Farmacologie 2
● Thema 1 - Afweersysteem en infectieziekten: bacteriën
● Thema 2 - Afweersysteem en infectieziekten: virussen
● Thema 3 - Astma
● Thema 4 - COPD
● Thema 5 - Diabetes Mellitus
,Thema 1: Afweersysteem en infectieziekten: bacteriën
Afweersysteem/immuunsysteem: beschermt het lichaam tegen infectieziekten
Problemen afweersysteem
Infectie: niet toereikende reactie van het afweersysteem tegen een pathogeen (schadelijk)
uit de buitenwereld (het lichaam komt in actie tegen het pathogeen).
Allergie: een schadelijke reactie van het afweersysteem, tegen een (normaliter
onschadelijke) allergeen uit de buitenwereld.
Auto-immuniteit: een schadelijke reactie van het afweersysteem, waarbij het afweersysteem
onschadelijke stoffen in het lichaam als schadelijk ziet.
Niet specifieke immuniteit (aangeboren) of aspecifieke immuniteit
1. Fysieke barrières
● Afscheiding tussen inwendige lichaam en omgeving
● De huid, haar en klierproducten zorgen ervoor dat het pathogeen niet het lichaam
binnen kan komen
● Het houdt ziekteverwekkers/pathogenen tegen
2. Fagocyten
● Microfagen en macrofagen zijn cellen die het pathogeen om kapselen en
verwijderen. Ze bevrijden het lichaam van bacteriën.
● Fagocytose: het pathogeen bindt zich aan de membraaneiwitten van fagocyte (witte
bloedcel), bacterie wordt opgenomen in de fagocyte en vervolgens wordt de bacterie
verteerd
3. Immunologische surveillance
● Bepaalde cellen (natural killercellen) herkennen afwijkende cellen
● Afwijkende cellen hebben bepaalde afwijkende eiwitten op hun celmembraan
● De natural killercellen kunnen door het afgeven van eiwitten (perforine, maakt
gaatjes in het celmembraan van de afwijkende cel) afwijkende cellen vernietigen
4. Interferonen
● Interferonen worden afgegeven door geactiveerde lymfocyten, macrofagen of met
virussen geïnfecteerde cellen
● Interferonen zijn chemische boodschappers die de verdediging tegen virale infecties
coördineren
5. Complementsysteem
6. Koorts
● Hoge temperatuur remt pathogenen/ziekteverwekkers en versnelt
stofwisselingssnelheid/herstel
● De hypothalamus reguleert de lichaamstemperatuur door pyrogenen
● Als er veel pyrogenen aanwezig zijn in het lichaam, gaat de temperatuur omhoog
● Het immuunsysteem wordt geboost waardoor het beter kan werken
, 7. Ontstekingsreactie
● Gecoördineerde niet-specifieke reactie op weefselbeschadiging
● Plaatselijke ontsteking op de verwonding, daarbij ontstaat zwelling, roodheid,
warmte en pijn
● Er worden mestcellen afgegeven die signaalstoffen afgeven
○ Bloedtoevoer neemt toe
○ Fagocyten worden geactiveerd
○ Doorlaatbaarheid van capillairen wordt verhoogd
○ Complementsysteem wordt geactiveerd
○ Stollingsreactie schermt gebied af (er ontstaat wondje)
○ Plaatselijke temperatuurverhoging
○ Specifieke immuniteit wordt geactiveerd
Specifieke afweer immuniteit
Lymfestelsel
● Produceert, onderhoudt en vervoert lymfocyten (witte bloedcellen)
● Zorgt voor het behoud van bloedvolume
● Transport van voedingsstoffen, afvalstoffen en hormonen
Lymfocyten zijn essentieel bij specifieke immuniteit
● T-cellen (uit de thymus)
● B-cellen (uit het beenmerg)
Specifieke immuniteit kan op 2 manieren
1. Cellulaire immuniteit
● Antigeenherkenning: het antigeen (lichaamsvreemde
stof, alles wat een reactie van het afweersysteem kan
opwekken) wordt herkend door het immuunsysteem
○ De geïnfecteerde cel is geïnfecteerd met een
viraal of bacterieel antigeen
○ Door middel van het MHC-eiwit groep 1 kan de
geïnfecteerde cel het antigeen presenteren aan
de oppervlakte van de cel (antigeenpresentatie)
○ De receptor op een inactieve cytotoxische T-cel die herkent het antigeen
● Activering T-cellen
○ Receptor op de T-cel herkent het antigeen waardoor de inactieve cytotoxische
T-cel wordt geactiveerd
● Celdeling en differentiëring T-cellen
○ De cytotoxische T-cellen kunnen
zich vermenigvuldigen, want er zijn
meerdere geïnfecteerde cellen
○ Er worden enkele T-geheugencellen
(inactief) gevormd en bewaard
○ De volgende keer dat je
geïnfecteerd wordt met hetzelfde
pathogeen, worden de
T-geheugencellen gelijk actief
● Thema 1 - Afweersysteem en infectieziekten: bacteriën
● Thema 2 - Afweersysteem en infectieziekten: virussen
● Thema 3 - Astma
● Thema 4 - COPD
● Thema 5 - Diabetes Mellitus
,Thema 1: Afweersysteem en infectieziekten: bacteriën
Afweersysteem/immuunsysteem: beschermt het lichaam tegen infectieziekten
Problemen afweersysteem
Infectie: niet toereikende reactie van het afweersysteem tegen een pathogeen (schadelijk)
uit de buitenwereld (het lichaam komt in actie tegen het pathogeen).
Allergie: een schadelijke reactie van het afweersysteem, tegen een (normaliter
onschadelijke) allergeen uit de buitenwereld.
Auto-immuniteit: een schadelijke reactie van het afweersysteem, waarbij het afweersysteem
onschadelijke stoffen in het lichaam als schadelijk ziet.
Niet specifieke immuniteit (aangeboren) of aspecifieke immuniteit
1. Fysieke barrières
● Afscheiding tussen inwendige lichaam en omgeving
● De huid, haar en klierproducten zorgen ervoor dat het pathogeen niet het lichaam
binnen kan komen
● Het houdt ziekteverwekkers/pathogenen tegen
2. Fagocyten
● Microfagen en macrofagen zijn cellen die het pathogeen om kapselen en
verwijderen. Ze bevrijden het lichaam van bacteriën.
● Fagocytose: het pathogeen bindt zich aan de membraaneiwitten van fagocyte (witte
bloedcel), bacterie wordt opgenomen in de fagocyte en vervolgens wordt de bacterie
verteerd
3. Immunologische surveillance
● Bepaalde cellen (natural killercellen) herkennen afwijkende cellen
● Afwijkende cellen hebben bepaalde afwijkende eiwitten op hun celmembraan
● De natural killercellen kunnen door het afgeven van eiwitten (perforine, maakt
gaatjes in het celmembraan van de afwijkende cel) afwijkende cellen vernietigen
4. Interferonen
● Interferonen worden afgegeven door geactiveerde lymfocyten, macrofagen of met
virussen geïnfecteerde cellen
● Interferonen zijn chemische boodschappers die de verdediging tegen virale infecties
coördineren
5. Complementsysteem
6. Koorts
● Hoge temperatuur remt pathogenen/ziekteverwekkers en versnelt
stofwisselingssnelheid/herstel
● De hypothalamus reguleert de lichaamstemperatuur door pyrogenen
● Als er veel pyrogenen aanwezig zijn in het lichaam, gaat de temperatuur omhoog
● Het immuunsysteem wordt geboost waardoor het beter kan werken
, 7. Ontstekingsreactie
● Gecoördineerde niet-specifieke reactie op weefselbeschadiging
● Plaatselijke ontsteking op de verwonding, daarbij ontstaat zwelling, roodheid,
warmte en pijn
● Er worden mestcellen afgegeven die signaalstoffen afgeven
○ Bloedtoevoer neemt toe
○ Fagocyten worden geactiveerd
○ Doorlaatbaarheid van capillairen wordt verhoogd
○ Complementsysteem wordt geactiveerd
○ Stollingsreactie schermt gebied af (er ontstaat wondje)
○ Plaatselijke temperatuurverhoging
○ Specifieke immuniteit wordt geactiveerd
Specifieke afweer immuniteit
Lymfestelsel
● Produceert, onderhoudt en vervoert lymfocyten (witte bloedcellen)
● Zorgt voor het behoud van bloedvolume
● Transport van voedingsstoffen, afvalstoffen en hormonen
Lymfocyten zijn essentieel bij specifieke immuniteit
● T-cellen (uit de thymus)
● B-cellen (uit het beenmerg)
Specifieke immuniteit kan op 2 manieren
1. Cellulaire immuniteit
● Antigeenherkenning: het antigeen (lichaamsvreemde
stof, alles wat een reactie van het afweersysteem kan
opwekken) wordt herkend door het immuunsysteem
○ De geïnfecteerde cel is geïnfecteerd met een
viraal of bacterieel antigeen
○ Door middel van het MHC-eiwit groep 1 kan de
geïnfecteerde cel het antigeen presenteren aan
de oppervlakte van de cel (antigeenpresentatie)
○ De receptor op een inactieve cytotoxische T-cel die herkent het antigeen
● Activering T-cellen
○ Receptor op de T-cel herkent het antigeen waardoor de inactieve cytotoxische
T-cel wordt geactiveerd
● Celdeling en differentiëring T-cellen
○ De cytotoxische T-cellen kunnen
zich vermenigvuldigen, want er zijn
meerdere geïnfecteerde cellen
○ Er worden enkele T-geheugencellen
(inactief) gevormd en bewaard
○ De volgende keer dat je
geïnfecteerd wordt met hetzelfde
pathogeen, worden de
T-geheugencellen gelijk actief