Flexibele arbeidsrelaties rechtspositie is vaak onzeker
Werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd
o Bepaalde tijd / bepaald project / ter vervanging van iemand
Werknemers die in deeltijd werken
o Beperkt aantal uren / uren kunnen wel of niet vaststaan
Werknemers zonder vast afgesproken arbeidsduur
Werknemers die ingeleend zijn van een andere werkgever
Andere vormen: freelance, thuiswerken ect.
Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (art. 7:667 lid 1 BW)
einde van rechtswege = geen actie van partijen nodig contract loopt af
bepaalde tijd = objectief bepaalde toekomstige zekere gebeurtenis bijvoorbeeld een datum, herstel
zieke werknemer, project af ect.
Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd mag niet onbeperkt worden verlengd. Een keten van
arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd mag maar een bepaalde lengte hebben.
(art. 7:668a BW)
Keten = bestaat uit schakels van arbeidsovereenkomsten bij dezelfde werkgever die elkaar met
tussenpozen van minder dan zes maanden opvolgen.
De laatste arbeidsovereenkomst aangegaan in een keten van arbeidsovereenkomsten geldt
als aangegaan voor onbepaalde tijd indien:
o De keten een periode van 36 maanden overschrijdt (duur van de tussenpozen mag je
meetellen) (art. 7:668a lid 1 sub a BW)
o Er meer dan 3 schakels in de keten zitten (art. 7:668a lid 1 sub b BW)
Uitzondering ketenregeling: (art. 7:668a lid 11 BW)
De ketenregeling is niet van toepassing op werknemers onder de 18 jaar als de gemiddelde omvang
van hun werkzaamheden ten hoogste 12 uur per week bedraagt.
De ketenregeling gaat werken vanaf het moment dat de werknemer 18 jaar wordt.
Omvang arbeidsovereenkomst:
Zowel de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde als bepaalde tijd kan worden afgesloten voor een
vast aantal uren. Bijvoorbeeld 36 uur per week
Maar ook voor een variabel aantal uren (oproepovereenkomst) bijvoorbeeld:
Voorovereenkomstconstructie
Min-max-minimum contract
Arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht (nul-urencontract)
Voordelen voor werkgever:
Flexibiliteit
Opvangen van drukte
, 1. Voorovereenkomstconstructie = afspraak als er werk is kan je werken: voorovereenkomst
wat je gaat die afspraken aan voorafgaan aan dat er daadwerkelijk arbeidsovereenkomst
ontstaat.
o Geen feitelijke arbeidsovereenkomst maar een voorovereenkomst
(intentieverklaring)
o In de voorovereenkomst worden de arbeidsvoorwaarden afgesproken voor
toekomstige arbeidsovereenkomsten
o De (toekomstige) werknemer is niet verplicht gehoor te geven aan een oproep. Want
als je pas JA zegt wordt een voorovereenkomst omgezet naar een daadwerkelijke
overeenkomst.
o Bijvoorbeeld: inschrijving uitzendbureau
2. Min-max- en minimumcontract
o De arbeidsovereenkomst garandeert een minimum aantal te werken uren. Het aantal
uren en de loon zijn afgesproken bijvoorbeeld minimaal 6 uur per week. (Max is
standaard aantal uur zoals 40 of 36 uur per week.)
o Bij het min-max-contract wordt ook een maximum aantal te werken uren
afgesproken (bijvoorbeeld max 12 uur per week)
o Werknemer is verplicht aan een oproep gehoor te geven tot het maximum aantal
uren (bij een minimumcontract is dat de voltijdsnorm)
3. Arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht
o Nul-urencontract of oproepcontract
o Er wordt geen arbeidsduur overeengekomen
o Werknemer is verplicht aan een oproep gehoor te geven
De minderjarige en werk:
Minderjarige = personen die nog geen 18 jaar zijn, niet gehuwd zijn / of gehuwd zijn geweest
Minderjarige zijn handelingsonbekwaam (art. 1:233 BW)
Rechtsgeldige overeenkomst vereist handelingsbekwaamheid van partijen
Een minderjarige kan vanaf 16 jarige leeftijd zelfstandig een arbeidsovereenkomst aangaan (art.
7:612 lid 1 BW) Hij staat in alles wat betrekking heeft op die arbeidsovereenkomst met een
meerderjarige gelijk, en kan zonder bijstand van zijn wettelijke vertegenwoordiger in rechte
verschijnen.
Uitzondering: een minderjarige jonger dan 16 jaar heeft toestemming van zijn
vertegenwoordiger nodig.
o Uitzondering: piepsysteem = indien een minderjarige jonger dan 16 jaar vier weken
arbeid heeft verricht wordt deze toestemming verondersteld te zijn gegeven. (art.
7:612 lid 2 BW)