1.2
Ziekte en beperking:
Ziekte Beperking
Vaak tijdelijk Gaat niet over
Heeft een Heeft geen verloop
verloop
Definitie verstandelijke beperking:
- Een aangeboren of in de prille jeugd verworven beperktheid van de
geestelijke functies of
de verdere ontwikkelingsmogelijkheden daarvan. Een beperktheid die
zich uit op cognitief,
sociaal, affectief en motorisch gebied.
- Bij IQ van 70 of minder is er sprake van een beperking.
- Handicap moet voor het 18e levensjaar begonnen zijn.
Verstandelijke handicap niveaus:
1. Mensen met een diep verstandelijke handicap.
2. Mensen met een ernstige verstandelijke handicap.
3. Mensen met een matige verstandelijke handicap.
4. Mensen met een licht verstandelijke handicap.
Beperking:
- Hersenschors/contex:
Cognitieve functies
-Defect hersenschors:
Door aanleg, hersenbeschadiging of andere factoren
Getallen:
- 1% van de bevolking zijn verstandelijk beperkt (112.000 mensen).
Afkortingen:
DVB = Diep verstandelijk beperkt
EVB = Ernstig verstandelijk beperkt
MVB = Matig verstandelijk beperkt
LVB = Licht verstandelijk beperkt
Diagnostiek:
- Het ontdekken van het werkelijke probleem achter de klacht.
- Klacht wordt symptoom genoemd.
- Vergelijken met leeftijdsgenoten op verschillende schalen en tabellen.
Diagnose verstandelijke beperking:
- Vertraagde motorische ontwikkeling
- Vertraagde spraak- en taalontwikkeling
- Vertraagde spelontwikkeling
- Neurologische afwijking (aandoeningen aan het zenuwstelsel)
- Gedragsstoornissen
, 1.3
Intelligentie:
- Het vermogen van een individu om de wereld om hem heen te begrijpen
en zijn kracht om
het hoofd te bieden aan haar uitdagingen.
Intelligentietest:
- Een test om na te gaan of iemand iets kan of iets geleerd heeft. Het meet
de intelligentie.
- Gemiddelde intelligentie: IQ van 100.
- Meet: Woordenschat, rekenvaardigheid, ruimtelijk inzicht, taalsnelheid,
geheugen,
redeneren, sociaal inzicht en emotioneel functioneren.
IQ = x 100
Vaak maakt de test onderscheid tussen verbale (taal) intelligentie en
performale (doen) intelligentie. Mensen met een verstandelijke beperking
blijken vaak op het doen veel hoger te scoren.
Hormonisch en disharmonisch ontwikkelingsprofiel:
- Als iemand op performale en verbaal ongeveer gelijke scores behaald bij
een
intelligentietest heeft hij of zij een harmonisch ontwikkelingsprofiel.
Mensen met een
verstandelijke beperking hebben een disharmonisch ontwikkelingsprofiel.
Emotionele intelligentie (EQ):
- Jezelf goed kunnen uitdrukken
- Je gevoelens goed kunnen verwoorden
- Je in kunnen leven in iemand anders
- Een goede intuïtie hebben in sociale situaties
- Goed samen kunnen werken in het realiseren van doelstellingen
Indeling verstandelijke beperking:
- IQ Lager dan 20: zeer EVB
- IQ tussen de 20 en 35: EVB
- IQ tussen 35 en 55: MVB
- IQ tussen 55 en 70: LVB
- IQ tussen 70 en 90: zeer LVB
1.4
Geschiedenis van de gehandicapten zorg:
- Barmhartigheidsmodel. Opbergen en verzorgen
- Medisch model. Verplegen en verzorgen
- Ontwikkelingsmodel. Ontwikkelen en opvoeden
- Integratiemodel. Wonen en leven
- Zorg op maat. Acceptatie van een respect voor mensen met een verstandelijke
beperking
- Emancipatiemodel of burgerschapmodel. Mensen met een beperking zijn
volwaardig burger
Ziekte en beperking:
Ziekte Beperking
Vaak tijdelijk Gaat niet over
Heeft een Heeft geen verloop
verloop
Definitie verstandelijke beperking:
- Een aangeboren of in de prille jeugd verworven beperktheid van de
geestelijke functies of
de verdere ontwikkelingsmogelijkheden daarvan. Een beperktheid die
zich uit op cognitief,
sociaal, affectief en motorisch gebied.
- Bij IQ van 70 of minder is er sprake van een beperking.
- Handicap moet voor het 18e levensjaar begonnen zijn.
Verstandelijke handicap niveaus:
1. Mensen met een diep verstandelijke handicap.
2. Mensen met een ernstige verstandelijke handicap.
3. Mensen met een matige verstandelijke handicap.
4. Mensen met een licht verstandelijke handicap.
Beperking:
- Hersenschors/contex:
Cognitieve functies
-Defect hersenschors:
Door aanleg, hersenbeschadiging of andere factoren
Getallen:
- 1% van de bevolking zijn verstandelijk beperkt (112.000 mensen).
Afkortingen:
DVB = Diep verstandelijk beperkt
EVB = Ernstig verstandelijk beperkt
MVB = Matig verstandelijk beperkt
LVB = Licht verstandelijk beperkt
Diagnostiek:
- Het ontdekken van het werkelijke probleem achter de klacht.
- Klacht wordt symptoom genoemd.
- Vergelijken met leeftijdsgenoten op verschillende schalen en tabellen.
Diagnose verstandelijke beperking:
- Vertraagde motorische ontwikkeling
- Vertraagde spraak- en taalontwikkeling
- Vertraagde spelontwikkeling
- Neurologische afwijking (aandoeningen aan het zenuwstelsel)
- Gedragsstoornissen
, 1.3
Intelligentie:
- Het vermogen van een individu om de wereld om hem heen te begrijpen
en zijn kracht om
het hoofd te bieden aan haar uitdagingen.
Intelligentietest:
- Een test om na te gaan of iemand iets kan of iets geleerd heeft. Het meet
de intelligentie.
- Gemiddelde intelligentie: IQ van 100.
- Meet: Woordenschat, rekenvaardigheid, ruimtelijk inzicht, taalsnelheid,
geheugen,
redeneren, sociaal inzicht en emotioneel functioneren.
IQ = x 100
Vaak maakt de test onderscheid tussen verbale (taal) intelligentie en
performale (doen) intelligentie. Mensen met een verstandelijke beperking
blijken vaak op het doen veel hoger te scoren.
Hormonisch en disharmonisch ontwikkelingsprofiel:
- Als iemand op performale en verbaal ongeveer gelijke scores behaald bij
een
intelligentietest heeft hij of zij een harmonisch ontwikkelingsprofiel.
Mensen met een
verstandelijke beperking hebben een disharmonisch ontwikkelingsprofiel.
Emotionele intelligentie (EQ):
- Jezelf goed kunnen uitdrukken
- Je gevoelens goed kunnen verwoorden
- Je in kunnen leven in iemand anders
- Een goede intuïtie hebben in sociale situaties
- Goed samen kunnen werken in het realiseren van doelstellingen
Indeling verstandelijke beperking:
- IQ Lager dan 20: zeer EVB
- IQ tussen de 20 en 35: EVB
- IQ tussen 35 en 55: MVB
- IQ tussen 55 en 70: LVB
- IQ tussen 70 en 90: zeer LVB
1.4
Geschiedenis van de gehandicapten zorg:
- Barmhartigheidsmodel. Opbergen en verzorgen
- Medisch model. Verplegen en verzorgen
- Ontwikkelingsmodel. Ontwikkelen en opvoeden
- Integratiemodel. Wonen en leven
- Zorg op maat. Acceptatie van een respect voor mensen met een verstandelijke
beperking
- Emancipatiemodel of burgerschapmodel. Mensen met een beperking zijn
volwaardig burger