STATISTIEK I
Célestine Vermeersch
,Inhoud
Hoorcollege 1..............................................................................................3
soorten steekproeven en bias..................................................................3
soorten bias (= vertekening)................................................................5
soorten steekproeven...........................................................................5
Hoorcollege 2..............................................................................................7
datamatrix + onderzoekselementen........................................................7
onderzoekselementen...........................................................................7
meetproces van latente variabelen/constructen (CIO)..........................7
4 Meetniveau’s (+ afrondingsregels).......................................................9
kwalitatieve/categorische meetniveaus................................................9
kwantitatieve/numerieke meetniveaus.................................................9
Frequentietabel (+ sommatieteken)......................................................10
Voorbeeld oefeningen van CAF & CRF................................................11
Sommatieteken...................................................................................11
beknopte samenvatting........................................................................0
Hoorcollege 3..............................................................................................1
geclassificeerde frequentietabel..............................................................1
stappenplan..........................................................................................1
TABEL UITBREIDEN................................................................................6
grafische voorstellingen 2........................................................................7
histogram..............................................................................................7
frequentiepolygoon...............................................................................9
beschrijvende statistiek en kengetallen.................................................12
kengetallen.........................................................................................12
Hoorcollege 4............................................................................................13
centrummaten 1.....................................................................................13
info over ligging van data...................................................................13
sommatieteken 2...................................................................................26
sommatieteken dat inwerkt o/E som herschrijven..............................26
sommatieteken dat inwerkt o/e veelvoud van herschrijven................26
sommatieteken dat inwerkt o/e constante term.................................28
1
,Centrummaten 2....................................................................................29
BEWIJS VAN DE FULCRUM-eigenschap................................................29
lineaire transformatie..........................................................................29
2
, HOORCOLLEGE 1
Statistiek heeft 3 hoofdfuncties:
1. Beschrijven (HC 1-7)
- Belangrijkste kenmerken v/e dataset beschrijven
- Gegevens op overzichtelijke & betekenisvolle manier
- Hoe? (geclassificeerde) frequentietabellen, grafieken &
kengetallen
2. Verklaren/inferentieel (HC 8 – 16)
3. Voorspellen (bij gevorderde vakken)
SOORTEN STEEKPROEVEN EN BIAS
Variabele = geobserveerde kenmerk (vb: gender, lengte, …)
Constante = kenmerk slechts één waarde aanneemt, geen
variatie DUS
Populatie (N) = de groep waarover het onderzoek een uitspraak wil
doen
Duur & biased (= vertekend)
Steekproef = selectie uit de totale populatie, waarop je het
(n) onderzoek uitvoert
Strata = bewust verdelen in homogene groepen o.b.v.
relevante eigenschappen (vb. geslacht, leeftijd, regio)
= zo representativiteit garanderen
Vb: enquête bij studenten over studiemotivatie
N: alle studenten v/d universiteit
Strata: bachelor master, man vrouw
Willekeurig 100 BA en 100 MA
Clusters = heterogene groepen die een miniatuurversie v/d N
zijn
= onderzoek uitvoerbaar te maken (≠ diversiteit)
Vb: Vlaamse scholieren bevragen
N: alle leerlingen in Vlaanderen
Clusters: scholen
Willekeurig 5 scholen kiezen
Quota Vastgelegde aantallen of percentages
3
Célestine Vermeersch
,Inhoud
Hoorcollege 1..............................................................................................3
soorten steekproeven en bias..................................................................3
soorten bias (= vertekening)................................................................5
soorten steekproeven...........................................................................5
Hoorcollege 2..............................................................................................7
datamatrix + onderzoekselementen........................................................7
onderzoekselementen...........................................................................7
meetproces van latente variabelen/constructen (CIO)..........................7
4 Meetniveau’s (+ afrondingsregels).......................................................9
kwalitatieve/categorische meetniveaus................................................9
kwantitatieve/numerieke meetniveaus.................................................9
Frequentietabel (+ sommatieteken)......................................................10
Voorbeeld oefeningen van CAF & CRF................................................11
Sommatieteken...................................................................................11
beknopte samenvatting........................................................................0
Hoorcollege 3..............................................................................................1
geclassificeerde frequentietabel..............................................................1
stappenplan..........................................................................................1
TABEL UITBREIDEN................................................................................6
grafische voorstellingen 2........................................................................7
histogram..............................................................................................7
frequentiepolygoon...............................................................................9
beschrijvende statistiek en kengetallen.................................................12
kengetallen.........................................................................................12
Hoorcollege 4............................................................................................13
centrummaten 1.....................................................................................13
info over ligging van data...................................................................13
sommatieteken 2...................................................................................26
sommatieteken dat inwerkt o/E som herschrijven..............................26
sommatieteken dat inwerkt o/e veelvoud van herschrijven................26
sommatieteken dat inwerkt o/e constante term.................................28
1
,Centrummaten 2....................................................................................29
BEWIJS VAN DE FULCRUM-eigenschap................................................29
lineaire transformatie..........................................................................29
2
, HOORCOLLEGE 1
Statistiek heeft 3 hoofdfuncties:
1. Beschrijven (HC 1-7)
- Belangrijkste kenmerken v/e dataset beschrijven
- Gegevens op overzichtelijke & betekenisvolle manier
- Hoe? (geclassificeerde) frequentietabellen, grafieken &
kengetallen
2. Verklaren/inferentieel (HC 8 – 16)
3. Voorspellen (bij gevorderde vakken)
SOORTEN STEEKPROEVEN EN BIAS
Variabele = geobserveerde kenmerk (vb: gender, lengte, …)
Constante = kenmerk slechts één waarde aanneemt, geen
variatie DUS
Populatie (N) = de groep waarover het onderzoek een uitspraak wil
doen
Duur & biased (= vertekend)
Steekproef = selectie uit de totale populatie, waarop je het
(n) onderzoek uitvoert
Strata = bewust verdelen in homogene groepen o.b.v.
relevante eigenschappen (vb. geslacht, leeftijd, regio)
= zo representativiteit garanderen
Vb: enquête bij studenten over studiemotivatie
N: alle studenten v/d universiteit
Strata: bachelor master, man vrouw
Willekeurig 100 BA en 100 MA
Clusters = heterogene groepen die een miniatuurversie v/d N
zijn
= onderzoek uitvoerbaar te maken (≠ diversiteit)
Vb: Vlaamse scholieren bevragen
N: alle leerlingen in Vlaanderen
Clusters: scholen
Willekeurig 5 scholen kiezen
Quota Vastgelegde aantallen of percentages
3