4.2 Conflictgebieden in de wereld.
Een gewapend conflict is een aanhoudende strijd waarbij in een jaar minimaal 25 doden
vallen. Er komen vooral veel gewapende conflicten voor in sub-Sahara Afrika, Zuidoost-Azië
en in de islamitische wereld.
Er zijn twee soorten gewapende conflicten:
- Internationale conflicten, speelt af tussen verschillende staten.
- Interne conflicten of burgeroorlogen, blijven meestal binnen grenzen van land.
Opstandelingen vechten tegen regering of elkaar.
Deze opstandelingen kun je vrijheidsstrijders of terroristen noemen, hangt af voor wie je
partij kiest. Terrorisme is geweld om politiek doel te bereiken, bijv zelfmoordaanslagen van
radicale moslims maar ook andere godsdiensten. Het kan ook gaan om geweld met
financieel doel, bijv drugsoorlogen.
Een intern conflict kan zich uitbreiden tot over de landsgrenzen, dan wordt het een
regionaal conflict. Dat kan komen doordat rebellen tot in een ander land worden opgejaagd
door het leger of doordat er zoveel vluchtelingen naar het buurland trekken, dat ze de
economie daar ontwrichten.
De meeste interne conflicten gaan over de macht die volkeren in een land hebben. Het
territorium is het woongebied van een volk, als er om dat gebied een grens ligt is het een
staat. Een staat heeft recht op soevereiniteit of zelfbeschikking: de staat oefent zelf de
macht uit en andere staten mogen zich niet met binnenlandse aangelegenheden bemoeien.
Wanneer de mensen in een staat voelen dat ze bij elkaar horen vormen ze een volk.
Vaak ontstaan er vervolgens conflicten doordat volken niet hun eigen staat hebben en
vinden dat ze meer macht moeten krijgen etc. Om de identiteit op het gebied van cultuur en
afkomst van een volk aan te geven wordt ook wel het woord etniciteit gebruikt.
In verschillende landen leven volken die zich er niet helemaal bij voelen horen, ze hebben
een eigen taal en cultuur en willen eigen identiteit laten zien. Wanneer volk zich vasthoud
aan eigen cultuur en geschiedenis = regionalisme.
Als een volk naar onafhankelijkheid streeft, noem je dat nationalisme. De wens tot
afscheiding heet ook wel separatisme. In plaats van complete afscheiding te tolereren
besluit een staat soms een autonome regio te vormen. De regio krijgt dan zelfbeschikking
over een aantal zaken zoals onderwijs, belastingen en politie.