100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Bipolar Disorder Part II - 3.4 Affective Disorders

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
11
Geüpload op
28-01-2022
Geschreven in
2021/2022

Samenvatting van bipolar disorder deel 2 van 3.4 affective disorders van de klinische specialisatie aan de EUR










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
28 januari 2022
Aantal pagina's
11
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Bipolar Disorder Part I

1: Virginia Woolf and the bipolar disorder
Bipolaire stoornis: gekenmerkt door stemmingswisselingen tussen uitbundige manie en zware
depressie. De stemmingen houden lang aan en passen niet bij de situatie waarin de persoon zich
bevindt.
 Bipolaire-I-stoornis: de aanwezigheid van open manische episodes met verschillende
manifestaties, incl. overmatig zelfvertrouwen, grandioosheid, veel praten, extreme
disinhibitie, irritatie, minder behoefte aan slaap, en verheven stemming. Psychotische
symptomen zoals waanideeën en hallucinaties komen in 75% v/d manische episodes voor.
 Bipolaire-II-stoornis: vooral depressieve episodes afwisselend met hypomanie i.p.v. manie.
Hierbij is de aanwezigheid van ten minste 1 hypomanische episode over het leven genoeg
voor de diagnose.
 Cyclothymia: terugkerende depressieve en hypomanische staten die voor ten minste 2 jaar
aanhouden. De symptomen behalen de grenswaarde voor major affective episode niet.
 Manie: een intens, onrealistisch gevoel van euforie en opwinding; veel energie en
enthousiasme, snel denken en praten, andere mensen kunnen je niet bijhouden.
 Hypomanie: dezelfde symptomen als manie, maar zijn niet zo ernstig dat ze beperken in het
dagelijks functioneren, veroorzaken geen hallucinaties of waanideeën, en duren ten minste 4
dagen.

DSM-5 criteria manische episode:
A. Periode van abnormaliteit en geïrriteerde stemming en abnormale en persistente stijging in
doelgerichte activiteit of energie, gedurende 1 week en gedurende het grootste deel v/d dag,
bijna elke dag.
B. Gedurende de periode van stemmingsverstoring en stijging in energie of activiteit, 3 of meer v/d
volgende symptomen representeren een merkbaar verschil in het gedrag van voorheen:
1) Overdreven veel zelfvertrouwen of grootheidswaanzin
2) Minder behoefte aan slaap
3) Meer praten dan normaal of voelt druk om te blijven praten
4) Subjectieve ervaringen dat gedachtes aan het racen zijn
5) Snel afgeleid
6) Stijging in doelgerichte activiteit of psychomotor agitation
7) Overmatige betrokkenheid in activiteiten die veel potentie hebben voor pijnlijke
consequenties
C. De stemmingsverstoring is ernstig genoeg dat het beperking in sociaal functioneren veroorzaakt
of dat het nodig is om opgenomen te worden in het ziekenhuis om schade aan zichzelf of
anderen te voorkomen.
D. De episode kan niet toegewezen worden aan de psychologische effecten van een substantie of
andere medische aandoening.

DSM-5 criteria cyclothymia:
A. Minstens 2 jaar (1 jaar bij kinderen en adolescenten) zijn er talrijke perioden met lichte manische
symptomen geweest die niet voldoen aan de criteria van een hypomanische episode, en talrijke
perioden met depressieve symptomen die niet voldoen aan de criteria voor een depressieve
episode.
B. Gedurende bovengenoemde tijdspanne van 2 jaar (1 jaar bij kinderen en adolescenten) zijn de
perioden met lichte manische en depressieve symptomen minstens de helft v/d tijd aanwezig
geweest en is de betrokkene niet langer dan 2 maanden achtereen symptoomvrij.

, C. Er is nooit voldaan aan de criteria voor een depressieve, manische of een hypomanische episode.
D. De symptomen in criterium A kunnen niet beter worden verklaard door een schizoaffectieve
stoornis, schizofrenie, schizofreniforme stoornis, waanstoornis of een andere gespecificeerde of
ongespecificeerde schizofreniespectrum- of andere psychotische stoornis.
E. De symptomen kunnen niet worden toegeschreven aan de fysiologische effecten van een middel
(zoals een drug of medicatie) of een somatische aandoening (zoals hyperthyreoïdie).
F. De symptomen veroorzaken klinisch significante lijdensdruk of beperkingen in het sociale of
beroepsmatig functioneren of in het functioneren op andere belangrijke terreinen.

Prevalentie:
 Lifetime prevalentie van 2.4%; deze percentages variëren per land door methodologische en
culturele verschillen.
 De prevalentie voor bipolaire-I-stoornis is gelijk voor mannen en vrouwen; bipolaire-II-
stoornis komt vaker voor bij vrouwen.
 De onset van bipolaire stoornis komt vaak rond de 20 jaar.
 De 1e episode is vaak depressief.
 Voor de meeste mensen met bipolaire-I- of -II-stoornis duren depressieve episodes langer
dan manische of hypomanische episodes; bipolaire stoornis wordt dan ook vaak foutief
geclassificeerd als MDD.
 Ongeveer 6-7% van BS-patiënten pleegt zelfmoord.
 BS-patiënten hebben vaak comorbide stoornissen zoals anxiety, middelenmisbruik,
persoonlijkheidsstoornissen, en ADHD, en comorbide chronische medische condities zoals
metabolisch syndroom, migraine, obesitas, en diabetes.

Risicofactoren:
 Erfelijkheid  BS is 70-90% erfelijk.
 Kindling hypothese  de 1e episode van bipolaire stoornis komt voor na blootstelling aan
een stressor. Volgende episodes kunnen voorkomen zonder blootstelling aan een
identificeerbare stressvolle gebeurtenis. Gaat dus over graduele stress sensitisatie wat leidt
tot terugkerende affectieve episodes. De mechanismes kunnen versterkt worden wanneer de
ziekte niet behandeld wordt of wanneer er psychoactieve middelen in beeld zijn.
 Neuroprogressie  corticale dikte van bijv. PFC die betrokken is bij stressregulatie. Ook
spelen waarschijnlijk afwijkingen in de HPA-as een grote rol. Neuroprogressie kan voor
verergering van cognitieve en functionele beperkingen zorgen en voor meer comorbide
medische condities.

Behandeling:
Acute episodes
 Acute manie  vooral farmaceutische behandelingen met antipsychotica of mood
stabilizers. De combinatie v/d 2 is het meest effectief. Voor patiënten met ernstige manie
kunnen ook niet-farmaceutische strategieën gebruikt worden (ECT). Voorbeelden van mood
stabilizers zijn lithium, carbamazepine, divalproex, en lamotrigine. Vaak wordt van medicatie
gewisseld wanneer er na 1-2 weken geen respons is.
 Acute depressie  slechts een aantal drugs goedgekeurd door de FDA; cariprazine,
lurasidone, olanzapine-fluoxetine, quetiapine. De voorkeur gaat naar een lage initiële dosis
die gradueel omhooggaat. ECT, CBT, interpersoonlijke en social rhythm therapie zijn effectief
voor patiënten die eerdere behandelingen hebben ‘’weerstaan’’.
Maintenance treatment
 Gericht op het voorkomen v/d verschijning van affectieve episodes.
 Een combinatie van farmaceutische, psychologische, en lifestyle interventies.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
ThyraLisa Tilburg University
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
113
Lid sinds
6 jaar
Aantal volgers
71
Documenten
72
Laatst verkocht
1 jaar geleden

4,4

9 beoordelingen

5
5
4
3
3
1
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen