Besluit 2
Toetsing van:
Project migratie
HBR-2-PR-20-MI
Aantal woorden
1973
Hogeschool Leiden Opleiding HBO-Rechten
Stefan Kok
16-04-2021
Reguliere kans Jaar 2, blok 3
, IND Directie Asiel & Bescherming
Immigratie- en Naturalisatiedienst
Rijnstraat 8
2515 XP Den Haag
Ahmed Asahbi
Pietheinstraat 52
2578TN Den Haag
Den Haag, 16 april 2021
Betreft: besluit op aanvraag verblijfsvergunning asiel bepaalde tijd
Geachte heer Asahbi,
Op 1 februari 2021 heeft u een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel
bepaalde tijd op grond van artikel 28 Vreemdelingenwet 2000. Ik heb besloten uw
aanvraag in te willigen. Hieronder leest u hoe ik tot dit besluit ben gekomen.
Relevante feiten
Bij de door u ingediende aanvraag hebben wij de volgende relevante feiten vernomen.
U bent 19 jaar en komt uit Homs, een stad in Syrië. In oktober 2020 bent u uit Syrië
gevlucht naar Turkije. Daar bent u via een mensensmokkelaar door verschillende landen,
naar Nederland gereisd. Het gezin waar u vandaan komt bestaat uit een vader en broer,
die werkzaam waren als arts in een ziekenhuis. Zij kwamen om tijdens een
bombardement. In de toekomst wilt u ook graag arts worden. Daarnaast heeft u ook een
jongere broer en twee zusjes die momenteel bij uw moeder in Syrië wonen. Uw familie
was niet politiek actief. Bij terugkeer vreest u in een militaire dienst te moeten.
Hiertegen heeft u principiële bezwaren, omdat het regime mensenrechten schendt. Toen
u nog wonende was in Syrië heeft uw familie de dienstplicht afgekocht, alleen raakt het
geld langzamerhand op. Verder gaf u aan gevaar te lopen doordat u bent gevlucht. De
algehele veiligheidssituatie in Syrië is nog steeds kritisch vanwege de oorlog. Ik heb de
aspecten van het asielrelaas en de daarbij door u verstreken gegevens getoetst. Ik acht
deze gegevens geloofwaardig.
Motivatie
De aanvraag is beoordeeld aan de hand van de relevante uitspraken en wetsartikelen. In
dit besluit heb ik gekeken naar de Vreemdelingenwet 2000, de Vreemdelingencirculaire
2000, de kwalificatierichtlijn en de uitspraken van het HvJ-EU en de Nederlandse
Toetsing van:
Project migratie
HBR-2-PR-20-MI
Aantal woorden
1973
Hogeschool Leiden Opleiding HBO-Rechten
Stefan Kok
16-04-2021
Reguliere kans Jaar 2, blok 3
, IND Directie Asiel & Bescherming
Immigratie- en Naturalisatiedienst
Rijnstraat 8
2515 XP Den Haag
Ahmed Asahbi
Pietheinstraat 52
2578TN Den Haag
Den Haag, 16 april 2021
Betreft: besluit op aanvraag verblijfsvergunning asiel bepaalde tijd
Geachte heer Asahbi,
Op 1 februari 2021 heeft u een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel
bepaalde tijd op grond van artikel 28 Vreemdelingenwet 2000. Ik heb besloten uw
aanvraag in te willigen. Hieronder leest u hoe ik tot dit besluit ben gekomen.
Relevante feiten
Bij de door u ingediende aanvraag hebben wij de volgende relevante feiten vernomen.
U bent 19 jaar en komt uit Homs, een stad in Syrië. In oktober 2020 bent u uit Syrië
gevlucht naar Turkije. Daar bent u via een mensensmokkelaar door verschillende landen,
naar Nederland gereisd. Het gezin waar u vandaan komt bestaat uit een vader en broer,
die werkzaam waren als arts in een ziekenhuis. Zij kwamen om tijdens een
bombardement. In de toekomst wilt u ook graag arts worden. Daarnaast heeft u ook een
jongere broer en twee zusjes die momenteel bij uw moeder in Syrië wonen. Uw familie
was niet politiek actief. Bij terugkeer vreest u in een militaire dienst te moeten.
Hiertegen heeft u principiële bezwaren, omdat het regime mensenrechten schendt. Toen
u nog wonende was in Syrië heeft uw familie de dienstplicht afgekocht, alleen raakt het
geld langzamerhand op. Verder gaf u aan gevaar te lopen doordat u bent gevlucht. De
algehele veiligheidssituatie in Syrië is nog steeds kritisch vanwege de oorlog. Ik heb de
aspecten van het asielrelaas en de daarbij door u verstreken gegevens getoetst. Ik acht
deze gegevens geloofwaardig.
Motivatie
De aanvraag is beoordeeld aan de hand van de relevante uitspraken en wetsartikelen. In
dit besluit heb ik gekeken naar de Vreemdelingenwet 2000, de Vreemdelingencirculaire
2000, de kwalificatierichtlijn en de uitspraken van het HvJ-EU en de Nederlandse
