Hoofdstuk 3: koopgedrag van klanten
Consumentengedrag= alle activiteiten van consumenten die te maken hebben met het
kiezen, kopen, gebruiken en eventueel afdanken van producten
Beslissingsproces van consumenten: behoefte beseffen -> informatie zoeken -> alternatieven
evalueren -> aankoop beslissing -> evaluatie na de koop
Evoked set= het aantal merken dat iemand bij een koopbeslissing in overweging neemt. Hier
wordt dan daarna een ordening aangebracht
Cognitieve dissonantie= een onaangenaam gevoel van twijfel na het nemen van een
moeilijke beslissing
Mond tot mond reclame= tevreden klanten die positief over het product praten tegen hun
sociale kring
3 soorten vormen van koopgedrag:
Uitgebreide Beperkte Routinekoopgedrag
besluitvorming besluitvorming (Impulsaankoop)
Risico Groot Redelijk Klein
Betrokkenheid Hoog Gemiddeld Laag
Aankoopfrequentie Laag Normaal Hoog
Aantal overwogen Veel Enkele 1
merken
Informatievergaring Uitgebreid Weinig Minimaal
Prijs Hoog Redelijk Laag
Invloeden op besluitvorming:
1. Persoonlijke factoren
Demografische kenmerken= leeftijd, inkomen, geslacht, opleidingsniveau
Lifestyle= AIO-variabelen: Activiteiten, Interesses, Opinies
Situationele invloeden= fysieke omgeving, aankoopreden, sociale omgeving,
tijd, toevalligheden
2. Psychologische factoren (interne factoren)
Behoeften en motieven
Perceptie
Leerprocessen
Persoonlijkheid
Attitudes= de neiging om steeds op dezelfde manier te reageren
3. Sociale invloeden
Cultuur
Sociale klasse
Referentiegroepen
Gezinsinvloeden
Behoeften -> verlangen
Motieven= innerlijke drang die aanzet tot actie
Negatief: problemen vermijden
Positief: intellectuele stimulans
Maslows behoeftehiërarchie:
Consumentengedrag= alle activiteiten van consumenten die te maken hebben met het
kiezen, kopen, gebruiken en eventueel afdanken van producten
Beslissingsproces van consumenten: behoefte beseffen -> informatie zoeken -> alternatieven
evalueren -> aankoop beslissing -> evaluatie na de koop
Evoked set= het aantal merken dat iemand bij een koopbeslissing in overweging neemt. Hier
wordt dan daarna een ordening aangebracht
Cognitieve dissonantie= een onaangenaam gevoel van twijfel na het nemen van een
moeilijke beslissing
Mond tot mond reclame= tevreden klanten die positief over het product praten tegen hun
sociale kring
3 soorten vormen van koopgedrag:
Uitgebreide Beperkte Routinekoopgedrag
besluitvorming besluitvorming (Impulsaankoop)
Risico Groot Redelijk Klein
Betrokkenheid Hoog Gemiddeld Laag
Aankoopfrequentie Laag Normaal Hoog
Aantal overwogen Veel Enkele 1
merken
Informatievergaring Uitgebreid Weinig Minimaal
Prijs Hoog Redelijk Laag
Invloeden op besluitvorming:
1. Persoonlijke factoren
Demografische kenmerken= leeftijd, inkomen, geslacht, opleidingsniveau
Lifestyle= AIO-variabelen: Activiteiten, Interesses, Opinies
Situationele invloeden= fysieke omgeving, aankoopreden, sociale omgeving,
tijd, toevalligheden
2. Psychologische factoren (interne factoren)
Behoeften en motieven
Perceptie
Leerprocessen
Persoonlijkheid
Attitudes= de neiging om steeds op dezelfde manier te reageren
3. Sociale invloeden
Cultuur
Sociale klasse
Referentiegroepen
Gezinsinvloeden
Behoeften -> verlangen
Motieven= innerlijke drang die aanzet tot actie
Negatief: problemen vermijden
Positief: intellectuele stimulans
Maslows behoeftehiërarchie: