Onderzoeksmethodologie en statistiek in de revalidatiewetenschappen – HT1: basisprincipes
1.1 Definitie
Methodologie is de studie van wetenschappelijke methoden, procedures en werkwijzen, die worden gebruikt om
onderzoek te voeren en op die manier kennis te verwerven, deze kennis te delen via vakliteratuur en de wetenschap
(alsook de praktijk) in een specifiek vakdomein vooruit te helpen / de kennisbasis verder te ontwikkelen.
1.2 Doel wetenschappelijk onderzoek
• Problemen oplossen
• Verklaringen vinden
• Waarnemingen veralgemenen
• Theorieën opbouwen
• Theorieën testen
• Evidence-based practice !!!
1.3 PICO / PECO – principe
=> formuleren van een klinische (onderzoeks) vraag
● P = Probleem, patiënt of (doel)populatie
o Bij een oudere patiënt, twee maand na een beroerte ….
● I/E = Intervention/Exposure: behandeling, zorgproces of (diagnostische) test
o … is een loopband training met gedeeltelijke ondersteuning van het lichaamsgewicht EFFECTIEVER
dan …
● C = Comparison of Controle
o … de traditionele staptraining zonder ondersteuning …
● O = Outcome of resultaat
o … voor het verbeteren van de wandelsnelheid en het evenwichtsbehoud?
1.4 Onderzoeksvragen uit de praktijk
• DIAGNOSTISCHE vragen:
= Aandoeningen of beperkingen vaststellen
• ETIOLOGISCHE vragen:
= Naar oorzaak van ziekte / gevolgen van blootstelling
• INTERVENTIE / PREVENTIE vragen:
= Naar effectiviteit van een interventie, behandeling of preventieve maatregel
• PROGNOSTISCHE VRAGEN:
= Naar voorspelling van beloop of uitkomst
1
,1.5 Revalidatiewetenschappen
• Behoort tot de toegepaste wetenschappen
• Multidisciplinair vakgebied:
o Biomedische wetenschappen:
▪ Fysiologie, anatomie, fysica, (bio)chemie, …
o Gedragswetenschappen:
▪ Psycho(patho)logie, deontologie, ethiek, …
• Onderzoeksmethoden uit verschillende wetenschapsdomeinen
1.6 Basiseigenschap wetenschapper en / of beroepsbeoefenaar
• Kritische geest
• Niet alleen weten «wat», maar ook «waarom» !
1.7 Onwetenschappelijk denken / doen
• Vasthouden aan gewoontes
• Vertrouwen op intuïtie
• Vertrouwen op eigen ervaring
• Vertrouwen op oordeel van grote autoriteit
• Verkeerde conclusie bij redenering
1.8 Wetenschappelijk redeneren
Deductieve redenering
• Top-bottom
• Theorie / bestaande kennis als basis voor hypothese
• Conclusie afhankelijk van …
• Geen ‘echte’ nieuwe kennis
Inductieve redenering
• Bottom-up
• Ervaring, specifieke observaties
• en herkenning van patronen
• Veralgemening naar populatie
• Ontwikkeling van nieuwe kennis
2
,1.9 Wetenschappelijk redeneren
• Beide vormen van redeneren kunnen ook binnen eenzelfde onderzoek worden toegepast:
1. Deductief redeneren
o Om de onderzoeksvraag te formuleren, op basis van bestaande theorieën of bestaande kennis
o TESTEN VAN EEN THEORIE…
2. Inductief redeneren
o Bij het besluiten trekken uit de resultaten van de studie
o OPBOUWEN VAN EEN THEORIE…
1.10 Eigenschappen van degelijk wetenschappelijk onderzoek
• Systematisch:
= Altijd dezelfde 10 stappen worden doorlopen (~ zie slide 12)
• Repliceerbaar:
= Alle stappen en methoden worden zeer goed bijgehouden zodat het herhaalbaar is in verder eigen/ander
onderzoek
• Gecontroleerd:
= Externe factoren worden gecontroleerd om interactie met bestudeerde variabelen uit te sluiten
• Reductief:
= Resultaten van talrijke data worden gereduceerd tot een algemeen gegeven, conclusie of bevinding
• Logisch:
= Besluiten worden getrokken op basis van een deductieve en/of inductieve logische redenering
1.11 Stappen in het onderzoeksproces
Stap 1: Onderwerp kiezen
Stap 2: Literatuuronderzoek over onderwerpen
Stap 3: Probleem definiëren en afbakenen
Stap 4: Onderzoeksvraag en hypotheses formuleren
Stap 5: Onderzoeksdesign kiezen
Stap 6: Proefgroep of steekproef bepalen
Stap 7: Meetmethoden bepalen
Stap 8: data verzamelen
Stap 9: Data analyseren (= statistische analyses)
Stap 10: Resultaten interpreteren en rapporteren (= hypothese aanvaarden of verwerpen)
3
, 1.12 Tien stappen -> twee fasen van onderzoek
• Planningsfase
= onderzoeksvraag en onderzoekshypothese, en ontwikkelen van onderzoeksopzet (wat & hoe?)
= stap 1 – 7
• Uitvoeringsfase
= implementeren van onderzoeksopzet en toetsen van onderzoekshypothese
= stap 8 – 10
1.13 Stap twee – Literatuuronderzoek
• Achtergrond en kennis binnen bepaald onderwerp
• Overzicht van resultaten van vorig onderzoek
• Inzicht in het theoretisch kader van vorig onderzoek
• Bepalen van “gaps in current knowledge” !!!
o Nodig om probleemstelling te kunnen formuleren
o Nodig om tot vernieuwende onderzoeksvragen te komen
• Hulp bij latere fases in onderzoeksproces:
o Stap 5-7: Inzicht in de gebruikte onderzoeksmethoden van vorig onderzoek
o Stap 10: Hulp bij verklaren eigen onderzoeksresultaten
1.14 Stap drie – Probleemstelling formuleren
• Te onderzoeken probleem definiëren en afbakenen
• Op basis van “gaps in current knowledge”:
o Probleem is nog niet onderzocht = vernieuwend
o Tegenstrijdigheden tussen bevindingen vorig onderzoek
o Methodologische tekortkomingen vorige onderzoeken:
▪ qua meettechnieken
▪ qua steekproefgrootte
▪ qua onderzoeksdesign
• Replicatie bevindingen in andere populatie of setting
1.15 Stap 4 – Onderzoeksvraag en onderzoekshypothese
• Onderzoeksvraag
= wat je wenst te onderzoeken (PICO)
o Studieopzet (aim / purpose)
• Onderzoekshypothese
= verwacht resultaat van de studie
o Wat men veronderstelt te zullen (be)vinden
➔ Op basis van logisch redeneren:
o theorieën / resultaten van voorgaande onderzoeken
o vorige ervaringen / observaties van onderzoeker
➔ Moet(en) voldoende concreet geformuleerd worden
4
1.1 Definitie
Methodologie is de studie van wetenschappelijke methoden, procedures en werkwijzen, die worden gebruikt om
onderzoek te voeren en op die manier kennis te verwerven, deze kennis te delen via vakliteratuur en de wetenschap
(alsook de praktijk) in een specifiek vakdomein vooruit te helpen / de kennisbasis verder te ontwikkelen.
1.2 Doel wetenschappelijk onderzoek
• Problemen oplossen
• Verklaringen vinden
• Waarnemingen veralgemenen
• Theorieën opbouwen
• Theorieën testen
• Evidence-based practice !!!
1.3 PICO / PECO – principe
=> formuleren van een klinische (onderzoeks) vraag
● P = Probleem, patiënt of (doel)populatie
o Bij een oudere patiënt, twee maand na een beroerte ….
● I/E = Intervention/Exposure: behandeling, zorgproces of (diagnostische) test
o … is een loopband training met gedeeltelijke ondersteuning van het lichaamsgewicht EFFECTIEVER
dan …
● C = Comparison of Controle
o … de traditionele staptraining zonder ondersteuning …
● O = Outcome of resultaat
o … voor het verbeteren van de wandelsnelheid en het evenwichtsbehoud?
1.4 Onderzoeksvragen uit de praktijk
• DIAGNOSTISCHE vragen:
= Aandoeningen of beperkingen vaststellen
• ETIOLOGISCHE vragen:
= Naar oorzaak van ziekte / gevolgen van blootstelling
• INTERVENTIE / PREVENTIE vragen:
= Naar effectiviteit van een interventie, behandeling of preventieve maatregel
• PROGNOSTISCHE VRAGEN:
= Naar voorspelling van beloop of uitkomst
1
,1.5 Revalidatiewetenschappen
• Behoort tot de toegepaste wetenschappen
• Multidisciplinair vakgebied:
o Biomedische wetenschappen:
▪ Fysiologie, anatomie, fysica, (bio)chemie, …
o Gedragswetenschappen:
▪ Psycho(patho)logie, deontologie, ethiek, …
• Onderzoeksmethoden uit verschillende wetenschapsdomeinen
1.6 Basiseigenschap wetenschapper en / of beroepsbeoefenaar
• Kritische geest
• Niet alleen weten «wat», maar ook «waarom» !
1.7 Onwetenschappelijk denken / doen
• Vasthouden aan gewoontes
• Vertrouwen op intuïtie
• Vertrouwen op eigen ervaring
• Vertrouwen op oordeel van grote autoriteit
• Verkeerde conclusie bij redenering
1.8 Wetenschappelijk redeneren
Deductieve redenering
• Top-bottom
• Theorie / bestaande kennis als basis voor hypothese
• Conclusie afhankelijk van …
• Geen ‘echte’ nieuwe kennis
Inductieve redenering
• Bottom-up
• Ervaring, specifieke observaties
• en herkenning van patronen
• Veralgemening naar populatie
• Ontwikkeling van nieuwe kennis
2
,1.9 Wetenschappelijk redeneren
• Beide vormen van redeneren kunnen ook binnen eenzelfde onderzoek worden toegepast:
1. Deductief redeneren
o Om de onderzoeksvraag te formuleren, op basis van bestaande theorieën of bestaande kennis
o TESTEN VAN EEN THEORIE…
2. Inductief redeneren
o Bij het besluiten trekken uit de resultaten van de studie
o OPBOUWEN VAN EEN THEORIE…
1.10 Eigenschappen van degelijk wetenschappelijk onderzoek
• Systematisch:
= Altijd dezelfde 10 stappen worden doorlopen (~ zie slide 12)
• Repliceerbaar:
= Alle stappen en methoden worden zeer goed bijgehouden zodat het herhaalbaar is in verder eigen/ander
onderzoek
• Gecontroleerd:
= Externe factoren worden gecontroleerd om interactie met bestudeerde variabelen uit te sluiten
• Reductief:
= Resultaten van talrijke data worden gereduceerd tot een algemeen gegeven, conclusie of bevinding
• Logisch:
= Besluiten worden getrokken op basis van een deductieve en/of inductieve logische redenering
1.11 Stappen in het onderzoeksproces
Stap 1: Onderwerp kiezen
Stap 2: Literatuuronderzoek over onderwerpen
Stap 3: Probleem definiëren en afbakenen
Stap 4: Onderzoeksvraag en hypotheses formuleren
Stap 5: Onderzoeksdesign kiezen
Stap 6: Proefgroep of steekproef bepalen
Stap 7: Meetmethoden bepalen
Stap 8: data verzamelen
Stap 9: Data analyseren (= statistische analyses)
Stap 10: Resultaten interpreteren en rapporteren (= hypothese aanvaarden of verwerpen)
3
, 1.12 Tien stappen -> twee fasen van onderzoek
• Planningsfase
= onderzoeksvraag en onderzoekshypothese, en ontwikkelen van onderzoeksopzet (wat & hoe?)
= stap 1 – 7
• Uitvoeringsfase
= implementeren van onderzoeksopzet en toetsen van onderzoekshypothese
= stap 8 – 10
1.13 Stap twee – Literatuuronderzoek
• Achtergrond en kennis binnen bepaald onderwerp
• Overzicht van resultaten van vorig onderzoek
• Inzicht in het theoretisch kader van vorig onderzoek
• Bepalen van “gaps in current knowledge” !!!
o Nodig om probleemstelling te kunnen formuleren
o Nodig om tot vernieuwende onderzoeksvragen te komen
• Hulp bij latere fases in onderzoeksproces:
o Stap 5-7: Inzicht in de gebruikte onderzoeksmethoden van vorig onderzoek
o Stap 10: Hulp bij verklaren eigen onderzoeksresultaten
1.14 Stap drie – Probleemstelling formuleren
• Te onderzoeken probleem definiëren en afbakenen
• Op basis van “gaps in current knowledge”:
o Probleem is nog niet onderzocht = vernieuwend
o Tegenstrijdigheden tussen bevindingen vorig onderzoek
o Methodologische tekortkomingen vorige onderzoeken:
▪ qua meettechnieken
▪ qua steekproefgrootte
▪ qua onderzoeksdesign
• Replicatie bevindingen in andere populatie of setting
1.15 Stap 4 – Onderzoeksvraag en onderzoekshypothese
• Onderzoeksvraag
= wat je wenst te onderzoeken (PICO)
o Studieopzet (aim / purpose)
• Onderzoekshypothese
= verwacht resultaat van de studie
o Wat men veronderstelt te zullen (be)vinden
➔ Op basis van logisch redeneren:
o theorieën / resultaten van voorgaande onderzoeken
o vorige ervaringen / observaties van onderzoeker
➔ Moet(en) voldoende concreet geformuleerd worden
4