Kind, kraam en jeugd Thema 1
Les 1, conceptie en fertiliteitsproblemen
De anatomie van zaadcel en baarmoeder:
De zaadcel bestaat uit verschillende belangrijke onderdelen:
- Kop: in de kop bevind zich de celkern. In deze
celkern is al het DNA opgeslagen. Ook bevind zich
in de kop het Acrosoon. Het acrosoon heeft twee
functies:
1. Beschermen van de celkern, tegen
zure omgeving van de vagina.
2. Afgeven van een stofje als de zaadcel
bij de eicel is.
- Staart: voorbeweging van de zaadcel
- Nek: bij de nek breekt de zaadcel af, als die de eicel is binnen gedrongen.
- Mitochondria: zorgen voor de energie van de zaadcel.
Vrouwelijk geslachtsorgaan bestaat uit verschillende belangrijke onderdelen:
- Baarmoeder: open ruimte, waar eventueel een baby kan
groeien. De baarmoeder heeft aan 3 kanten een sterke wand
met spieren.
- Eileiders
- Eierstokken
- Baarmoederhals/baarmoedermond: deze is altijd gesloten
om te beschermen tegen bacteriën en andere vreemde
stoffen.
- Schede/vagina
- Schaamlippen
Ovulatie en conceptie (filmpje en vragen)
1. Wat betekend conceptie?
Bevruchting.
2. Wat is een ovulatie?
Eisprong.
3. Waar vindt de bevruchting van de zaadcel en de eicel plaats?
Eileider.
4. Hoe noemen we het klompje cellen direct na de bevruchting?
Embryo.
5. Na hoeveel dagen vindt de innesteling in de baarmoeder plaats?
7 dagen na de bevruchting.
6. Wanneer (in de cyclus) is de vrouw vruchtbaar?
14 dagen na de laatste menstruatie.
7. Noem minimaal 5 factoren die de kans op een bevruchting verkleinen?
- Beschadiging van de eileiders
- Slechte kwaliteit van het sperma
, - Oudere leeftijd
- Spanning
- Roken en alcohol
8. Wat is anticonceptie
Anticonceptie zorgt ervoor dat de kans op zwangerschap verminderd word. Denk hierbij aan
de pil, condoom of spiraal.
9. Wat doet het LH hormoon?
Ongeveer 24 tot 36 uur voordat de eisprong plaatsvindt, neemt het LH hromoon in de urine
toe. Dit hormoon bereid het baarmoederslijmvlies voor op de mogelijke innesteling van een
bevruchte eicel.
10. Wat meet een ovulatietest?
Wanneer de ongeveer de eisprong plaats vind. Dit meet de ovalatie test door de kijken
hoeveel LH hormoon er in de urine zit.
11. Wat doet het hormoon HCG?
Houd de zwangerschap in stand.
12. Waar wordt dit hormoon gemaakt?
Het HCG hormoon word door de placenta geproduceerd en kom daarom alleen voor bij
zwangere vrouwen.
13. Wat meet een zwangerschapstest?
Of het hormoon HCG aanwezig is in de urine.
14. Waar zorgt foliumzuur voor?
Speelt een belangrijke rol bij de celgroei en bij de ontwikkeling van het zenuwstelsel.
Eerste Zwangerschapsverschijnselen:
1. Overtijd: de menstruatie is niet begonnen op het moment wanneer het normaal moet.
2. Pijnlijke en gezwollen borsten: komt door de hormonen en aanmaak van melkklieren.
3. Zwangerschapstest: HCG in urine
4. Misselijkheid: komt door de vele nieuwe hormonen
5. vermoeidheid
zwangerschap:
- 40 weken (9 maanden) vanaf 1e dag laatste menstruatie.
- zygote (klompje cellen) Foetus (wanneer het ingenesteld is) embryo (na 3 maanden)
- controle door verloskundige/huisarts of gynacoloog
fertiliteitsproblemen:
- 1 op de 6 paren krijgt te maken met een vruchtbaarheidsprobleem, de oorzaak ligt in
ongeveer:
30% bij de vrouw ( geen regelmatige ovulatie, geen eierstokken of
baarmoeder)
30% bij de man (traag zaad)
30% bij de beiden
10% geen verklaring.
- 1 op de 35 zwangerschappen ontstaan m.b.v IVF of ICSI
, Filmpje en vragen:
1. Er zij meerdere oorzaken die de kans op zwangerschap verkleinen. Aan welke oorzaken kan
je zelf wat doen?
- Niet roken
- Niet veel cafeïne
- Niet te veel sporten
- Niet te veel stress
- Gezonde voeding
2. Hoe lang duurt een regelmatige cyclus?
28 dagen
3. Op welke dagen heb je een eisprong?
14e dag
4. Waarom helpt het niet om ronde de eisprong 4 keer per dag gemeenschap te hebben?
Is niet goed voor de kwaliteit van de zaadcellen
5. Na hoeveel tijd kan je contact opnemen met de huisarts?
Na een jaar lang niet gelukt om zwanger te worden.
6. Welke onderzoeken worden er door de gynaecoloog gedaan?
- Hormoononderzoek
- zaadonderzoek
7. Wat is IUI?
Met een buisje worden de zaadcellen hoog in de baarmoeder gebracht.
8. Wat is IVF?
Reageerbuisbevruchting. De zaadcellen en de eicel worden buiten het lichaam bevrucht.
9. Wat is ICSI?
Zaadje en eicel worden verplicht zich te bevruchten door de buisjes tegen elkaar te houden.
Behandelingen:
- Hormoonbehandeling: voor rijpen van de eicellen
- Operatie: als er iets mis is in de eileiders of baarmoeder
- IUI (intra-uteriene inseminatie): zaad van de man word opgevangen en word hoog in de
baarmoeder ingebracht met een spuit.
- IVF (In-vitrofertilisatie): eicellen en zaadcellen worden verzameld. En worden samengevoegd
in een reageerbuisje. De eicellen en zaadcellen moeten uit hun zelf gaan versmelten. Als de
eicel bevrucht is, word die teruggeplaatst in de baarmoeder.
- ICSI (independent commodity intelligence services): er word een zaadcel met een naald in de
eicel gebracht, er hoeft geen bevruchting plaats te vinden. De bevruchte eicel word terug
geplaats.
Les 1, conceptie en fertiliteitsproblemen
De anatomie van zaadcel en baarmoeder:
De zaadcel bestaat uit verschillende belangrijke onderdelen:
- Kop: in de kop bevind zich de celkern. In deze
celkern is al het DNA opgeslagen. Ook bevind zich
in de kop het Acrosoon. Het acrosoon heeft twee
functies:
1. Beschermen van de celkern, tegen
zure omgeving van de vagina.
2. Afgeven van een stofje als de zaadcel
bij de eicel is.
- Staart: voorbeweging van de zaadcel
- Nek: bij de nek breekt de zaadcel af, als die de eicel is binnen gedrongen.
- Mitochondria: zorgen voor de energie van de zaadcel.
Vrouwelijk geslachtsorgaan bestaat uit verschillende belangrijke onderdelen:
- Baarmoeder: open ruimte, waar eventueel een baby kan
groeien. De baarmoeder heeft aan 3 kanten een sterke wand
met spieren.
- Eileiders
- Eierstokken
- Baarmoederhals/baarmoedermond: deze is altijd gesloten
om te beschermen tegen bacteriën en andere vreemde
stoffen.
- Schede/vagina
- Schaamlippen
Ovulatie en conceptie (filmpje en vragen)
1. Wat betekend conceptie?
Bevruchting.
2. Wat is een ovulatie?
Eisprong.
3. Waar vindt de bevruchting van de zaadcel en de eicel plaats?
Eileider.
4. Hoe noemen we het klompje cellen direct na de bevruchting?
Embryo.
5. Na hoeveel dagen vindt de innesteling in de baarmoeder plaats?
7 dagen na de bevruchting.
6. Wanneer (in de cyclus) is de vrouw vruchtbaar?
14 dagen na de laatste menstruatie.
7. Noem minimaal 5 factoren die de kans op een bevruchting verkleinen?
- Beschadiging van de eileiders
- Slechte kwaliteit van het sperma
, - Oudere leeftijd
- Spanning
- Roken en alcohol
8. Wat is anticonceptie
Anticonceptie zorgt ervoor dat de kans op zwangerschap verminderd word. Denk hierbij aan
de pil, condoom of spiraal.
9. Wat doet het LH hormoon?
Ongeveer 24 tot 36 uur voordat de eisprong plaatsvindt, neemt het LH hromoon in de urine
toe. Dit hormoon bereid het baarmoederslijmvlies voor op de mogelijke innesteling van een
bevruchte eicel.
10. Wat meet een ovulatietest?
Wanneer de ongeveer de eisprong plaats vind. Dit meet de ovalatie test door de kijken
hoeveel LH hormoon er in de urine zit.
11. Wat doet het hormoon HCG?
Houd de zwangerschap in stand.
12. Waar wordt dit hormoon gemaakt?
Het HCG hormoon word door de placenta geproduceerd en kom daarom alleen voor bij
zwangere vrouwen.
13. Wat meet een zwangerschapstest?
Of het hormoon HCG aanwezig is in de urine.
14. Waar zorgt foliumzuur voor?
Speelt een belangrijke rol bij de celgroei en bij de ontwikkeling van het zenuwstelsel.
Eerste Zwangerschapsverschijnselen:
1. Overtijd: de menstruatie is niet begonnen op het moment wanneer het normaal moet.
2. Pijnlijke en gezwollen borsten: komt door de hormonen en aanmaak van melkklieren.
3. Zwangerschapstest: HCG in urine
4. Misselijkheid: komt door de vele nieuwe hormonen
5. vermoeidheid
zwangerschap:
- 40 weken (9 maanden) vanaf 1e dag laatste menstruatie.
- zygote (klompje cellen) Foetus (wanneer het ingenesteld is) embryo (na 3 maanden)
- controle door verloskundige/huisarts of gynacoloog
fertiliteitsproblemen:
- 1 op de 6 paren krijgt te maken met een vruchtbaarheidsprobleem, de oorzaak ligt in
ongeveer:
30% bij de vrouw ( geen regelmatige ovulatie, geen eierstokken of
baarmoeder)
30% bij de man (traag zaad)
30% bij de beiden
10% geen verklaring.
- 1 op de 35 zwangerschappen ontstaan m.b.v IVF of ICSI
, Filmpje en vragen:
1. Er zij meerdere oorzaken die de kans op zwangerschap verkleinen. Aan welke oorzaken kan
je zelf wat doen?
- Niet roken
- Niet veel cafeïne
- Niet te veel sporten
- Niet te veel stress
- Gezonde voeding
2. Hoe lang duurt een regelmatige cyclus?
28 dagen
3. Op welke dagen heb je een eisprong?
14e dag
4. Waarom helpt het niet om ronde de eisprong 4 keer per dag gemeenschap te hebben?
Is niet goed voor de kwaliteit van de zaadcellen
5. Na hoeveel tijd kan je contact opnemen met de huisarts?
Na een jaar lang niet gelukt om zwanger te worden.
6. Welke onderzoeken worden er door de gynaecoloog gedaan?
- Hormoononderzoek
- zaadonderzoek
7. Wat is IUI?
Met een buisje worden de zaadcellen hoog in de baarmoeder gebracht.
8. Wat is IVF?
Reageerbuisbevruchting. De zaadcellen en de eicel worden buiten het lichaam bevrucht.
9. Wat is ICSI?
Zaadje en eicel worden verplicht zich te bevruchten door de buisjes tegen elkaar te houden.
Behandelingen:
- Hormoonbehandeling: voor rijpen van de eicellen
- Operatie: als er iets mis is in de eileiders of baarmoeder
- IUI (intra-uteriene inseminatie): zaad van de man word opgevangen en word hoog in de
baarmoeder ingebracht met een spuit.
- IVF (In-vitrofertilisatie): eicellen en zaadcellen worden verzameld. En worden samengevoegd
in een reageerbuisje. De eicellen en zaadcellen moeten uit hun zelf gaan versmelten. Als de
eicel bevrucht is, word die teruggeplaatst in de baarmoeder.
- ICSI (independent commodity intelligence services): er word een zaadcel met een naald in de
eicel gebracht, er hoeft geen bevruchting plaats te vinden. De bevruchte eicel word terug
geplaats.
