Normale ontwikkeling peuter
Grove motoriek 1,5 tot 4 jaar
- lopen
- rennen
- springen
- gooien en vangen
- klimmen en klauteren
Fijne motoriek 1,5 tot 4 jaar
- Drinkt uit een beker
- Eet met lepel en vork
- Tweehandig werk
- Spelletjes
- Begin potlood greep
- Tekenen zonder betekenis (2-3 jaar)
- Tekenen met betekenis (>3 jaar)
- Aanvang van kleuter vaardigheden
Platvoeten:
Structurele platvoet -> 1 op de 4 kinderen heeft er geen last van. Bij last zijn steunzolen
behulpzaam. De voet is in elke houding plat.
Soepele platvoet -> deze platvoet verdwijnt meestal (niet altijd). Als er geen last is hoeft hier
niets aan gedaan te worden. De platvoet verdwijnt in ander houdingen (op de tenen staan of
met afhangende benen).
Tenenlopen:
Binnen 3 tot 6 maanden moeten kinderen op platte voeten gaan lopen, de normale
voetafwikkeling treed dan op.
O- of X benen:
- In < van 5% van de gevallen is er een ernstigere reden voor de benen.
- Vanaf de leeftijd van 7 jaar worden de benen weer recht.
- Eerste jaar vooral O benen.
- 1,5 jaar vooral rechte benen.
- 2-3 jaar X benen.
- Dit komt doordat de groei schijven niet aan beide kanten tegelijk groeien, eerst
lateraal en dan weer mediaal.
Cognitieve ontwikkeling en spel:
- Rond de 2-3 jaar krijgen kinderen vorminzichten en spelen ze naast elkaar.
- Rond de 3-4 jaar gaan kinderen samenspelen, imitatie en fantasie spel en
denkspelletjes spelen. Ze zijn ook heel erg bezig met de waarom vraag. Kinderen van
deze leeftijd zijn heel erg bezig met categoriseren.
- Door het spelen word de hand-oog coördinatie van kinderen beter.
Spraak en taal ontwikkeling:
- Spraak ontwikkeling -> het leren herkennen en uitspreken van taalklanken, vooral de
ontwikkeling voor articulatie.
- Taal ontwikkeling -> ontwikkeling van de woordenschat, taalbegrip en inzicht van de
taalregels.
- Verschillende klanken horen, waarnemen en actief luisteren en goede controle over
de tong, lippen en het gehemelte zorgt voor een goede spraak ontwikkeling.
- Er moet taal aangeboden worden wil er taal ontwikkeling plaats vinden. Je moet deze
aangeboden taal ook onthouden.
Grove motoriek 1,5 tot 4 jaar
- lopen
- rennen
- springen
- gooien en vangen
- klimmen en klauteren
Fijne motoriek 1,5 tot 4 jaar
- Drinkt uit een beker
- Eet met lepel en vork
- Tweehandig werk
- Spelletjes
- Begin potlood greep
- Tekenen zonder betekenis (2-3 jaar)
- Tekenen met betekenis (>3 jaar)
- Aanvang van kleuter vaardigheden
Platvoeten:
Structurele platvoet -> 1 op de 4 kinderen heeft er geen last van. Bij last zijn steunzolen
behulpzaam. De voet is in elke houding plat.
Soepele platvoet -> deze platvoet verdwijnt meestal (niet altijd). Als er geen last is hoeft hier
niets aan gedaan te worden. De platvoet verdwijnt in ander houdingen (op de tenen staan of
met afhangende benen).
Tenenlopen:
Binnen 3 tot 6 maanden moeten kinderen op platte voeten gaan lopen, de normale
voetafwikkeling treed dan op.
O- of X benen:
- In < van 5% van de gevallen is er een ernstigere reden voor de benen.
- Vanaf de leeftijd van 7 jaar worden de benen weer recht.
- Eerste jaar vooral O benen.
- 1,5 jaar vooral rechte benen.
- 2-3 jaar X benen.
- Dit komt doordat de groei schijven niet aan beide kanten tegelijk groeien, eerst
lateraal en dan weer mediaal.
Cognitieve ontwikkeling en spel:
- Rond de 2-3 jaar krijgen kinderen vorminzichten en spelen ze naast elkaar.
- Rond de 3-4 jaar gaan kinderen samenspelen, imitatie en fantasie spel en
denkspelletjes spelen. Ze zijn ook heel erg bezig met de waarom vraag. Kinderen van
deze leeftijd zijn heel erg bezig met categoriseren.
- Door het spelen word de hand-oog coördinatie van kinderen beter.
Spraak en taal ontwikkeling:
- Spraak ontwikkeling -> het leren herkennen en uitspreken van taalklanken, vooral de
ontwikkeling voor articulatie.
- Taal ontwikkeling -> ontwikkeling van de woordenschat, taalbegrip en inzicht van de
taalregels.
- Verschillende klanken horen, waarnemen en actief luisteren en goede controle over
de tong, lippen en het gehemelte zorgt voor een goede spraak ontwikkeling.
- Er moet taal aangeboden worden wil er taal ontwikkeling plaats vinden. Je moet deze
aangeboden taal ook onthouden.