Burgerlijk procesrecht
Samenvatting
Inhoudsopgave
INLEIDING ....................................................................................................................................................... 2
GRONDBEGINSELEN ........................................................................................................................................ 4
PROCEDURE IN EERSTE AANLEG...................................................................................................................... 6
DAGVAARDINGSPROCEDURE ...................................................................................................................................... 7
VERZOEKSCHRIFTPROCEDURE ................................................................................................................................... 12
BEWIJS ......................................................................................................................................................... 13
EXECUTIE EN BESLAG .................................................................................................................................... 15
HOGER BEROEP ............................................................................................................................................ 19
,Inleiding
Digitaal procederen:
In de civiele procedure is de papieren procedure gangbaar. Maar men wil overstappen op
een digitale procedure (in het licht van de KEI-wetgeving), maar dit is mislukt. Ook de
pilotgerechten zijn met een wetswijziging weer terug gegaan naar op papier procederen.
De procedures onder de KEI-wetgeving zullen ook niet meer aanvangen met een
dagvaarding of verzoekschrift maar met een procesinleiding.
Het digitale horen van partijen is niet expliciet opgenomen in het Wetboek van
rechtsvordering maar het is ook niet uitgesloten. Deze mogelijkheid is namelijk expliciet als
mogelijkheid in de Europese Bewijsverordening opgenomen.
Covid:
Alleen urgente zittingen mochten doorgaan. Partijen kunnen door de tijdelijke wet Covid
verplicht worden deel te nemen via skype.
Burgerlijk procesrecht:
Functies:
- Bedreigingsfunctie
- Politionele functie (bescherming tegen eigenrichting)
- Rechtsontwikkelingsfunctie
(Nederland kent traditioneel geen precedentenstelsel, maar hier wordt wel aan
vastgehouden)
- Rechtseenheidsfunctie
Men moet wel procesbelang hebben, anders is er sprake van misbruik van de
procesbevoegdheid en dit wordt afgestraft (art. 3:303 BW).
Beslissingen die in kracht van gewijsde zijn gegaan, hebben in een ander geding tussen
partijen dezelfde bindende kracht (art. 236 Rv). Dit geschiedt nadat een vonnis kracht van
gewijsde heeft gekregen (er geen rechtsmiddelen meer open staan).
à niet bij kort geding
à hier moet wel door partijen zelf een beroep op worden gedaan (lid 3)
Procespartijen:
Art. 79 Rv: verplichte procesvertegenwoordiging, behalve bij kantonzaken (art. 93 Rv).
- Formele procespartij: degene die de benodigde beslissingen in de procedure neemt
- Materiele procespartij: degene die jegens de wederpartij i n de procedure gebonden
en gerechtigd wordt door de uitspraak van de rechter.
Indien je partijen (zowel eisers als gedaagden) samen in een zaak optrekt, moet dit wel
doelmatig zijn. De zaak kan op verzoek van een der partijen, dan wel ambtshalve door de
rechter gesplitst worden.
, Art. 210 e.v. Rv: indien een derde in vrijwaring wordt betrokken. Hiervoor moet je
toestemming krijgen van de rechter. Er lopen dan twee procedures (parallel) naast elkaar.
Een vrijwaringsprocedure is een bijzondere procedure die parallel loopt met een hoofdprocedure. Het doel is
om bij een veroordeling direct de schade op de in vrijwaring opgeroepen derde te verhalen. Bijvoorbeeld naar
een verzekeringsmaatschappij waarbij hij zich tegen de schade heeft verzekerd. Of als de schuldenaar iets heeft
gedaan of nagelaten (hetgeen tot schade heeft geleid) op onjuist advies van een deskundige.
Art. 3:305a BW jo. titel 14a Rv: de mogelijkheid om via een claimorganisatie te procederen.
Je kunt hierbij ook schadevergoeding vorderen. De gedupeerde zijn dan geen partij, maar de
claimorganisatie komt wel voor hun belangen op.
Rechter:
Absolute competentie:
- In eerste aanleg
o Rechtbank (art. 42 RO)
§ Evt. kantonrechter (art. 93 Rv)
§ Voorzieningenrechter (art. 254 e.v. Rv)
- In appél
o Hof
- Cassatie
o Hoge Raad
Relatieve competentie:
Art. 99 e.v. Rv
Arbitrage: particuliere rechtspraak, in de wet geregeld, vonnis (art. 1020 e.v. Rv)
Voordelen:
- Specifieke deskundigheid (je hebt invloed op de keuze van de arbiter, dit heb je niet bij de
rechter)
- Snellere rechtsgang (?)(niet altijd het geval)
- Geen verplichte procesvertegenwoordiging
- Geen openbaarheid
à het arbitraal vonnis geeft geen executoriale titel, hiervoor zal eerst nog verlof van de
voorzieningenrechter benodigd zijn (Art. 1062 Rv)
Mediation: Europese Mediationrichtlijn, vaststellingsovereenkomst. Vorm van
conflictoplossing waarin partijen zelf tot een oplossing komen met behulp van een
onafhankelijke, onpartijdige derde die alleen het proces van communicatie tussen partijen
begeleidt. Dit mondt uit in een vaststellingsovereenkomst.
- Vrijwilligheid van partijen
- Geheimhouding
Bindend advies: particuliere rechtspraak, niet in de wet geregeld, vaststellingsovereenkomst
(art. 7:900 BW). Dit kent geen wettelijke regeling. (Denk aan de rijdende rechter).
Zowel mediation als bindend advies mondt uit in een vaststellingsovereenkomst zoals
bedoeld in artikel 7:900 BW
Samenvatting
Inhoudsopgave
INLEIDING ....................................................................................................................................................... 2
GRONDBEGINSELEN ........................................................................................................................................ 4
PROCEDURE IN EERSTE AANLEG...................................................................................................................... 6
DAGVAARDINGSPROCEDURE ...................................................................................................................................... 7
VERZOEKSCHRIFTPROCEDURE ................................................................................................................................... 12
BEWIJS ......................................................................................................................................................... 13
EXECUTIE EN BESLAG .................................................................................................................................... 15
HOGER BEROEP ............................................................................................................................................ 19
,Inleiding
Digitaal procederen:
In de civiele procedure is de papieren procedure gangbaar. Maar men wil overstappen op
een digitale procedure (in het licht van de KEI-wetgeving), maar dit is mislukt. Ook de
pilotgerechten zijn met een wetswijziging weer terug gegaan naar op papier procederen.
De procedures onder de KEI-wetgeving zullen ook niet meer aanvangen met een
dagvaarding of verzoekschrift maar met een procesinleiding.
Het digitale horen van partijen is niet expliciet opgenomen in het Wetboek van
rechtsvordering maar het is ook niet uitgesloten. Deze mogelijkheid is namelijk expliciet als
mogelijkheid in de Europese Bewijsverordening opgenomen.
Covid:
Alleen urgente zittingen mochten doorgaan. Partijen kunnen door de tijdelijke wet Covid
verplicht worden deel te nemen via skype.
Burgerlijk procesrecht:
Functies:
- Bedreigingsfunctie
- Politionele functie (bescherming tegen eigenrichting)
- Rechtsontwikkelingsfunctie
(Nederland kent traditioneel geen precedentenstelsel, maar hier wordt wel aan
vastgehouden)
- Rechtseenheidsfunctie
Men moet wel procesbelang hebben, anders is er sprake van misbruik van de
procesbevoegdheid en dit wordt afgestraft (art. 3:303 BW).
Beslissingen die in kracht van gewijsde zijn gegaan, hebben in een ander geding tussen
partijen dezelfde bindende kracht (art. 236 Rv). Dit geschiedt nadat een vonnis kracht van
gewijsde heeft gekregen (er geen rechtsmiddelen meer open staan).
à niet bij kort geding
à hier moet wel door partijen zelf een beroep op worden gedaan (lid 3)
Procespartijen:
Art. 79 Rv: verplichte procesvertegenwoordiging, behalve bij kantonzaken (art. 93 Rv).
- Formele procespartij: degene die de benodigde beslissingen in de procedure neemt
- Materiele procespartij: degene die jegens de wederpartij i n de procedure gebonden
en gerechtigd wordt door de uitspraak van de rechter.
Indien je partijen (zowel eisers als gedaagden) samen in een zaak optrekt, moet dit wel
doelmatig zijn. De zaak kan op verzoek van een der partijen, dan wel ambtshalve door de
rechter gesplitst worden.
, Art. 210 e.v. Rv: indien een derde in vrijwaring wordt betrokken. Hiervoor moet je
toestemming krijgen van de rechter. Er lopen dan twee procedures (parallel) naast elkaar.
Een vrijwaringsprocedure is een bijzondere procedure die parallel loopt met een hoofdprocedure. Het doel is
om bij een veroordeling direct de schade op de in vrijwaring opgeroepen derde te verhalen. Bijvoorbeeld naar
een verzekeringsmaatschappij waarbij hij zich tegen de schade heeft verzekerd. Of als de schuldenaar iets heeft
gedaan of nagelaten (hetgeen tot schade heeft geleid) op onjuist advies van een deskundige.
Art. 3:305a BW jo. titel 14a Rv: de mogelijkheid om via een claimorganisatie te procederen.
Je kunt hierbij ook schadevergoeding vorderen. De gedupeerde zijn dan geen partij, maar de
claimorganisatie komt wel voor hun belangen op.
Rechter:
Absolute competentie:
- In eerste aanleg
o Rechtbank (art. 42 RO)
§ Evt. kantonrechter (art. 93 Rv)
§ Voorzieningenrechter (art. 254 e.v. Rv)
- In appél
o Hof
- Cassatie
o Hoge Raad
Relatieve competentie:
Art. 99 e.v. Rv
Arbitrage: particuliere rechtspraak, in de wet geregeld, vonnis (art. 1020 e.v. Rv)
Voordelen:
- Specifieke deskundigheid (je hebt invloed op de keuze van de arbiter, dit heb je niet bij de
rechter)
- Snellere rechtsgang (?)(niet altijd het geval)
- Geen verplichte procesvertegenwoordiging
- Geen openbaarheid
à het arbitraal vonnis geeft geen executoriale titel, hiervoor zal eerst nog verlof van de
voorzieningenrechter benodigd zijn (Art. 1062 Rv)
Mediation: Europese Mediationrichtlijn, vaststellingsovereenkomst. Vorm van
conflictoplossing waarin partijen zelf tot een oplossing komen met behulp van een
onafhankelijke, onpartijdige derde die alleen het proces van communicatie tussen partijen
begeleidt. Dit mondt uit in een vaststellingsovereenkomst.
- Vrijwilligheid van partijen
- Geheimhouding
Bindend advies: particuliere rechtspraak, niet in de wet geregeld, vaststellingsovereenkomst
(art. 7:900 BW). Dit kent geen wettelijke regeling. (Denk aan de rijdende rechter).
Zowel mediation als bindend advies mondt uit in een vaststellingsovereenkomst zoals
bedoeld in artikel 7:900 BW
