Kritische beroepssituatie - eindbeoordeling
Leerjaar 4
Datum:
Regiedocent:
Stage: … afdeling cardiologie
Instellingsdocent:
Praktijkbegeleider(s):
, Situatie
De onderstaande situatie speelde zich af gedurende mijn avonddienst op 13 januari 2022 op de afdeling
cardiologie binnen het … ziekenhuis. De beschreven situatie heeft betrekking op een meneer, welke in deze
kritische situatie beschreven wordt als meneer X.
Meneer X betreft een 88-jarige patiënt welke op 13 januari 2022 was opgenomen via de SEH wegens pijn op
de borst met de werkdiagnose NSTEMI (Non-ST Elevatie Myocard Infarct). Meneer heeft een uitgebreide
cardiale voorgeschiedenis met onder andere hypertensie, acuut anterior myocardinfarct (waarvoor een PCI
met sent in de LAD), STEMI (ST-elevatie myocardinfarct), matige linkerkamer functie met een ejectiefractie
van 40% en tweemaal decompensatio cordis bij staken van bumetanide en een secundaire NSTEMI.
Daarnaast is meneer ook bekend met een chronische nierinsufficiëntie door vastgesteld vaatlijden. Thuis had
meneer zelfstandig NTG-spray ingenomen (nitroglycerine) waardoor klachten in de ambulance naar het
ziekenhuis verminderde. Er was op basis van de voorgeschiedenis, leeftijd en wens van patiënt besloten
meneer de behandelcode 4 te geven (DNR/ DNI/ geen IC/ maximale behandeling op de afdeling.
Tijdens mijn dienst trof ik meneer kortademig aan in bed waarbij meneer aangaf klachten te ervaren van een
drukkende pijn op de borst en hierbij transpireerde. Uiteindelijk is meneer voor een gedeelte van de nacht
overgeplaatst naar de CCU ter observatie.
Onderstaande KBS heeft betrekking op bovenstaande situatie waarbij ik de zorg had voor meneer en
verschillende interventies ben gaan inzetten.
Taak
Op de afdeling cardiologie liggen patiënten opgenomen met cardiale ziekten. De klachten die deze
patiëntengroep ervaren kunnen van acute of chronische aard zijn waarbij sommige aan de nodige
ritmebewaking moeten. Op deze manier kunnen wij 24/7 het hartritme in de gaten houden en tijdig
ingrijpen. De zorgvrager die in deze kritische situatie was niet aangesloten aan de ritmebewaking. Dit was
besloten op basis van de besproken behandelcode.
In overleg met mijn collega had ik besloten de zorg van het volledige team op mij te nemen (+- 13 patiënten)
waarin ik als leerdoel had aangegeven te willen coördineren en delegeren. Mijn collega kon van mij
verwachten dat ik de kennis had om voor de patiënten te zorgen en dat ik gedurende de dienst meerdere
malen terugkoppel over de stand van zaken. Daarnaast zou ik het aangeven zodra ik hulp nodig had of over
bepaalde zaken vragen had. Gedurende de beschreven situatie komen de volgende competentie naar voren:
- Klinisch redeneren inclusief het indiceren en uitvoeren van verpleegtechnische handelingen
(competentie 1 & 3)
- Een vertrouwensrelatie aangaan gericht op gezamenlijke besluitvorming met persoonsgerichte- en
professionele communicatie (competentie 2, 4 en 5)
- Samenwerking binnen en buiten de organisatie met andere beroepsbeoefenaren (competentie 6)
- Werken volgens de principes van EBP en het gebruik maken van protocollen/ richtlijnen
(competentie 7)
- Het tonen van leiderschap tijdens de zorg en het coördineren van zorg (competentie 11 & 12)
Actie
Voorafgaand aan de avonddienst heb ik mij verdiept in de verschillende zorgvragers waarover ik de zorg had,
zo ook in de casus van meneer X. Ik las de opname reden en hoe meneer binnen was gekomen op de SEH.
Vooral dat laatste doe ik om duidelijk inzicht te krijgen in de klachten die meneer toen ervaarde zodat ik dit
eventueel tijdens mijn dienst kan uitvragen zodra dit nodig zou zijn (competentie 1). Tijdens het lezen van de
rapportage kijk ik ook naar het beleid dat wordt uitgevoerd en naar de meest recente lab uitslagen/ vitale
metingen. Bij aanvang op de afdeling besloot ik om een korte ronde te lopen langs de patiënten om een
beeld te krijgen van hoe zij er nu bij liggen en om mij voor te stellen als avonddienst (competentie 5). Dit heb
ik ook gedaan bij meneer X. Hij zat rustig op in bed en mobiliseerde zelfstandig naar het toilet met zijn
rollator.
Leerjaar 4
Datum:
Regiedocent:
Stage: … afdeling cardiologie
Instellingsdocent:
Praktijkbegeleider(s):
, Situatie
De onderstaande situatie speelde zich af gedurende mijn avonddienst op 13 januari 2022 op de afdeling
cardiologie binnen het … ziekenhuis. De beschreven situatie heeft betrekking op een meneer, welke in deze
kritische situatie beschreven wordt als meneer X.
Meneer X betreft een 88-jarige patiënt welke op 13 januari 2022 was opgenomen via de SEH wegens pijn op
de borst met de werkdiagnose NSTEMI (Non-ST Elevatie Myocard Infarct). Meneer heeft een uitgebreide
cardiale voorgeschiedenis met onder andere hypertensie, acuut anterior myocardinfarct (waarvoor een PCI
met sent in de LAD), STEMI (ST-elevatie myocardinfarct), matige linkerkamer functie met een ejectiefractie
van 40% en tweemaal decompensatio cordis bij staken van bumetanide en een secundaire NSTEMI.
Daarnaast is meneer ook bekend met een chronische nierinsufficiëntie door vastgesteld vaatlijden. Thuis had
meneer zelfstandig NTG-spray ingenomen (nitroglycerine) waardoor klachten in de ambulance naar het
ziekenhuis verminderde. Er was op basis van de voorgeschiedenis, leeftijd en wens van patiënt besloten
meneer de behandelcode 4 te geven (DNR/ DNI/ geen IC/ maximale behandeling op de afdeling.
Tijdens mijn dienst trof ik meneer kortademig aan in bed waarbij meneer aangaf klachten te ervaren van een
drukkende pijn op de borst en hierbij transpireerde. Uiteindelijk is meneer voor een gedeelte van de nacht
overgeplaatst naar de CCU ter observatie.
Onderstaande KBS heeft betrekking op bovenstaande situatie waarbij ik de zorg had voor meneer en
verschillende interventies ben gaan inzetten.
Taak
Op de afdeling cardiologie liggen patiënten opgenomen met cardiale ziekten. De klachten die deze
patiëntengroep ervaren kunnen van acute of chronische aard zijn waarbij sommige aan de nodige
ritmebewaking moeten. Op deze manier kunnen wij 24/7 het hartritme in de gaten houden en tijdig
ingrijpen. De zorgvrager die in deze kritische situatie was niet aangesloten aan de ritmebewaking. Dit was
besloten op basis van de besproken behandelcode.
In overleg met mijn collega had ik besloten de zorg van het volledige team op mij te nemen (+- 13 patiënten)
waarin ik als leerdoel had aangegeven te willen coördineren en delegeren. Mijn collega kon van mij
verwachten dat ik de kennis had om voor de patiënten te zorgen en dat ik gedurende de dienst meerdere
malen terugkoppel over de stand van zaken. Daarnaast zou ik het aangeven zodra ik hulp nodig had of over
bepaalde zaken vragen had. Gedurende de beschreven situatie komen de volgende competentie naar voren:
- Klinisch redeneren inclusief het indiceren en uitvoeren van verpleegtechnische handelingen
(competentie 1 & 3)
- Een vertrouwensrelatie aangaan gericht op gezamenlijke besluitvorming met persoonsgerichte- en
professionele communicatie (competentie 2, 4 en 5)
- Samenwerking binnen en buiten de organisatie met andere beroepsbeoefenaren (competentie 6)
- Werken volgens de principes van EBP en het gebruik maken van protocollen/ richtlijnen
(competentie 7)
- Het tonen van leiderschap tijdens de zorg en het coördineren van zorg (competentie 11 & 12)
Actie
Voorafgaand aan de avonddienst heb ik mij verdiept in de verschillende zorgvragers waarover ik de zorg had,
zo ook in de casus van meneer X. Ik las de opname reden en hoe meneer binnen was gekomen op de SEH.
Vooral dat laatste doe ik om duidelijk inzicht te krijgen in de klachten die meneer toen ervaarde zodat ik dit
eventueel tijdens mijn dienst kan uitvragen zodra dit nodig zou zijn (competentie 1). Tijdens het lezen van de
rapportage kijk ik ook naar het beleid dat wordt uitgevoerd en naar de meest recente lab uitslagen/ vitale
metingen. Bij aanvang op de afdeling besloot ik om een korte ronde te lopen langs de patiënten om een
beeld te krijgen van hoe zij er nu bij liggen en om mij voor te stellen als avonddienst (competentie 5). Dit heb
ik ook gedaan bij meneer X. Hij zat rustig op in bed en mobiliseerde zelfstandig naar het toilet met zijn
rollator.
