100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Volledige samenvatting didactiek semester 2 1e jaar

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
31
Geüpload op
26-12-2025
Geschreven in
2024/2025

Dit is een volledige samenvatting van didactiek semester 2 uit het eerste jaar van de opleiding. Onderwerpen: didactisch model van Gelder, beginsituatie, Doelstellingen, Leerinhoud, Leer- en onderwijsactiviteiten, Didactische principes voor een krachtige leeromgeving, didactische werkvormen, media

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
26 december 2025
Aantal pagina's
31
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

DIDACTIEK
didactiek
Hfst 1: didactisch model van Gelder
LEERDOELEN
 Omschrijven wat een didactisch model is.
 Beschrijven waaruit het didactisch model van Van Gelder bestaat.
 Uitleggen wat de verschillende componenten van het didactisch model van Van Gelder betekenen.
 Verklaren wat het constructieve alignement model inhoudt.

1.1 Wat is een didactisch model?
Er wordt in kaart gebracht welke elementen een bepalende rol spelen bij het tot stand
brengen van een krachtige leeromgeving.

1.2 Didactisch model van Van Gelder
Van Gelder
Wordt beschouwd als een van de grondleggers van de onderwijskunde. Deze wetenschap
richt zich op het ondersteunen van leerprocessen en bouwt daarbij voort op disciplines
zoals psychologie, pedagogiek en onderwijssociologie.




Het didactisch model beschrijft het leerproces als een cyclisch en systemisch geheel. Dit
betekent dat:
 Het leerproces een voortdurende terugkoppeling tussen de verschillende
componenten vereist.
 Beslissingen binnen één component invloed hebben op de andere componenten.

4 kerncomponenten
Die de schakels vormen binnen deze leerprocescyclus

Beginsituatie
- De startpositie van de leerlingen wordt in kaart gebracht.
- Hierin wordt gekeken naar de voorkennis, context, en randvoorwaarden van zowel
de klasgroep als individuele leerlingen.

Doelstellingen
- De leerdoelen worden geformuleerd in termen van concreet waarneembaar
gedrag.
- Dit betekent dat doelen specifiek, meetbaar en observeerbaar moeten zijn.

Onderwijsleersituatie
Dit omvat alle factoren die het leerproces beïnvloeden, zoals:
- Leerinhoud wat de leerlingen moeten leren.
- Leeractiviteiten wat de leerlingen doen, zoals luisteren, oefenen, onderzoeken, probleemoplossing,
discussiëren en vragen beantwoorden.
- Onderwijsactiviteiten wat de leerkracht doet om het leren te begeleiden en te stimuleren, zoals
uitleggen, demonstreren en vragen stellen.
- Media en onderwijsleermiddelen de dragers van de leerinhoud (zoals boeken, video's,
presentaties, digitale middelen).



1

, - Didactische werkvormen, onderverdeeld in:
 Aanbiedende werkvormen instructie, demonstreren, doceren.
 Gespreksvormen onderwijsleergesprek, klasgesprek.
 Opdrachtsvormen groepswerk, individuele opdrachten.
Belangrijk: een werkvorm is geen doel op zich, maar een middel om de
leerdoelen te bereiken.

Evaluatie en reflectie
- De effectiviteit van het onderwijs wordt bepaald door middel van evaluatie.
- Dit kan formatief (tijdens het leerproces) of summatief (achteraf, bij toetsen of
examens) gebeuren.
- Reflectie helpt bij het bijsturen van het onderwijsproces.

Analysevragen van Van Gelder
Om een les of leerproces goed te ontwerpen, stelt Van Gelder vijf belangrijke vragen:

Welke doelstellingen wil ik bereiken?
Formuleren in termen van concreet, observeerbaar gedrag.

Hoe ziet de beginsituatie eruit?
Analyse van de voorkennis, de kenmerken van de klasgroep en de randvoorwaarden.

Hoe ziet mijn onderwijsleersituatie eruit?
- Wat is de leerinhoud?
- Welke leeractiviteiten voeren de leerlingen uit?
- Welke onderwijsactiviteiten voert de leraar uit?
- Welke media en leermiddelen worden gebruikt?
- Welke didactische werkvormen worden ingezet?

Hoe ga ik de les uitvoeren?
Dit wordt bepaald door de eerder gemaakte keuzes in de onderwijsleersituatie.

Hoe wil ik de resultaten bepalen?
Keuze van de evaluatievormen (toetsing, observatie, zelfreflectie).

1.3 Link met een krachtige leeromgeving

 Een krachtige leeromgeving vereist een goede afstemming van didactische
componenten.
 Alle componenten (beginsituatie, doelstellingen, onderwijsleersituatie, evaluatie)
beïnvloeden elkaar en moeten samen worden bekeken.
 Ze werken als communicerende vaten een verandering in één component heeft gevolgen
voor de andere.
 Het ontwerpen van een krachtige leeromgeving kost tijd en planning.
 Grondig nadenken over deze keuzes is essentieel om diepgaand en fundamenteel
leren te bevorderen.

1.4 Constructive alignment model met componenten: doelen – evaluatie -
leeractiviteiten
Royackers - schuift voor het ontwerpen van een krachtige leeromgeving enkele
componenten die in het didactisch model aanwezig zijn naar voren.
Richt zich op drie kerncomponenten:
1. Doelen Afgeleid uit de eindtermen en helder geformuleerd.
2. Leeractiviteiten Onderwijs- en leeractiviteiten kiezen die de doelen het best ondersteunen,
rekening houdend met factoren zoals tijd, ruimte en beschikbare materialen.
3. Evaluatie Controleren of de doelen zijn bereikt, inclusief reflectie op de rol van de leerkracht.

De didactische cyclus bestaat uit vier stappen:
1. Activeren van voorkennis
2. Aanbrengen van nieuwe leerstof (met dual coding)
3. Samen inoefenen

2

, 4. Zelfstandig werken
Hfst 2: de beginsituatie
LEERDOELEN
 Uitleggen wat het belang is van de beginsituatie voor de klaspraktijk.
 Omschrijven welke elementen deel uitmaken van de beginsituatie.
 Uiteenzetten wat het verband is tussen de beginsituatie en fundamenteel leren.
 Het begrip differentiatie linken aan de beginsituatie.
 Benoemen en uitleggen wat de soorten beginsituaties zijn.
 Verklaren wat de zone van naaste ontwikkeling als concept inhoudt en bijkomend het verband met de
beginsituatie.
 Verklaren op welke manier een leerkracht de beginsituatie kan achterhalen.
 Verduidelijken waaruit de relatie tussen de beginsituatie en de doelen bestaat.
 Weergeven wat het belang van de voorkennis als deel van de beginsituatie.

2.1 Begripsomschrijving en situering in het didactisch model
Beginsituatie= geheel van persoons- en omgevingsgebonden factoren die bij
aanvang v/d OLS bep zijn voor de leerprocessen van leerlingen
Definitie en belang
 De beginsituatie is een essentiële component van het didactisch model van Van
Gelder.
 Het bepaalt de lesdoelen en helpt bij het creëren van een krachtige leeromgeving.

Wat houdt de beginsituatie in?
De leerkracht brengt de volgende aspecten van leerlingen in kaart:
 Voorkennis (Wat kennen en kunnen ze al?)
 Vaardigheden en attitudes
 Ervaringen en interesses
 Behoeften en leerstijlen

Waarom is dit belangrijk?
Bepaalt de keuze van werkvormen, klasorganisatie, media, timing en evaluatie.
Houdt rekening met:
 Individuele verschillen en groepsdynamiek.
 Persoons- en omgevingsfactoren (Schelfout & Tanghe, 2023).

Uitdagingen voor de leerkracht
 Rekening houden met verschillende leerstijlen en talenten.
 Niet op alles kunnen inspelen, maar wel een genuanceerd beeld krijgen van elke
leerling.

Koppeling met leerlinggericht onderwijs
 Leerlingen zijn actieve participanten in hun leerproces.
 Doel: Een krachtige leeromgeving creëren die groei en succes bij de lln stimuleert.

2.2 Wat kenmerkt de beginsituatie?
Wat is de beginsituatie?
 Bestaat uit verschillende factoren die invloed hebben op het lesgeven.
 Belangrijk bij lesvoorbereiding, planning en tijdens het lesgeven.
 Doel: Fundamenteel leren mogelijk maken.

