Volledige samenvatting Notariswet

Samenvatting Notariswet 2021

Week 1

Art. 1 Wna  begripsbepalingen

Art. 6 Wna  eisen aan de opleiding voor worden van notaris

Art. 2 lid 1 Wna  het ambt van notaris houdt de bevoegdheid in om authentieke akten te
verlijden in de gevallen waarin de wet dit aan hem opdraagt of een partij zulks van hem
verlangt en andere in de wet aan hem opgedragen werkzaamheden te verrichten.

Art. 156 lid 2 Rv  authentieke akten zijn akten in de vereiste vorm en bevoegdelijk
opgemaakt door ambtenaren aan wie of bij krachtens de wet is opgedragen op die wijze te
doen blijken van door hem gedane waarnemingen of verrichtingen […].

Art. 3:39 BW  de authentieke akte als vormvoorschrift.

Tentamen: wie kan er nog meer een authentieke akte opmaken op grond van de wet?
 de ambtenaar van de burgerlijke stand en de gerechtsdeurwaarder.

Art. 37 Wna  notariële akten
 Proces-verbaal akte
 Partij-akte

Art. 49 Wna  afschrift, uittreksel
 Minuut = het originele exemplaar van een notariële akte
 Grosse = een in executoriale vorm uitgegeven afschrift of uittreksel van de notariële
akte
 Protocol = de minuten, notariële verklaringen, registers, afschriften, repertoria en
kaartsystemen die onder de notaris berusten.

Taak notaris
 Rechtszekerheid
o In civiel rechtsverkeer  specialiteit en publiciteit, afdwingen en naleving van
vereisten, zorgplicht voor intreden beoogde rechtsgevolgen, raadplegen
registers.
o Bewijsrecht
 Rechtsbescherming
 Behoeden van overheidsbelang

,Belehrungspflicht
Arrest Groningse Huwelijksvoorwaarden, 1989 – Belangrijk!
Een notaris was gehuwd in huwelijksvoorwaarden, er was geen gemeenschap van goederen.
Hij was in zwaar financieel gezien. In deze tijd was het lastig als den notaris in zwaar weer
verkeerde. Wanneer mensen daar lucht van kregen dan konden de mensen de notaris
minder goed vertrouwen. De notaris ging dus naar een vriend die ook notaris was om hulp te
vragen met zijn financiën. Deze vriend, de notaris zei: je moet je huwelijksvoorwaarden
opheffen. Dan ben je getrouwd in gemeenschap van goederen, dan zijn je problemen
opgeloste. Zijn vrouw vertrouwde hem, de vriend notaris zei ook: het is in beide belang om
de huwelijksvoorwaarden op te heffen. Zelfs de rechtbank had hier toestemming voor
gegeven.

Het huwelijk gaat kapot. De vrouw vraagt zich af wat er met haar vermogen is gebeurd, dit
vermogen van haar is naar de schuldeisers van de man gegaan. Dit was niet de bedoeling zei
de vrouw en ze vroeg zich af waarom die notaris (vriend) niet had gewaarschuwd hiervoor.

HR: geeft vrouw gelijk. De notaris is beroepshalve verplicht om te voorkopen dat er misbruik
wordt gemaakt van juridische onkunde. Hieruit volgt de Belehrungspflicht.

Belehrungspflicht = notaris is beroepshalve gehouden naar vermogen te voorkomen dat er
misbruik wordt gemaakt van juridische onkunde en feitelijk overwicht.

Art. 42 invorderingswet  Indien […] overdrachtsbelasting ter zake van een verkrijging
moet worden voldaan ter gelegenheid van de aanbieding ter registratie van de door de
notaris ter zake opgemaakte akte, is de notaris hoofdelijk aansprakelijk voor die belasting
tot het bedrag dat ingevolge de inhoud van de akte is verschuldigd.

[Bij de aanschaf van een huis moet overdrachtsbelasting betaald worden, de
overdrachtsbelasting wordt bij de notaris op de rekening gestort. De notaris moet
waarborgen dat deze overdrachtsbelasting terechtkomt bij de belastingdienst. Hij moet hier
zorgvuldig mee omgaan.]

Buitenwettelijke werkzaamheden notaris
 Afwikkelen nalatenschappen
o Staat nergens in de wet dat hij dit doet, maar hij kan dit wel goed indien hij bij
de erfenis betrokken is enz.
 Trusted third party-functie bij diensten als sourcecode escrow (broncode).
o Bij ontwikkelen van software wordt gebruik gemaakt van een broncode. Deze
broncodes worden in bewaring gegeven bij de notaris.
 Estateplanning
o Zo min mogelijk belasting betalen wanneer overdracht van de ene op de
andere generatie plaatst vindt.
 Andere adviserende werkzaamheden
 Mediation/Echtscheidingsbemiddeling
o Rb. Breda 24 jan 2007

,Rb. Breda 24 jan 2007
Notaris bemoeide zich met een echtscheiding, hij schoot ernstig tekort in zijn
Belehrungspflicht. Accountant had echtscheiding geregeld op papier, daar stond in dat de
vrouw afstand deed van alimentatie en geen pensioenbeheer hoefde enz. De vrouw schoot
er enorm bij in, maar de notaris ging toch van deze papieren van de accountant uit. Hij werd
hiervoor veroordeeld door de tuchtrechter.

Wet Hammerstein (uitwerking van het rapport Hammerstein, ingevoerd 2012)
 Aanscherping plicht tot dienstweigering, art. 21 lid 2 Wna
 Doorverwijzingsmogelijkheid (in kader van full-service), art. 21 lid 3 en 4 Wna
 Reorganisatie toezicht en tuchtrecht
o Algemeen (preventief) toezicht door bureau financieel toezicht, art. 110 e.v.
Wna.
o Tuchtrecht door Kamers voor het notariaat, art. 94 Wna
 Beperkt tot 5 kamers

 Wettelijke intercollegiale kwaliteitstoets, KNB
o Elkaar toetsen, de overheid kan dan geen controleurs sturen, je wil controle in
eigen handen houden. Art. 61a Wna
 Geschiktheidstoets door Commissie toegang tot het notariaat, art. 61a Wna
o Ondernemingsplan alleen is niet meer genoeg
o Bedoeling is dat je integer handelt en daarna pas onderneemt
 Geschillencommissie voor het notariaat voor declaratiegeschillen, art. 55 lid 2 Wna
o Zijn ander soort geschillen dan de klachten bij de tuchtrechter, geneuzel over
geld moet bij een andere instantie terecht komen dan de belangrijke klachten
in het tuchtrecht.
 Centrale bewaarplaats van notariële akten in plaats van algemene bewaarplaatsen bij
arrondissementen
 Toegevoegd notaris, art. 30b-d Wna (geen onderneming willen hebben)

Bewijsrecht
Art. 149 Rv  partijautonomie

Art. 150 Rv  wie zich beroept op rechtsgevolg van feiten of rechten, moet deze feiten of
rechten bewijzen.

Art. 152 lid 1 Rv  bewijslevering met alle middelen

Art. 152 lid 2 Rv  waardering van bewijs volgens oordeel rechter (vrij bewijs)

Art. 152 Rv  dwingend bewijs

, Schriftelijk bewijs
Geschrift = drager van verstaanbare leestekens die een gedachteninhoud vertolken. Soorten:
 Geschriften niet-akten
 Geschriften

Art. 156 Rv  ondertekende geschriften die bestemd zijn om tot bewijs te dienen

Handtekening = lettertekens gesteld in het handschrift van de ondertekenaar die de persoon
die verklaring aflegt beoogt te individualiseren.
 Een kruisje of vingerafdruk heeft niet dezelfde waarde als de handtekening

Functies handtekening:
 Identificatie
 Toeëigening
 Beveiliging
 Ritueel

Facsimile = stempel van je eigen handtekening, dit kan wel als handtekening gebruikt
worden. Rb. A’dam 29 mei 2013. De parlementaire geschiedenis zegt dat het onder
omstandigheden een geldige handtekening kan zijn. Vooral in de bedrijfsmatige sfeer en niet
in de persoonlijke sfeer.

Ondertekening
Arrest Habel/Grapofex
Ging om een arbeidsovereenkomst. Iemand was de Nederlandse taal niet machtig, had
boven elke pagina een paraaf gezet maar aan het einde van de tekst stond geen
handtekening. De vraag was of het wel bestemd was om als bewijs te dienen. Aan de
handtekening werd een dwingende bewijskracht toegekend dus de vraag was of er wel
sprake was van een ondertekende akte.

HR: bevestigd dit. Een paraaf kan ook volstaan voor een handtekening. In casu mocht
dezelfde bewijskracht worden toegekend.

HR 19 april 2019
Uitsluitend op de laatste pagina een handtekening gezet. Waar ziet de handtekening dan
op? Is het dan wel leen akte die over die drie blz. uitstrijkt, want de blz. kan dan verwisseld
worden. HR: bevestigd dit, het is een geldige ondertekende akte.

De akte
Functies:
 Bestaansvereiste rechtshandeling
 Bewijsmiddel, drie onderscheidingen:

1. Uitwendige bewijskracht = is er sprake van een akte
2. Formele bewijskracht = feit dat er akte op bepaald tijdstip door bepaalde persoon is
getekend.
3. Materiële bewijskracht = de inhoud van de akte