ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
HOOFDSTUK 1 : INLEIDING EN SITUERING
AFBAKENING
Werknemer ↔ organisatie
o We gaan kijken naar de interactie, de link, het samenspel tussen die twee
- We gaan kijken hoe bepaalde gedragingen van werknemer een impact
hebben op organisatie waarvoor die werkt (bv. hoe persoonlijkheid
effect heeft op jobprestatie)
- We gaan kijken of er bepaalde zaken zijn die de organisatie op touw kan
zetten die dat een impact hebben op de werknemer (bv. licht
veranderen)
SITUERING VAN DE ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
Andere manier om het vakgebied voor te stellen
Starten vanuit focus op het individu
Enerzijds heb je de mens als producent
en anderzijds de mens als consument
Twee types van relaties: mens-arbeid
(hierboven) en mens-mens
Onderscheid in drie vakgebieden
Ergonomie = proberen de job aan te passen aan de persoon; de persoon is
gegeven en je probeert de omgeving daaraan aan te passen
Arbeidspsychologie = de job is gegeven en je probeert de persoon daaraan aan te
passen; je probeert de persoon of te trainen of te selecteren (bv. opleidingen,
trainingen)
Organisatiepsychologie = het bestuderen van mensen binnen een
organisatiecontext (zaken zoals organisatiecultuur en leiderschap)
HISTORISCHE EN MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
Filosofie
Filosofen hebben impact gehad op de manier hoe we over werkende mensen zijn
gaan denken en dus ook een impact op de arbeids- en organisatiepsychologie
Plato:
o Beschrijft ideale staat als plaats waar individuen die taken toegewezen
krijgen waarvoor best geschikt
, - Filosofen = leiders van die staat = de koningen
- Wachters = mensen die orde moeten bewaren = een soort politie
- Gewone mens = mensen die gewoon moeten produceren
o Stelt: geen twee personen exact gelijk geboren; mensen verschillen qua
natuurlijke begaafdheden
o Stelt militaire geschiktheidstests op om soldaten van ideale staat te
selecteren
o Basisidee werving en selectie: niet iedereen heeft dezelfde capaciteiten en
we selecteren mensen waarvan de capaciteiten aansluiten bij wat de job
vereist
Juan de Dios Huarte y Navarro:
o Grote individuele verschillen tussen mensen
o Verschillende beroepen vereisen verschillende vaardigheidspatronen
o Belang van goede professionele diagnostiek door de staat, zodat men
jongeren kan verplichten het kennisdomein te bestuderen waarvoor meest
geschikt
- Voordeel voor staat: beste mensen op de juiste plaats
- Voordeel voor individu: geen tijd en moeite verspillen in het denken
over wat je wilt gaan doen
Natuurwetenschappelijke methode
Opkomst van de natuurwetenschappelijke methode heeft er ook voor gezorgd dat
de arbeids- en organisatiepsychologie belangrijk geworden is
Observatie → hypothese → toetsing → verwerping/aanvaarding hypothese
o Je ziet iets en daar vorm je een hypothese van die je kan gaan toetsen om
later die hypothese te verwerpen of te aanvaarden
Vb. Milgram experiment
o Hypothese = mensen zijn gevoelig aan autoriteit
o Proefpersonen gingen naar labo en dan werd er uitgelegd dat ze meededen
aan een leerexperiment
o Participanten waren altijd de leraar die elektrische shocken gaven bij
fouten
Maatschappelijke ontwikkeling/sociale invloeden
Vroeger geen nood eraan maar na de industriële revolutie en de verstedelijking
moesten mensen samenwerken en zich organiseren → nood aan psychologie over
de werkende mens
Door AI verdwijnen er jobs bv. vertalers en copiloten
Humanisme = stroming waarbij de mens centraal staat
Menselijke vrijheid en zelfbeschikking heel belangrijk
Heeft impact gehad op arbeids- en organisatiepsychologie
Eerste academische ontwikkelingen
1879: Wilhelm Wundt = stichter van de psychologie = vader van de psychologie
o Eerste psychologische labo van Wundt is een belangrijke ontwikkeling
geweest
o Experimentele methode om menselijk gedrag te bestuderen
, o Introspectie = mensen moeten uitleggen wat hun ervaringen waren tijdens
het experiment