Externe factoren (buiten de invloed van de leerkracht) hebben invloed op
planning en uitvoering lessen (lkr heeft er geen vat op)
 Schoolse verplichtingen (bv. Vlaamse toetsen vanaf 2024).
 Schoolomgeving en faciliteiten (bv. moderne technologie vs. beperkte middelen).
 Maatschappelijke gebeurtenissen (bv. oorlog, natuurrampen) kunnen impact
hebben op lln waardoor de lkr hier best tijd voor vrijmaakt en geplande lessen
even aan de kant dient te schuiven

Interne factoren (eigen aan de leerling of klasgroep)
Individuele leerling:
 Competenties en vaardigheden.


3

,  Cognitieve, motorische en emotionele ontwikkeling.
 Motivatie en welbevinden.
 Leerproblemen of ontwikkelingsstoornissen.
 Zelfbeeld en culturele achtergrond.
Klasgroep:
 Klassamenstelling (gender, leeftijden, karakters).
 Groepsniveau (sterk/minder sterk in vakken, voorkennis).
 Klasklimaat en groepsdynamiek (samenwerking, conflicten).

Differentiatie en onderwijsbehoeften
Leerkracht stemt lesaanpak af op verschillen tussen leerlingen. De lkr voorziet een
concreet aanbod om deze verschillen op te vangen.
Voorbeelden van differentiatie:
 Uitbreidingsoefeningen voor sterke leerlingen.
 Extra ondersteuning of aangepaste instructie.
 Individuele begeleiding in kleine groepjes.
 Ondersteuning voor leerlingen met specifieke noden (bv. autisme).

Conclusie
 Een goede analyse van de beginsituatie helpt de leerkracht optimale leerkansen te
creëren.
 Differentiatie is noodzakelijk, maar uitdagend.
 Doel: Elke leerling zo goed mogelijk ondersteunen in zijn leerproces.

2.3 Soorten beginsituaties
Waarom is de beginsituatie belangrijk?
 De leerkracht brengt de beginsituatie in kaart vóór het lesgeven.
 Bepaalt de doelen en de ontwikkeling die de leerling kan doormaken.
 Er wordt gestreefd naar een volgend niveau in ontwikkeling v/d kinderen
 Vygotsky’s theorie: Leren gebeurt in de zone van naaste ontwikkeling (ZNO) → de
kloof tussen wat een kind nu kan en wat het kan leren met begeleiding.

Twee soorten beginsituaties
Actuele beginsituatie (huidige status van de leerling)
 Wat een leerling nu zelfstandig kan, zonder hulp.
 Momentopname bij de start van een schooljaar of lesperiode.
 Kan gaan over meer dan kennis en vaardigheden alleen, het omvat:
o Huidige kennis en vaardigheden Wat weet de leerling al?
o Huidige sociaal-emotionele toestand Hoe voelt de leerling zich? Wat is hun huidige
motivatie?
o Huidige culturele en taalkundige context Welke taal spreekt de leerling?
o Huidige fysieke en materiële omstandigheden Welke middelen zijn beschikbaar?
o Huidige gezondheid en welbevinden Zijn er aandachtspunten?

Toekomstige beginsituatie (verwachte ontwikkeling)
 Wat een leerling kan bereiken met hulp (zone van naaste ontwikkeling).
 Kijkt vooruit naar een toekomstige evaluatie na een periode van lesgeven.
 Doelen worden bepaald op basis van de verwachte vooruitgang in:
o Kennis en vaardigheden.
o Sociaal-emotionele ontwikkeling.
o Fysieke groei en motorische vaardigheden.
 Dynamisch proces → De toekomstige beginsituatie wordt later de nieuwe actuele
beginsituatie.

Conclusie
 De zone van naaste ontwikkeling is cruciaal: leren gebeurt door sociale interactie
en begeleiding.
 De leerkracht speelt een actieve rol in het ondersteunen van leerlingen in hun
leerproces.


4
€7,46
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
hannedecooman

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
hannedecooman Odisee Hogeschool
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
1
Lid sinds
1 dag
Aantal volgers
0
Documenten
12
Laatst verkocht
20 uur geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen