100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting hoor- en werkcolleges Familievermogensrecht ()

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
29
Geüpload op
24-03-2022
Geschreven in
2021/2022

Zeer complete samenvatting van het mastervak Familievermogensrecht. Een volledige uitwerking van de hoor- en werkcolleges, op zeer overzichtelijke manier samengevat. Uitwerking van de behandelde jurisprudentie en wetsartikelen, met uitgewerkte voorbeelden. Ik heb zelf dit vak in 1x afgerond met een 8, dus gegarandeerd succes!

Meer zien Lees minder










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
24 maart 2022
Aantal pagina's
29
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting Familievermogensrecht
HC week 1
Huwelijksvermogensrecht
Actuele stand van zaken
- Sinds 1 januari 2018 nieuwe standaard, wetsvoorstel 33987
- Alleen voor huwelijken gesloten vanaf 1 januari 2018
- Dus: lange tijd 2 stelsels van huwelijksvermogensrecht naast elkaar
- Tegenwoordig: wijziging van huwelijksgemeenschap van goederen, dan omzetten naar beperkte
gemeenschap van goederen

Rechten en verplichtingen van echtgenoten
Rechten en verplichtingen van echtgenoten - art. 1:81 BW
- Getrouwheid, hulp en bijstand
- Sanctie als je je daar niet aan houdt? à Niet echt afdwingbaar, zo volgt uit jurisprudentie
- Elkander het nodige verschaffen, art. 1:81 tweede zin BW, uitwerking in art. 1:84 BW
o Doorwerking na huwelijk? (art. 1:156 BW)
 Art. 1:158 BW à anders afspreken voor en na echtscheiding, maar niet voor het
huwelijk

Rechten en verplichtingen van echtgenoten - art. 1:82 BW
- Verzorging en opvoeding van de kinderen (jegens elkander)
- Samenwonen is niet langer een voorwaarde
o Behalve bij samenwoners, dan wel
- In de plaats daarvan nu art. 1:83 BW
o ‘Elkaar inlichtingen verschaffen’

Rechten en Art. 1:84 BW, draagplicht kosten der huishouding
- Kosten van de huishouding: kosten dienstbaar aan het lichamelijk en geestelijk welzijn van
echtgenoten en kinderen passend bij de levensstandaard
o Bijv. voedsel, opleiding, medische behandeling, woninginrichting, recreatie (hobby’s) etc.
- Kinderen:
o In ieder geval de gezamenlijke kinderen, maar ook adoptie-/pleegkinderen en de tot het gezin
behorende stiefkinderen
- Uitwerking in art. 1:84 BW
o Onderscheiden verhaalbaarheid, aansprakelijkheid en draagplicht à p. 38 boek
Verstappen/Burgerhart, H2.6
- Draagplicht: wie uiteindelijk de uitgaven/kosten moet dragen
 Bijv. echtgenoot koopt tv
 Wie moet dan daadwerkelijk betalen?
- Fourneerplicht: wie zorgt ervoor dat het geld er is
à Gemene inkomen à Privé-inkomens naar evenredigheid à Gemene vermogen (het vermogen dat in de
gemeenschap valt, er moet dan wel een gemeenschap zijn) à Privévermogens naar evenredigheid

Art. 1:84 lid 2 BW: fourneerplicht
- Verplichting tot ter beschikking stellen van midddelen
o Overeenkomstig de draagplicht (lid 1)
o Uit o.a. bestuur staande goederen (art. 1:90 lid 1 BW)
- Meer betaald dan draagplichtig/te veel bijgedragen aan de kosten van de huishouding? à
Vergoedingsrecht
o Vgl. HR: Ter Kuile/Kofman
 Verrekening moet binnen redelijke termijn, ongeveer binnen 1 jaar, maar
vorderingen tussen echtelieden verjaren niet, art. 3:320 jo. Art. 3:321 lid 1 sub a BW
 Afrekening dient periodiek plaats te vinden
- Afwijken van art. 1:84 BW? Dit kan!
o Je kan bijv. huwelijkse voorwaarden maken/wijzigen
 Eenmaal in huwelijkse voorwaarden, dan wijziging ook bij huwelijkse voorwaarden

, o Je kan ook onderhands/schriftelijk overeenkomst opmaken dat je bijv. 50/50 kosten van de
huishouding draagt, bijv. de kosten voor de opvoeding van de kinderen, in beginsel ook voor
stiefkinderen
- Onderhoudsplicht bij niet samenwonen?
o Geldt ook wanneer echtelieden niet samenwonen!
HR: Ter Kuile/Kofman:
- De vrouw werkte voor haar man
- Haar salaris werd direct overgemaakt aan de man
- Er was geen gemeenschap van goederen, maar er was wel sprake van een gemeenschappelijk
huishouden
- Vrouw vordert een deel van haar salaris terug, voor het laatste jaar voorafgaand aan de echtscheiding
- De vrouw moest naar eigen zeggen wel een deel bijdragen in de kosten van de huishouding, maar niet
haar volledige salaris, dat was te veel, zij heeft dus te veel bijgedragen en wil een vergoeding
- HR: “In een geval waarin de kosten van de huishouding ten laste zijn gekomen van het inkomen van
een echtgenoot die niet in de kosten behoefde bij te dragen, of in geval waarin die kosten voor een
groter bedrag ten laste van het inkomen van een echtgenoot zijn gekomen dan waartoe hij in die
kosten moet bijdragen, aanleiding bestaat tot vergoeding van de andere echtgenoot. Dit is een
periodieke afrekening en gebeurt jaarlijks. Mevrouw was eiser in de zaak en zij eiste het bedrag van
haar salaris over de eerste maanden van 1985 en het in dat tijdvak tot uitkering gekomen
vakantiegeld. Uit haar gedragingen blijkt dat zij haar recht heeft verwerkt van de vorderingen van het
vorige salaris.”
- Hier speelde ook de casus van rechtsverwerking, waardoor de vrouw in beginsel ook niet meer gebruik
kan maken van haar vergoedingsrecht
- HR: is het hier deels mee eens, behalve het stuk van ‘een jaar voor het einde huwelijk’
o Afrekening dient periodiek plaats te vinden
o R.o. 3.4: ‘heeft het Hof zonder nadere motivering ook afgeleid dat de vrouw ook haar recht
heeft verwerkt om afdracht te vorderen van het bedrag van haar salaris over de eerste maanden
van 1985’ (jaar voorafgaand aan de scheiding) en het in die periode verworven vakantiegeld. Uit
het voorgaande volgt dat een dergelijke afdracht in beginsel pas na 31 december 1985 aan de
orde zou komen’
o De HR zegt dus voor de voorafgaande jaren klopt het allemaal, maar de vrouw kan over het
laatste jaar haar vorderingsrecht inroepen’
o De vrouw krijgt haar geld van het afgelopen jaar nog terug
à Maar wanneer moet je dat dan vorderen?
o De Hoge Raad oordeelt dat de afrekening volgens art. 1:84 lid 1 BW dan wel een
andersluidende afspraak inzake de draagplicht van de kosten van huishouding vrij kort na het
verstrijken van een kalenderjaar dient te geschieden, mede omdat veel van de daarvoor relevante
gegevens dan toch moeten worden verzameld voor de aangifte inkomstenbelasting.
o HR: het ligt voor de hand aan te nemen dat de onderlinge afrekening periodiek dient plaats te
vinden, na het verstrijken van ieder kalenderjaar.
o Dit laatste ook omdat ook over die periode veelal de gegevens zullen moeten worden
verzameld die nodig zijn voor het doen van de aangifte inkomstenbelasting
- NB geen wettelijke verjaring of verval tijdens huwelijk
o Art. 3:320 jo. Art. 3:321 lid 1 sub a BW
- Rechtsverwerking wel mogelijk
o HR: Rechtsverwerking, HR: Ter Kuile/Kofman

Van regelend recht – art. 1:84 lid 3 BW
 Schriftelijke overeenkomst
o Niet (meer sinds 2001) verplicht bij huwelijkse voorwaarden
o Eenmaal in huwelijkse voorwaarden, dan wijziging ook bij huwelijkse voorwaarden
 ‘Nihilbeding’ mogelijk
o Stel dat de echtgenoot die alle kosten van de huishouding op zich heeft genomen daar toch
niet aan kan voldoen, bestaat er toch wel de verplichting van de andere echtgenoot om bij te
springen, want je hebt te zorgen voor de ander, ook financieel
 Beginsel ex art. 1:81 BW dwingend recht (‘vangnetartikel’)

,  Vervalbeding mogelijk
 Lid 4: onenigheid/onduidelijkheid?  Rechtbank
 Lid 5: wijziging ovk of beschikking?  Rechtbank
o Grond: gewijzigde omstandigheden (vgl. art. 1:401 BW)

Art. 1:85 BW
- Aansprakelijkheid voor schulden gewone gang van de huishouding
- ‘Tweehoofdige’ aansprakelijkheid
- Gewone gang
o Je hebt veel eerder aansprakelijkheid dan draagplicht
- Huishouding

Behoort het aangaan van een verbintenis tot de gewone gang der huishouding?
- Subjectief: verschilt per gezin (‘overleg-toets’)
- Maar wel geobjectiveerd: wat kan een derde (de schuldeiser) weten over de levensstandaard van het
betreffende gezin?
o Bijv. de dagelijkse boodschappen, maar ook: dokterskosten (in beginsel), uitgaven t.b.v. de
kinderen, grotere uitgaven: wasmachine/tv, soms wel, soms niet


Vergoedingsrechten (en plichten), art. 1:87 BW
- 2 beginselen:
o Nominaliteitsleer
o Beleggingsleer, art. 1:87 BW
- Opeisbaarheid vergoedingsvordering:
o Op zich onmiddellijk opeisbaar (art. 6:38 BW), maar redelijkheid en billijkheid kunnen
meebrengen: pas bij einde huwelijk opeisbaar
o Regels bij ovk/huwelijkse voorwaarden
o Niet-opeisbaarheid kan niet tegen derden worden tegengeworpen, art. 1:92 lid 3 BW

Principe achter de beleggingsleer
- Het economisch belang
- Zie ook HR: Kriek/Smit
o Mevrouw kocht en verkocht een huis en maakte daar winst mee
o De 2 huizen kwamen op naam van meneer te staan
o Meneer kreeg daardoor de overwaarde, mevrouw kreeg alleen de overwaarde van het eerste
huis
 Dat was een fractie van wat meneer kreeg
o HR: billijkheidscorrectie toegepast, mevrouw kreeg meer dan de nominale waarde (datgene
wat zij geïnvesteerd had in het eerste huis), maar
à Zorgde echter niet voor een doorgezette jurisprudentielijn, pas op moment wetswijziging beleggingsleer
 HR: Kriek/Smit
o R.o. 3.3: recht op vergoeding bij (gedeeltelijke) financiering door andere echtgenoot
verkregen goed
o HR (hoofdregel): ‘zodanige rechten strekken naar stookt met de rechtszekerheid tot
vergoeding van een gelijk bedrag als destijds door de echtgenoot is verschaft’  Nominaal
o R.o. 3.4: ‘zoals (…) overwogen strekt een vergoedingsrecht als bedoeld in beginsel tot
terugbetaling van een gelijk bedrag als destijds aan de ene echtgenoot ter financiering van een
goed voor de andere echtgenoot is gebezigd, uitzonderingen op grond van de goede trouw zijn
evenwel niet geheel uitgesloten’
 Dus o.g.v. redelijkheid en billijkheid kan een inbreuk worden gemaakt op dat
nominaliteitsbeginsel
 In het bijzonder kan een uitzondering op haar plaats zijn wanneer de gelden gebruikt
zijn voor de aankoop van een echtelijke woning, en waarvoor ten tijde van de aankoop
niet voorziene omstandigheden, zoals de ontwikkeling van de Nederlandse onroerend
goed markt sedert die aankoop een zodanige waardevermeerdering van die woning

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
Studerenmetbabs Universiteit Leiden
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
48
Lid sinds
4 jaar
Aantal volgers
29
Documenten
19
Laatst verkocht
5 maanden geleden

2,5

2 beoordelingen

5
0
4
0
3
1
2
1
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen