Samenvatting Belastingrecht H10, Omzetbelasting

Samenvatting omzetbelasting bama H10

10.1 Inleiding
10.2 Wat is omzetbelasting?
10.2.1 Inleiding
Omzetbelasting is een algemene, indirecte verbruiksbelasting in de lidstaten van
de EU.
Verbruiksbelasting: Geheven over het verbruik door consumenten.
Algemeen: Niet op een specifiek goed drukkend (dus geen accijnzen).
Indirect: Niet voldaan door verbruiker, maar door ondernemer.

10.2.2 Invloed Unie
Er is geregeld dat binnen de EU ieder land hetzelfde systeem (richtlijnen)
gebruikt, zodat er niet dubbel wordt belast. Alle landen binnen de EU hebben
dezelfde begrippen en hetzelfde stelsel. De regels binnen de landen moeten aan
de richtlijnen van de EU voldoen.

10.3 Wie moet omzetbelasting voldoen?
10.3.1 Inleiding
De consument is degene die uiteindelijk de omzetbelasting betaalt. Maar de
ondernemer is , uitzonderingen daargelaten, degene die de omzetbelasting moet
innen en daarna voldoen aan de fiscus. De ondernemer is hier dus de
belastingplichtige

10.3.2 Ondernemer
- Een ondernemer is een ieder die een bedrijf of beroep zelfstandig uitoefent (art.
7 Wet OB), "Een ieder" is zowel een natuurlijk persoon als een rechtspersoon of
samenwerkingsverband.
Nationaliteit: Belastbaar voor de wet OB wanneer er in Nederland belaste
prestaties worden verricht.
- Voor de wet IB zijn de afzonderlijke personen binnen de vof de ondernemers,
voor de wet OB is de vof de ondernemer.
- De bv is pas ondernemer voor de Wet OB als de oprichtingsakte bij de notaris is
gepasseerd.
- Bij de bv i.o. is de oprichter de btw-ondernemer.
Bedrijf: Een organisatie van kapitaal en arbeid die erop gericht is om in een
duurzaam streven deel te nemen aan het economische verkeer. (geen
winststreven, zoals bij de Wet IB wel het geval is)

- Normaal vermogensbeheer wordt niet gezien als ondernemerschap, tenzij art.7
lid 2b Wet OB van toepassing is (quasi-ondernemerschap). Een voorbeeld van
exploitatie is verhuren.
- Voor het ondernemerschap mag geen sprake zijn van een incidentele prestatie.
Er moet regelmatig worden deelgenomen aan het maatschappelijke verkeer.

- Uit de jurisprudentie blijkt dat er geen sprake is van deelname aan het
economische verkeer als alle prestaties 'om niet' (gratis) worden verricht.

Symbolische vergoeding: Zie voorbeeld blz. 467 bama

- Met het begrip 'zelfstandig' wordt bedoeld dat mensen in ondergeschiktheid,
bijvoorbeeld in een dienstbetrekking, niet als ondernemer worden aangemerkt.
Een aantal relevante elementen hierbij zijn (ontbreken van één element betekent
niet direct dat de persoon geen OB-ondernemer is):

1

, - Het lopen van financieel risico;
- De vrijheid om de werktijden zelf te bepalen;
- De aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst;
- Het aantal opdrachtgevers;
- Het gebruik van eigen bedrijfsmiddelen;
- de verplichting om de arbeid persoonlijk te verrichten.
Ondernemer voor de Wet OB:
- Een ieder die een bedrijf of beroep zelfstandig uitoefent
- Bedrijf: een organisatie van kapitaal en arbeid, waarbij zelfstandig duurzaam
prestaties worden verricht in het economische verkeer, of
- Exploitatie van vermogensbestanddeel
Zie voorbeeld blz. 468 bama

- Een ondernemer valt onder de Wet OB voor zover hij zijn prestaties verricht in
het kader van zijn onderneming. Als hij daarnaast andere prestaties
verricht(nevenwerkzaamheden), vallen deze alleen onder de Wet OB als zij
verband houden met de activiteiten van zijn onderneming.

10.3.3 Overheid
Volgens art. 7 lid 3 Wet OB kunnen de rijksoverheid, prvoncies, gemeenten,
waterschappen, etc. ondernemer zijn voor de Wet OB (fictie).
- De overheid is geen ondernemer indien zij optreedt als overheid.
- In het algemeen kan worden gesteld dat als de overheid in concurrentie treedt
met andere ondernemers, zij als ondernemer optreedt en dus onder de Wet OB
valt. De overheid moet dan wel voldoen aan alle voorwaarden voor het
ondernemerschap voor de Wet OB.
Zie voorbeeld blz. 469 bama

10.3.4 Fiscale eenheid
- Fiscale eenheid kan ook als één ondernemer worden gezien voor de Wet OB.
Voorwaarden fiscale eenheid (cumulatief!):
- Financiële verwevenheid,
- Organisatorische verwevenheid, en
- Economische verwevenheid.
Uitleg:
- Financiële verwevenheid,
Ten minste een meerderheid van de aandelen in elk van de vennootschappen,
direct of indirect in dezelfde handen is. Dit laatste kan ook betekenen dat een
meerheid van de aandelen in handen is van dezelfde groep personen, mits die
personen ten aanzien van de ondernemingen als eenheid samenwerken. Zie
bovenste voorbeeld blz. 470 bama
- Organisatorische verwevenheid, en
Als eenzelfde persoon of dezelfde groep van personen de bestuursfuncties in de
verschillende ondernemingen vervult. (gezamenlijke leiding).
- Economische verwevenheid.
Hiervan is sprake indien:
- De activiteiten van de ondernemingen in hoofdzaak strekken tot de
verwezenlijking van eenzelfde economisch doel, of
- De activiteiten van de ene onderneming in hoofdzaak worden verricht ten
behoeve van de andere onderneming. In hoofdzaak wil zeggen: niet incidenteel,
en voor meer dan de helft van de prestaties.
Zie voorbeeld blz. 471 bama

De gevolgen van een fiscale eenheid zijn bijvoorbeeld:

2