn dus didactisch hulpmiddel, juist omdat ze ook een historische bron zijn
BG 2
fi
fi