Samenvatting Freud en zijn dissidenten (psychologen die kritiek op hem hadden)

Sigmund Freud
Is arts geworden en kreeg door zijn werk te maken met mensen met psychische problemen. Heeft
zich daar verder in gespecialiseerd. Heeft zich laten leiden door mechanisch determinisme (gedachte
gevolgd die in de natuurwetenschap gevolgd werden). Mechanisch determinisme is dat we door
bepaalde patronen bepaald worden en wat wij doen in ons gedrag. Ons onbewuste stuurt ons
gedrag. Hij dacht dat hij dingen uit de natuurwetenschap ook kon toepassen op de mensen om ons
gedrag te verklaren.

Hij heeft zich gevestigd als zelfstandig zenuwarts. Voorkeur ging uit naar vooral vrouwen met
hysterische/neurotische patiënten. (neurotisch  emotioneel onstabiel)

Eigen werkwijze ontwikkeld  geen hypnose maar vrije associatie
Werkwijze van Freud:
- Vrije associatie  gebruikte de ‘’sofa’’, konden vrij praten over hun klachten. Patiënt
ziet de therapeut niet. Het liggen op de bank zorgt voor ontspanning en het
makkelijk kunnen praten. Latere kritiek was dat je geen interactie hebt met de
therapeut wat juist belangrijk is en men zei dat Freud niks van zichzelf wilde laten
zien en dus een veilige opstelling koos. Brainstormen is ook een vorm van vrij
associëren.


- Luisteren naar versprekingen  een verspreking is niet toevallig, het is een
onbewust negatief gevoel dat naar boven komt.
Visie Freud: Negatieve psychische energie hecht zich aan het opgeslagen geheugenbeeld van
die blokkade. Tijdens het vrij associëren goed luisteren of er versprekingen plaats vinden, en
aan de hand daarvan kijken waar de problemen vandaan komen. Zo kon hij emotionele
blokkades op sporen.

Versprekingen: komt bij iedereen voor, doen zich voor wanneer mensen ‘’goed’’ of
‘’normaal’’ willen doen, zijn vaak precies het tegenovergestelde dan wat er bedoeld wordt

Een psychisch feit  er is iets onbewust in ons wat een doel nastreeft. Wat we het liefst
zouden willen zeggen dat is de verspreking.

Over determinisme  drukt krachten en conflicten uit die uit verschillende lagen van de
persoonlijkheid komen. Conflicten kunnen uit alle lagen uit onszelf komen. Ervaringen die
zich tijdens de ontwikkeling op doen zorgen ervoor dat wij later onbewuste conflicten
krijgen.

- Onderzoeken van dromen  patiënt dromen laten vertellen. In de droom zit een
thema wat die persoon op dat moment bezig hield. Patiënt is niet bewust dat het
onderwerp van de droom verbonden is met het probleemthema. Belangrijke rol voor
de therapeut om te onderzoeken waar het probleem ligt.

, Visie van Freud
- Onbewuste komt naar boven in dromen
- Uitgepakt worden door therapeut  hij moet er achter komen wat het probleem is
- Vrije associatie
- Versprekingen
Visie van Freud over psychologie
- Moeten niet alleen beschrijven maar moeten het ook begrijpen (erklären en
verstehen)
- Erklären  gedrag verklaren
- Verstehen  het begrijpen
- Mentale gebeurtenissen (wat er in ons hoofd plaatsvind) hebben een psychische
(wat uit het onbewuste komt) oorzaak, de dingen die in ons hoofd gebeuren komen
tot stand door iets wat buiten onze wil om gaat. ( psychisch determinisme)
3 aanslagen op de mensheid
- Kosmologische slag  ontdekking dat de aarde om de zon draait en niet andersom.
Zijn wij als mens wel het centrum van de aarde wat wij altijd gedacht hebben?
- Biologische slag (Darwin)  evolutie theorie van Darwin, tot die tijd draaide de
wereld om de mens. We lijken meer op dieren dan we zouden willen.
- Psychologische slag  wij worden bepaald door processen waar we ons niet bewust
van zijn. We hebben geen vrije wil.

Hermeneutiek  we moeten niet naar de individuele ervaringen van het individu kijken maar ook
naar de persoon in een breder context.
Fenomenologie  ervaringen die in onszelf zitten bepalen hoe we ons gedragen. Bewustzijn is van
invloed op gedrag wat we laten zien.

Metafoor  wij mensen werden vergeleken met een machine
Freud is een realist, er is een objectieve werkelijkheid. Wereld blijft bestaan als wij er niet in zitten.
Subjectieve werkelijkheid is hoe wij dat ervaren.
Causaliteit  waardoor wordt ons gedrag veroorzaakt?

De psychische energie (libido) kwam voort uit levensdriften.
Eros  levensdrift, overleven als mens
Thanatos  doodsdrift, neiging tot vernietiging
Libido (betekent lust)  psychische energie van de levensdrift

Energie is afkomstig van seksuele driften, heeft te maken met het lustprincipe. Zoveel mogelijk
plezier ervaren en zo min mogelijk onlust. Er is rust in ons zodra we aan die lust voldoen.

Herhalingsdwang  cyclus van spanning naar ontspanning
Driftobject  het middel om het drift doel te bereiken, bijvoorbeeld eten, drinken, seks