100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting van het boek anatomie en fysiologie

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
38
Geüpload op
24-06-2021
Geschreven in
2017/2018

Samenvatting van het boek anatomie en fysiologie












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
H10, 12, 13, 16 en 18
Geüpload op
24 juni 2021
Aantal pagina's
38
Geschreven in
2017/2018
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

 Martini F.H. & Bartholomew E.F. (2015) Het cardiovasculaire stelsel: het hart.
In Anatomie en fysiologie: een inleiding.(inleidinghoofdstuk 12, daarna paragraaf 1
2.1 & 12.3) Amsterdam: Pearson Benelux. [boekenlijst]
Martini F.H. & Bartholomew E.F.
(2015) Het cardiovasculaire stelsel: bloedvaten en bloedsomloop. In Anatomie en fysiologie
: een inleiding.(paragraaf 13.1, 13.2, 13.3, 13.5 & 13.6) Amsterdam: Pearson Benelux.

Hoofdstuk 12: een inleiding; de functie van het hart in het cardiovasculaire stelsel

Grote bloedsomloop (systeemcirculatie): vervoert bloed van en naar de rest van het lichaam.
Kleine bloedsomloop (pulmonaire circulatie): vervoert bloed van en naar de
gaswisselingsoppervlakken van de longen.
Elke bloedsomloop begint en eindigt bij het hart en bloed verplaatst zich beurtelings door deze twee
bloedsomlopen. Bloed dat vanuit de grote bloedsomloop naar het hart terugkeert, moet eerst de
kleine bloedsomloop doorlopen voordat het weer in de grote bloedsomloop terugkeert.

v. cava: holle ader
- Inferior: onderste
- Superior: bovenste

2 kleppen: (Functie: kan het niet teruggepompt worden, zodat het de goede kant opgaat)
- mitralus
- Pulmonalis




Bouw van het hart (atria/ventrikels)
- Arteriën (slagaders) of efferente bloedvaten, voeren bloed van het hart weg
o Elastische arteriën: zijn grote, buitengewoon veerkrachtige bloedvaten met een
diameter van wel 2,5 cm. (vb: a. pulmonalis, longslagader, en de aorta en hun
grootste vertakkingen).
o Musculeuze arteriën: middelgrote arteriën of distributiearteriën; vervoeren bloed
naar skeletspieren en inwendige organen. Heeft gemiddelde diameter van 0,4 cm.
(vb.: a. carotis externa)

, - Venen (aders) of afferente vaten verzamelen bloed uit alle weefsels en organen en voeren
het naar het hart terug. Indeling vindt plaats op basis van hun inwendige diameter:
o Venulen: kleinste, lijken op gerekte capillairen
o Middelgrote venen (diameter van 2-9 mm) kun je vergelijken met musculeuze
arteriën.
o Grote venen: vb: v. cava superior en inferior (bovenste en onderste holle ader)
- Capillairen (haarvaten) zijn kleine, dunwandige bloedvaten tussen de kleinste arteriën en de
kleinste venen. Dankzij de dunne wanden van de capillairen kan een uitwisseling
plaatsvinden van voedingsstoffen, opgeloste gassen en afvalstoffen tussen het bloed en de
omringende weefsels. Capillairen zijn de enige bloedvaten waarbij uitwisseling tussen het
bloed en omringende interstitiële vloeistof door de wanden mogelijk is.

Verschil atrium-ventrikel
Ventrikel zorgt ervoor dat bloed richting organen wordt gepompt.

Grote longslagader splitst zich omdat je 2 longen hebt.

Arteriolen: kleinste vertakkingen van slagaders. Zitten met name in de weefsels. Voordeel: kunnen
zelf samenspannen en ontspannen.

Coranairarteriën lopen over het hart. Kransslagader.

Hartkleppen
Het hart bevat 4 musculaire compartimenten, 2 voor elke bloedsomloop.
- Rechteratrium (atrium hal) of de rechterboezem ontvangt bloed uit de grote bloedsomloop
en geeft dat door aan het rechterventrikel of de rechterkamer, die bloed de kleine
bloedsomloop in stuwt.
- Als het hart slaat trekken eerst de twee atria samen en daarna de twee ventrikels. De twee
ventrikels trekken tegelijkertijd samen en stuwen gelijke hoeveelheden bloed weg.

Het hart is omgeven door de pericardiale holte. De bekleding van de pericardiale holte is een sereuze
membraan = hartzakje of pericardium.

De wand van het hart bevat drie duidelijke herkenbare lagen:
- Buitenste: epicardium (viscerale pericardium); dit sereuze membraan bestaat uit een
buitenste epitheel en onderliggende laag van losmazig bindweefsel die met myocardium is
verbonden.
- Middelste: myocardium (myocard of binnenste); gespierde wand van het hart, bevat
hartspierweefsel, bloedvaten en zenuwen.
- Endocardium (endocard); bekleden ook de hartkleppen. Is enkelvoudig plaveiselepitheel, en
het daaronder gelegen losmazige bindweefsel.

De bindweefsels van het hart bestaan uit vele collagene en elastische vezels rond elke afzonderlijke
hartspiercel; door deze vezels worden aangrenzende cellen bij elkaar gehouden. Deze vezels:
1. Verstevigen de hartspiervezels, bloedvaten en zenuwen van het myocardium
2. Verstevigen het hart en voorkomen dat het te veel wordt uitgerekt
3. Helpen het hart na een contractie naar zijn oorspronkelijke vorm terugkeren

H13 Het cardiovasculaire stelsel
 Uitleggen hoe het hart bloed rondpompt en begrijp je welke mechanismen daarvoor nodi
g zijn (pompfunctie en hartcyclus(systole/diastole);

, Benoemen hoe een bloeddruk tot stand komt en
op welke manier deze door het lichaam wordt gereguleerd.

Pompfunctie hart
Wat is ervoor nodig?
 HMV (hartminuutvolume) weten = slagvolume (hoeveel milliliter/liter per slag wordt
uitgepompt) x hartfrequentie

Kracht waarmee hart bloed rondpomartimpt hangt af van 4 factoren:
- Frequentie
- Contractiliteit  samentrekking
- Preload  aan de voorkant van het hart, aan voorkant van systeem van rondlopen. Is het
totale volume van bloed aan rechterkant.
- Afterload  waar bloed eruit kan lopen. Heeft met weerstand (iets waar je tegenin moet
werken) te maken

Hartcyclus: fasen hoe het hart ontspant, samentrekt, ontspant, samentrekt, etc.


a. Zorgt ervoor dat bloed de ventrikels in wordt geduwd.
b. A. eindigt.
c. Duurt wat langer. Ventrikels verdelen het bloed over longen
d. Contractie vindt plaats. Hier zijn de kleppen open
(bij c nog niet)
e. Ontspanningsfase: bloed kan zich weer verspreiden
richting atria en …
f. Diastole: mitralis en triclus mitrales kleppen zijn
geopend.




13.2
De primaire functie van de onderdelen van het cardiovasculaire stelsel (bloed, hart en bloedvaten) is
handhaven van een goede doorbloeding door de capillairen in alle weefsels van het lichaam.
Onder normale omstandigheden is de doorbloeding gelijk aan het hartminuutvolume, stijgt deze dan
neemt de doorbloeding van de capillairnetten ook toe. Daalt deze, dan neemt de doorbloeding ook
af.

Factoren van invloed op de doorbloeding
1. Druk: vloeistoffen (ook bloed) kunnen niet worden samengedrukt. Daardoor ontstaat een
vloeistofdruk (hydrostatische druk) wanneer een kracht op een vloeistof wordt uitgeoefend;
deze vloeistofdruk wordt in alle richtingen voorgeleid.
Als er een drukverschil bestaat, stroomt een vloeistof van een gebied met een hogere druk
naar een gebied met lagere druk. Hoe groter het drukverschil, hoe sneller de stroming.

, 2. Weerstand: elke kracht die zich tegen beweging verzet. In cardiovasculaire stelsel is
weerstand tegengesteld aan de bloedstroom. Bloed stroomt alleen als het drukverschil groot
genoeg is om de totale perifere weerstand te overwinnen, de weerstand van het gehele
cardiovasculaire stelsel. Perifere weerstand: weerstand van het arteriële systeem. Wordt
veroorzaakt door de:
- Vaatweerstand: levert grootste bijdrage aan perifere weerstand; de weerstand van de
bloedvaten tegen doorbloeding
- Viscositeit: weerstand tegen stroming die ontstaat door interacties tussen moleculen en
stoffen die in een vloeistof opgelost zijn.
- Turbulentie: door hoge stroomsnelheid van het bloed, onregelmatige oppervlakken als
gevolg van verwonding of ziekte, of door plotselinge veranderingen van de diameter van het
bloedvat wordt deze gelijkmatige stroming verstoord, waardoor wervelingen ontstaan

Drukverschillen in grote bloedsomloop
1. Systolische druk: maximale bloeddruk die tijdens de ventriculaire systole wordt gemeten
2. Diastolische druk: minimale bloeddruk aan het einde van de ventriculaire diastole
Bij bloeddruk meten heb je diastole (onderdruk) en systole (bovenste) waarde. Schrijf je op als RR
120(systole)/80(diastole).

Perifere weerstand:
- Vaatweerstand: weerstand van de vaat, kan verstijving van bloedvat veroorzaken. Heb je
meer weerstand.
- Viscositeit (mate van stroperigheid):
- Turbulentie: wervelingen van lucht. Van het hart naar aorta, heb je aortaklep en bloed bonst
voordat het doorstroomd.
 Van invloed op de doorbloeding van het orgaan.




Goed bestuderen 




H13.3
Drie variabele factoren die de doorbloeding van weefsels beïnvloeden zijn:
1. Hartminuutvolume
2. Perifere weerstand
3. Bloeddruk

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
anoukblokhuis Geen uitgever
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
119
Lid sinds
4 jaar
Aantal volgers
79
Documenten
32
Laatst verkocht
3 maanden geleden

3,2

10 beoordelingen

5
3
4
2
3
1
2
2
1
2

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen