‘Belastingen in het notariaat’
Toetsing van:
Casus 2
Hogeschool Leiden Opleiding HBO-Rechten
27 januari 2021
Reguliere kans
Klas RE4E Collegejaar 2, blok 2
, Levi is over twee fiscale feiten belasting verschuldigd namelijk schenkbelasting en
inkomstenbelasting.
Stap 1: Wat is de waarde van de verkrijging?
Marianne schenkt aan haar kleinzoon Levi (25) op 1 juli 2019 een bedrag van € 125.000. Marianne
schenkt dit aan Levi voor de aankoop van een woning.
De waarde van de verkrijging bedraagt € 125.000
Stap 2: Is er sprake van een vrijstelling?
In van Artikel 33 lid 7 juncto. Artikel. 33a lid 1 sub b van de Successiewet 1956.
Op grond van Artikel. 33 lid 7 van de Successiewet 1956 zijn van schenkbelasting vrijgesteld,
hetgeen wordt verkregen in alle andere gevallen, ten bedrage van €3.344, met dien verstande dat
dit bedrag voor iemand tussen 18 en 40 jaar voor één kalenderjaar, onder bij ministeriële regeling
te stellen voorwaarden, wordt verhoogd tot een bedrag van € 105.302 als het een schenking ten
behoeve van een eigen woning betreft en mits op deze vrijstelling in de aangifte een beroep wordt
gedaan.
Levi is op het moment van de verkrijging 25 jaar oud en op grond van Artikel. 33a lid 1 sub b van
de Successiewet 1956 een schenking krijgt van een bedrag ter zake van de verwerving van een
eigen woning, is in dit geval een vrijstelling van toepassing.
Levi heeft de schenking in 2019 ontvangen. De vrijstellingen van 2019 zijn dan ook van
toeppassing op de schenking. Levi ontvangt het bedrag van zijn grootmoeder. Hierdoor heeft hij
een vrijstelling van een bedrag van €2.173 (zie onderstaand tabel). Van de €2.173 hoeft er geen
aangifte gedaan te worden en er mag ook zelf bepaald worden waarvoor het bedrag gebruikt
wordt.
Waarde van verkrijging-vrijstelling=
€ 125.000- €2.173= € 122.827
Toetsing van:
Casus 2
Hogeschool Leiden Opleiding HBO-Rechten
27 januari 2021
Reguliere kans
Klas RE4E Collegejaar 2, blok 2
, Levi is over twee fiscale feiten belasting verschuldigd namelijk schenkbelasting en
inkomstenbelasting.
Stap 1: Wat is de waarde van de verkrijging?
Marianne schenkt aan haar kleinzoon Levi (25) op 1 juli 2019 een bedrag van € 125.000. Marianne
schenkt dit aan Levi voor de aankoop van een woning.
De waarde van de verkrijging bedraagt € 125.000
Stap 2: Is er sprake van een vrijstelling?
In van Artikel 33 lid 7 juncto. Artikel. 33a lid 1 sub b van de Successiewet 1956.
Op grond van Artikel. 33 lid 7 van de Successiewet 1956 zijn van schenkbelasting vrijgesteld,
hetgeen wordt verkregen in alle andere gevallen, ten bedrage van €3.344, met dien verstande dat
dit bedrag voor iemand tussen 18 en 40 jaar voor één kalenderjaar, onder bij ministeriële regeling
te stellen voorwaarden, wordt verhoogd tot een bedrag van € 105.302 als het een schenking ten
behoeve van een eigen woning betreft en mits op deze vrijstelling in de aangifte een beroep wordt
gedaan.
Levi is op het moment van de verkrijging 25 jaar oud en op grond van Artikel. 33a lid 1 sub b van
de Successiewet 1956 een schenking krijgt van een bedrag ter zake van de verwerving van een
eigen woning, is in dit geval een vrijstelling van toepassing.
Levi heeft de schenking in 2019 ontvangen. De vrijstellingen van 2019 zijn dan ook van
toeppassing op de schenking. Levi ontvangt het bedrag van zijn grootmoeder. Hierdoor heeft hij
een vrijstelling van een bedrag van €2.173 (zie onderstaand tabel). Van de €2.173 hoeft er geen
aangifte gedaan te worden en er mag ook zelf bepaald worden waarvoor het bedrag gebruikt
wordt.
Waarde van verkrijging-vrijstelling=
€ 125.000- €2.173= € 122.827