Aardrijkskunde samenvatting hoofdstuk 4
4.1
Opbouw van Berlijn
Berlijn ontstond op en rond een eiland in de rivier van de Spree. Daar ligt de
historische binnenstad. Vanuit daar breidde de stad zich uit. Na ongeveer 1870
werd de industrie belangrijk. Veel fabrieken vestigden zich langs het water en
bij spoorwegen. Veel mensen kwamen naar de stad om in de fabrieken te
werken. In een cirkel rondom de binnenstad werden huizen aangelegd. (=oude
woonwijken: dichtbebouwd, grote woonblokken van vier of vijf verdiepingen.)
daarbuiten lag een ring met ruime woonwijken.
De Muur
Na de Tweede Wereldoorlog werd de stad verdeeld in twee delen: Oost-Berlijn
(Russen de macht) en West-Berlijn (Amerikanen, Engelen en Fransen de
macht). Miljoenen Oost-Duitsers vluchtten naar het Westen. Op 13 augustus
1961 werd de bouw van de Berlijnse muur gestart.
- Het stadscentrum lag in Oost-Berlijn.
- Brede strook niemandsland aan de rand van de Muur, alle bebouwing
daar werd gesloopt.
Weer één stad
Op 9 november 1989 viel de Muur. Daardoor werd het weer één stad.
- De inrichting van lege gebieden langs de muur.
- Vernieuwing van oude woonwijken.
- ‘Niemandsland’ werd opnieuw ingericht met appartementen en
uitgaansmogelijkheden.
- Nieuwe regeringsgebouwen onder het gebouw van het Duitse
parlement.
- Er was op grote schaal stedelijke vernieuwing nodig, doordat oude
steden slecht waren onderhouden.
- Gentrificatie = de oude bewoners kunnen de huur en koopprijzen niet
meer kunnen betalen. Rijkere bewoners nemen hun plekken in.
Suburbanisatie en re- urbanisatie
- Na de val van de Muur gingen veel mensen in dorpen en voorsteden
wonen, waar ze een huis met tuin kochten.
- Veel jonge mensen willen in Berlijn wonen omdat ze het trendy en cool
vinden.
4.1
Opbouw van Berlijn
Berlijn ontstond op en rond een eiland in de rivier van de Spree. Daar ligt de
historische binnenstad. Vanuit daar breidde de stad zich uit. Na ongeveer 1870
werd de industrie belangrijk. Veel fabrieken vestigden zich langs het water en
bij spoorwegen. Veel mensen kwamen naar de stad om in de fabrieken te
werken. In een cirkel rondom de binnenstad werden huizen aangelegd. (=oude
woonwijken: dichtbebouwd, grote woonblokken van vier of vijf verdiepingen.)
daarbuiten lag een ring met ruime woonwijken.
De Muur
Na de Tweede Wereldoorlog werd de stad verdeeld in twee delen: Oost-Berlijn
(Russen de macht) en West-Berlijn (Amerikanen, Engelen en Fransen de
macht). Miljoenen Oost-Duitsers vluchtten naar het Westen. Op 13 augustus
1961 werd de bouw van de Berlijnse muur gestart.
- Het stadscentrum lag in Oost-Berlijn.
- Brede strook niemandsland aan de rand van de Muur, alle bebouwing
daar werd gesloopt.
Weer één stad
Op 9 november 1989 viel de Muur. Daardoor werd het weer één stad.
- De inrichting van lege gebieden langs de muur.
- Vernieuwing van oude woonwijken.
- ‘Niemandsland’ werd opnieuw ingericht met appartementen en
uitgaansmogelijkheden.
- Nieuwe regeringsgebouwen onder het gebouw van het Duitse
parlement.
- Er was op grote schaal stedelijke vernieuwing nodig, doordat oude
steden slecht waren onderhouden.
- Gentrificatie = de oude bewoners kunnen de huur en koopprijzen niet
meer kunnen betalen. Rijkere bewoners nemen hun plekken in.
Suburbanisatie en re- urbanisatie
- Na de val van de Muur gingen veel mensen in dorpen en voorsteden
wonen, waar ze een huis met tuin kochten.
- Veel jonge mensen willen in Berlijn wonen omdat ze het trendy en cool
vinden.