Arbeidspsychologie – consumentenpsychologie
1901: Walter Dill Scott
o Toespraak over psychologie en reclame
- Walter is beginnen nadenken over de manier waarop reclame hem
beïnvloedt
o Voor eerst commerciële activiteit linken aan psychologische inzichten
- Voor de eerste keer werd die commerciële activiteit gelinkt met
psychologie
1912: Hugo Münsterberg = vader van de arbeids- en organisatiepsychologie
o Psychology and industrial efficiency
o Toepassen van empirisch – natuurwetenschappelijke methode op selectie
voor het selecteren van mensen bv. trambestuurders
- Beweging met het wiel
- Peren met lichtjes boven om de reactiesnelheid te testen
METHODOLOGISCHE INVLOEDEN
Differentiële psychologie = verschillen tussen individuen
o Galton, Pearson
- Sterke interesse in individuele verschillen vanuit het idee dat sommige
mensen beter zijn in overleven dan andere
- Experimentele methode
- Ontwikkelen van statistische technieken (gemiddelde,
standaardafwijking, correlatie)
- Basis voor selectiepsychologie; kijken wie meest gepast is voor die job
o McKeen Cattell, Binet en Simon, Terman, Yerkes
- Individuele verschillen in cognitieve vaardigheden
- Intelligentietests
- Best prestatie in job voorspellen: redeneervermogen/intelligentie
o Guilford, Cattell
- Individuele verschillen in persoonlijkheid
- Hoe mensen zich typisch gedragen = persoonlijkheid
EVOLUTIE VAN MAATSCHAPPELIJKE BEELD OVER DE MENS IN EEN
ARBEIDSSITUATIE
Evoluties over de manier waarop we over mensen zijn gaan denken
< 20 eeuw:
o Werknemer volgt slaafs instructies en heeft geen eigen mening
o Werd heel weinig rekening gehouden met hun behoeften
De rationeel-economische mens:
o Werknemer heeft vooral rationeel - economische motieven
o Taylor, scientific management
- Taylor kreeg de opdracht ervoor te zorgen dat er een positief effect was
op de productie en op de werknemers → case studie → deal
- Werkmethoden moeten gebaseerd zijn op wetenschappelijke principes
- Selecteer, train en ontwikkel elke werknemer op een wetenschappelijke
manier
- Zorg ervoor dat de geplande werkmethode gevolgd wordt
, - Managers analyzeren en plannen, werknemers voeren uit
- Basisidee: mensen zijn rationeel economische wezens; werknemers zijn
van nature lui, die willen niet werken; enige manier om hun te
overtuigen is adhv rationeel economische motieven, dus meer geld
geven
- Werk opdelen in kleine stukjes en verdelen en omdat je altijd hetzelfde
moet doen, kan je dat gaan perfectioneren
- Werkmethoden moeten gebaseerd zijn op een wetenschappelijke
manier
o Gilbreths, time and motion studies
- Time and motion studies gaan verder op dat scientific management
maar dan nog specifieker
Patiënten liggen op een soort lopende band systeem
Elke chirurg heeft zijn/haar specialisatie
Hyperspecialisatie waardoor je veel meer volumes kunt
draaien
De sociale mens:
o Werknemers hebben ook sociale behoeften
o Mayo, Hawthorne effect
- Wanneer de lichtintensiteit verhoogde/verlaagde of wanneer de lampen
werden vervangen, steeg de prestatie omdat mensen de behoefte
hebben aan aandacht die aan hen geschonken wordt
De naar-ontplooiing-zoekende mens:
o Werknemers willen ook persoonlijk iets opsteken van het werk; ze willen
ontwikkelen en bijleren
o Herzberg, tweefactorentheorie:
- Hygiene factors/dissatisfiers en motivators/satisfiers
- Er zijn twee onafhankelijke factoren die niets met elkaar te
maken hebben en de ene zorgt voor ontevredenheid en de
andere voor tevredenheid
- Demotivatoren = zaken die ervoor zorgen dat mensen
ontevreden zijn in de job en het wegwerken ervan zorgt ervoor
dat die ontevredenheid verdwijnt
- Zaken die met de randvoorwaarden van de job te maken
hebben (het loon, de verlichting, de bedrijfswagen)
- Motivatoren = zaken die ervoor zorgen dat we gelukkig worden
in die job
- Zaken die met de job zelf te maken hebben; met de
jobinhoud
- Implicatie van de theorie: als je wil dat mensen tevreden zijn, dan moet
je eerst die ontevredenheid wegwerken en dan pas kan je aan de
tevredenheid beginnen werken
HOOFDSTUK 1 : INLEIDING EN SITUERING
AFBAKENING
Werknemer ↔ organisatie
o We gaan kijken naar de interactie, de link, het samenspel tussen die twee
- We gaan kijken hoe bepaalde gedragingen van werknemer een impact
hebben op organisatie waarvoor die werkt (bv. hoe persoonlijkheid
effect heeft op jobprestatie)
- We gaan kijken of er bepaalde zaken zijn die de organisatie op touw kan
zetten die dat een impact hebben op de werknemer (bv. licht
veranderen)
SITUERING VAN DE ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
Andere manier om het vakgebied voor te stellen
Starten vanuit focus op het individu
Enerzijds heb je de mens als producent
en anderzijds de mens als consument
Twee types van relaties: mens-arbeid
(hierboven) en mens-mens
Onderscheid in drie vakgebieden
Ergonomie = proberen de job aan te passen aan de persoon; de persoon is
gegeven en je probeert de omgeving daaraan aan te passen
Arbeidspsychologie = de job is gegeven en je probeert de persoon daaraan aan te
passen; je probeert de persoon of te trainen of te selecteren (bv. opleidingen,
trainingen)
Organisatiepsychologie = het bestuderen van mensen binnen een
organisatiecontext (zaken zoals organisatiecultuur en leiderschap)
HISTORISCHE EN MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIES
Filosofie
Filosofen hebben impact gehad op de manier hoe we over werkende mensen zijn
gaan denken en dus ook een impact op de arbeids- en organisatiepsychologie
Plato:
o Beschrijft ideale staat als plaats waar individuen die taken toegewezen
krijgen waarvoor best geschikt
, - Filosofen = leiders van die staat = de koningen
- Wachters = mensen die orde moeten bewaren = een soort politie
- Gewone mens = mensen die gewoon moeten produceren
o Stelt: geen twee personen exact gelijk geboren; mensen verschillen qua
natuurlijke begaafdheden
o Stelt militaire geschiktheidstests op om soldaten van ideale staat te
selecteren
o Basisidee werving en selectie: niet iedereen heeft dezelfde capaciteiten en
we selecteren mensen waarvan de capaciteiten aansluiten bij wat de job
vereist
Juan de Dios Huarte y Navarro:
o Grote individuele verschillen tussen mensen
o Verschillende beroepen vereisen verschillende vaardigheidspatronen
o Belang van goede professionele diagnostiek door de staat, zodat men
jongeren kan verplichten het kennisdomein te bestuderen waarvoor meest
geschikt
- Voordeel voor staat: beste mensen op de juiste plaats
- Voordeel voor individu: geen tijd en moeite verspillen in het denken
over wat je wilt gaan doen
Natuurwetenschappelijke methode
Opkomst van de natuurwetenschappelijke methode heeft er ook voor gezorgd dat
de arbeids- en organisatiepsychologie belangrijk geworden is
Observatie → hypothese → toetsing → verwerping/aanvaarding hypothese
o Je ziet iets en daar vorm je een hypothese van die je kan gaan toetsen om
later die hypothese te verwerpen of te aanvaarden
Vb. Milgram experiment
o Hypothese = mensen zijn gevoelig aan autoriteit
o Proefpersonen gingen naar labo en dan werd er uitgelegd dat ze meededen
aan een leerexperiment
o Participanten waren altijd de leraar die elektrische shocken gaven bij
fouten
Maatschappelijke ontwikkeling/sociale invloeden
Vroeger geen nood eraan maar na de industriële revolutie en de verstedelijking
moesten mensen samenwerken en zich organiseren → nood aan psychologie over
de werkende mens
Door AI verdwijnen er jobs bv. vertalers en copiloten
Humanisme = stroming waarbij de mens centraal staat
Menselijke vrijheid en zelfbeschikking heel belangrijk
Heeft impact gehad op arbeids- en organisatiepsychologie
Eerste academische ontwikkelingen
1879: Wilhelm Wundt = stichter van de psychologie = vader van de psychologie
o Eerste psychologische labo van Wundt is een belangrijke ontwikkeling
geweest
o Experimentele methode om menselijk gedrag te bestuderen
, o Introspectie = mensen moeten uitleggen wat hun ervaringen waren tijdens
het experiment
Arbeidspsychologie – consumentenpsychologie
1901: Walter Dill Scott
o Toespraak over psychologie en reclame
- Walter is beginnen nadenken over de manier waarop reclame hem
beïnvloedt
o Voor eerst commerciële activiteit linken aan psychologische inzichten
- Voor de eerste keer werd die commerciële activiteit gelinkt met
psychologie
1912: Hugo Münsterberg = vader van de arbeids- en organisatiepsychologie
o Psychology and industrial efficiency
o Toepassen van empirisch – natuurwetenschappelijke methode op selectie
voor het selecteren van mensen bv. trambestuurders
- Beweging met het wiel
- Peren met lichtjes boven om de reactiesnelheid te testen
METHODOLOGISCHE INVLOEDEN
Differentiële psychologie = verschillen tussen individuen
o Galton, Pearson
- Sterke interesse in individuele verschillen vanuit het idee dat sommige
mensen beter zijn in overleven dan andere
- Experimentele methode
- Ontwikkelen van statistische technieken (gemiddelde,
standaardafwijking, correlatie)
- Basis voor selectiepsychologie; kijken wie meest gepast is voor die job
o McKeen Cattell, Binet en Simon, Terman, Yerkes
- Individuele verschillen in cognitieve vaardigheden
- Intelligentietests
- Best prestatie in job voorspellen: redeneervermogen/intelligentie
o Guilford, Cattell
- Individuele verschillen in persoonlijkheid
- Hoe mensen zich typisch gedragen = persoonlijkheid
EVOLUTIE VAN MAATSCHAPPELIJKE BEELD OVER DE MENS IN EEN
ARBEIDSSITUATIE
Evoluties over de manier waarop we over mensen zijn gaan denken
< 20 eeuw:
o Werknemer volgt slaafs instructies en heeft geen eigen mening
o Werd heel weinig rekening gehouden met hun behoeften
De rationeel-economische mens:
o Werknemer heeft vooral rationeel - economische motieven
o Taylor, scientific management
- Taylor kreeg de opdracht ervoor te zorgen dat er een positief effect was
op de productie en op de werknemers → case studie → deal
- Werkmethoden moeten gebaseerd zijn op wetenschappelijke principes
- Selecteer, train en ontwikkel elke werknemer op een wetenschappelijke
manier
- Zorg ervoor dat de geplande werkmethode gevolgd wordt
, - Managers analyzeren en plannen, werknemers voeren uit
- Basisidee: mensen zijn rationeel economische wezens; werknemers zijn
van nature lui, die willen niet werken; enige manier om hun te
overtuigen is adhv rationeel economische motieven, dus meer geld
geven
- Werk opdelen in kleine stukjes en verdelen en omdat je altijd hetzelfde
moet doen, kan je dat gaan perfectioneren
- Werkmethoden moeten gebaseerd zijn op een wetenschappelijke
manier
o Gilbreths, time and motion studies
- Time and motion studies gaan verder op dat scientific management
maar dan nog specifieker
Patiënten liggen op een soort lopende band systeem
Elke chirurg heeft zijn/haar specialisatie
Hyperspecialisatie waardoor je veel meer volumes kunt
draaien
De sociale mens:
o Werknemers hebben ook sociale behoeften
o Mayo, Hawthorne effect
- Wanneer de lichtintensiteit verhoogde/verlaagde of wanneer de lampen
werden vervangen, steeg de prestatie omdat mensen de behoefte
hebben aan aandacht die aan hen geschonken wordt
De naar-ontplooiing-zoekende mens:
o Werknemers willen ook persoonlijk iets opsteken van het werk; ze willen
ontwikkelen en bijleren
o Herzberg, tweefactorentheorie:
- Hygiene factors/dissatisfiers en motivators/satisfiers
- Er zijn twee onafhankelijke factoren die niets met elkaar te
maken hebben en de ene zorgt voor ontevredenheid en de
andere voor tevredenheid
- Demotivatoren = zaken die ervoor zorgen dat mensen
ontevreden zijn in de job en het wegwerken ervan zorgt ervoor
dat die ontevredenheid verdwijnt
- Zaken die met de randvoorwaarden van de job te maken
hebben (het loon, de verlichting, de bedrijfswagen)
- Motivatoren = zaken die ervoor zorgen dat we gelukkig worden
in die job
- Zaken die met de job zelf te maken hebben; met de
jobinhoud
- Implicatie van de theorie: als je wil dat mensen tevreden zijn, dan moet
je eerst die ontevredenheid wegwerken en dan pas kan je aan de
tevredenheid beginnen werken