Abdomen 1 partim
spijsverteringsorganen
,De splanchnische circulatie (1)
Arteriële en veneuze drainage lopen niet perfect parallel in het lichaam (itt de rest vh lichaam)
² grote impact op de fysiologie
Doorbloeding van het abdomen (prometheus p210 + 267)
Er zijn 3 grote assen in het maagdarmstelsel onder het diafragma
1. A. coeliaca
2. A. mesenterica superior
3. A. mesenterica inferior
4. Diafragmatische takken die onder de diafragmakoepel doorlopen en zorgen voor
accessoire doorbloeding van bv de lever (bij normale abdominale fysiologie is deze niet
belangrijk)
² de slokdarm wordt apart door kleine aftakkingen bevloeit
Veel connecties tussen de verschillende hoofdtakken waardoor het maagdarmsysteem goed
beschermd is tegen ischemie (tenzij pathologie)
● door de connecties zal ischemie moeilijker ontstaan
● Connecties tussen de verschillende assen, maar ook binnen verschillende assen (bv
curvatuur maag)
● Connecties tussen truncus coeliacus en a. mes sup: artery die verbindt met de a
gastroduodenalis
Alle arteries goed kennen! (zie duidelijke uitleg handboek p 210 + 267-272)
● Maag heeft een grote en een kleine curvatuur
● Truncus coeliacus
○ A. hepatica communis: geeft takken aan de pancreas, galblaas, maag en lever
○ A. splenica/lienalis: loopt aan de achterzijde vd maag, geeft de a. gastroepiploica
af aan de maag en loopt verder door naar de milt
○ A. gastrica: kleine curvatuur van de maag
● A. mes sup
○ Connectie maken tussen de a. gastroduodenalis
○ Heel het dunne darm gebied bevloeien: duodenum, jejunum en ileum
■ Connecties het dichtst bij de darm = arcade van Riolan = terminale
arterie van de a. mes sup
○ Deel van het dikke darm gebied doorbloeden: colon ascendens en transversus
■ A. colica dextra
■ A. colica media
○ Alle vaatbedden zijn heel goed met elkaar verbonden! Daarom is het
splanchnische vaatbed zo bijzonder
■ Zeer groot vaatbed dus groot deel vd doorbloeding (in rust)
■ Grote bijdrage aan de systemische weerstand
● A. mes inf
1
, ○ Distale colon en bovenkant rectum bevloeien
○ Connectie met a. colica media
■ Daar is het gebied met niet zoveel takken = splenische hoek van het
colon ² gevoelige plek voor ischemie! (daar zal er eerst ischemie
ontstaan voor het de rest aantast)
■ Systeem van arcades en bevloeiing is daar het minst ontwikkeld
● Rectum: via 2 wegen
○ A. mes inf doet de bovenkant
■ A. rectalis superior
○ A. iliaca interna doet de onderkant
■ A. rectalis media en inferior
■ Alles van de maag proximaal tot het rectum wordt bevloeid door de 3
grote assen BEHALVE het distale rectum wordt voorzien via bloed via de
a iliaca interna
● Veneuze drainage loopt niet parallel met de arteriële bevloeiing
○ ´ meeste andere organen wel
○ Rectum gaat deel van veneuze drainage parallel met a iliaca, maar het bovenste
deel wordt afgevoerd via de drainage van het GI stelsel
○ Belangrijk voor de oncologie
■ Indien in het distale colon een tumor zal deze via de v iliaca en de v cava
naar het volgende capillaire station gaan ² metastase naar de long
■ Indien de tumor hoger is, dan zal deze via het portaal veneuze systeem
gaan ² rectale tumor gaat naar de lever
Vaatanastomosen
● Anastomosen buiten het maag-darmkanaal:
○ Truncus coeliacus: a. gastro-epiploïca sinistra met de a. oesofagica
○ A. mesenterica inferior via a. rectalis superior en a. rectalis inferior met
vaatgebied a. iliaca interna
● Anastomosen tussen de 3 grote vaatgebieden
○ Truncus coeliacus (a. pancreaticoduodenalis superior) met de a. mesenterica
superior (a pancreatico-duodenalis inferior)
○ A. mesenterica superior (a. colica media) met a.
mesenterica inferior (a colica sinistra): Arcade van
Riolan
● Anastomosen binnen de grote vaatgebieden:
○ Truncus coeliacus:
■ A. gastrica dextra met a. gastrica sinistra
■ A. gastro-epiploïca dextra met a.
gastro-epiploïca sinistra
○ A. mesenterica superior
■ Aa. Jejunales
■ Aa. Ilei
■ A. ileocolica 3 a. colica dextra 3 a. colica media
2
, ○ A. mesenterica inferior
■ A. colica sinistra 3 aa. Sigmoideae 3 a.rectalis superior
● Anastomosen in de submucosa
○ Verbinding tussen de vasa recta
Villus en slijmvlies
De anastomosen komen voor tot op het moment dat je in het slijmvlies bij de villi van de darm
aankomt. Hier loopt een arteriële doorbloeding door die via een capillair netwerk gaat draineren
= eindarteriën
Er is dan geen mogelijkheid meer om als het afgesloten wordt, van een ander gebied bloed aan
te brengen. Je zal dan minder zuurstof apicaal hebben
(meest gevoelige gebied van ischemie)
Daarnaast heb je ook nog de veneuze countercurrent
die bijdraagt aan de ischemie
DUS gevoelige regio9s voor ischemie
1. Macroscopisch niveau: splenische hoek
○ Door de mindere doorbloeding
2. Microscopisch niveau: top van de villi
○ Top van de darm zal het eerste afsterven
Vaatweerstand
Wordt opgebouwd door de distale arteriën en de precapillaire
sfincters
² bepalen de vaatweerstand
² bepalen de BD
Cardiac output naar het GI-stelsel
Heel groot percentage vd CO gaat in normale
rustomstandigheden naar het GI-stelsel
Na eten: maagdarmsysteem doorbloeding wordt sterker
² grotere CO naar MD systeem
² SVR dalenn
² BD beetje zakken
² na maaltijd beetje suffer zijn (van nature willen
uitrusten na het eten; niet het moment om te gaan
sporten want MD systeem gaat met al het hartdebiet
lopen)
3
,Vena portae = 1 gemeenschappelijk uitvloei traject
² lever krijgt de volledige drainage van het MD systeem
=> veneus bloed gaat niet rechtstreeks in de circulatie maar gaat langs de lever
Lever krijgt dubbele aanvoer
1. A. hepatica: 30% van de bloedaanvoer
2. V. portae: 70%
Afbeelding 1: niet in detail
Afbeelding 2 wel
² verminderde splanchnische flow => hypoxische necrose van de enterocyten
² niet gezien
4
,Fysiopathologie van de vasculaire stoornissen
Hoe erg is ischemie aan de hand van factoren bepalen
● Duur vd ischemie
● Snelheid van instellen van ischemie
● Oppervlakkige lagen
² ∑ ² restitutio ad integrum
● Tunica muscularis
² ∑ ² strictuur
● Serosa
² transmurale necrose ² sepsis, peritonitis, dood
Indien de ischemie beperkt blijft tot alleen de oppervlakkige lagen dan kan er zich een
volledig herstel voordoen (bv bij embool)
● De mucosa van de darm is het gevoeligste voor ischemie dus indien dat afsterft en er
terug doorbloeding is kan het terug helemaal herstellen
● Ischemie van het GI stelsel doet pijn ² bloederige diarree
Indien de spierlagen betrokken zijn, dan is er geen volledige herstel
● Ingewikkelder proces: fibrotisch weefsel vertonen
● Structuur gaat nauwer worden ² segmentaire vernauwingen vd darm waar de ischemie
zich voordoet
Indien in de serosa: necrose krijgen
● In de wand van de darm gaat er een gat zijn ² perforatie
○ chirurg moet herstellen want anders gaat de darminhoud lekken ² peritonitis =
levensbedreigend en geeft sepsis
5
,Vasculaire darmstoornissen
1. Darminfarct
○ Ernstigste stadium
○ = volledige necrose vd darmwand met mogelijkheid tot perforatie en peritonitis
2. Segmentaire ischemie
○ Bij niet volledige ischemie
○ Kan leiden tot restitutio ad integrum (als in oppervlakkige lagen) of tot strictuur
(als het tot in de spierlaag is)
3. Angor abdominalis
○ Is tijdelijke ischemische pijn door te weinig doorbloeding: er zijn pijnklachten
maar geen reële letsels
○ Bv bloedverlies in de darm: tijdelijk geen doorbloeding
○ Minst ernstige
4. Ischemische colitis
○ Ontsteking darm
1. Darminfarct
Onvoldoende doorbloeding ² helemaal necrotisch worden indien niet tijdig hersteld ²
transmurale necrose (heel de darmwand) ² perforatie en peritonitis (darminhoud gaat lekken)
Oorzaken
1. Embool: voorkamerfibrillatie, hartinfarct
2. Trombose
○ Arterieel: atherosclerose
○ Veneus: daling hartdebiet
■ Trauma
■ Hypercoangulabiliteit
■ Veneuze obstructie
■ Shock
■ Infectieus: pyleflebitis
3. Vasospasme: medicamenteus
² stoffen die vasospastisch zijn wat aanleiding geeft tot ischemie
² niet alleen ischemische pijn maar ook soms darmnecrose kan ontstaan = functioneel
iets ≠ structureel letsel maar de bloedvaten zodanig sterk en zodanig lang in
vasospasme houden dat ischemie en uiteindelijk necrose ontstaat
○ Ergotaminederivaten (drugs) (meestal bij jonge mensen)
○ Digitalis
○ Vasopressine
6
,Symptomen
1e fase
● Acute abdominale pijn: koliekachtig, later continu
● Braken: éénmalig
○ Reflex op pijn
● Bloederige diarree: éénmalig
● Discrepantie met klinisch onderzoek
○ Bij onderzoek abdomen kan het nog meevallen van pijn
2e fase
● Peritonitis, shock, dood
● Embool > trombose > vasospasme
Diagnose
● Vaak patiënten met risicofactoren
○ Eraan denken bij oude personen
● Klinisch onderzoek: in begin abdomen soepel, daarna plankharde buik ipv soepel
● Labo: leukocytose, amylasen, acidose, lactaat
○ Ontstekingsstekers en lactaatacidose zien
● Radiologisch
○ Overzicht abdomen
■ Lucht in dunnen darm
■ Verdikking darwand
■ Pneumatosis intestinalis
■ Lucht in de v. portae
○ CT scan
○ Arteriografie bij embool
■ Kijken ofdat de bloedvaten open zijn
● Bij twijfel: heelkunde
Belangrijkste diagnostische methoden: CT en angiografie!
Therapie
● Indien vroeg erbij zijn dan kan nog proberen de doorbloeding te herstellen
● Indien niet dan is de behandeling heelkunde
2. Segmentaire ischemie
Oorzaken
● Strangulatie
= wanneer de darm heel mobiel en lang is en zal torderen ² bleodvaten te hard
torderen = afknelling
○ Volvulus
7
, ○ Intussusceptie
● Embool
● Trombus: vasculitis
● Trauma
● Radiatie
² zelfde oorzaken als bij infarct maar minder ernstig
Symptomen
● Vroegtijdig: acute pijn, ileus, melena, rectorrhagie, bloederige diarree
● Laattijdig: kolieken als gevolg van stenose
○ Indien alleen oppervlakkige lagen dan kan het volledig herstellen
○ Indien met spierlaag dan kan het stenose veroorzaken en kan het later (jaren
nadien) aanleiding geven tot stenose ² obstructie verschijnselen
Diagnose
² ook beeldvorming
● Radiologisch
● Peroperatief
● DD ziekte van Crohn
Therapie
● Indien nog kan: doorbloeding herstellen
● Heelkunde
3. Angor abdominalis
² te vergelijken met de cardiale angor (= ischemie die transiënt is)
²
Oorzaak
● atheromatose
Symptomen
● Oude patiënten met angor pectoris
○ Bij pten met risicofactoren
● Toenemende postprandiale abdominale pijn
○ typisch na de maaltijd: GI meer bloed nodig maar als ergens belangrijke stenose
is (op verschillende gebieden een hemodynamische stenose)
● Sitofobie, vermagering (door postprandiale pijn niet meer veel eten)
● Klinisch onderzoek: abdominale souffle
Diagnose
● Uitsluitingsdiagnose
8
, ● Arteriografie: 2 stenosen > 50%, geen collateralen
○ Kan MR of CT of klassieke angiografie
○ Gedetailleerde afbeelding vd bloedvaten wnt niet verwachten dat er een
belangrijke stenose is aangezien er zoveel collateralen
○ Op zijn minste zien dat er op 2 rote assen 2 grote stenoses moeten zijn van
>50% EN dat er geen collateralen zijn
○ Het moeten al op de verschillende assen hemodynamisch belangrijke stenoses
zijn zonder connecties
Therapie
² wat wordt gebruikt bij de behandeling van cardiale ango ook hier: vasodilatoire middelen
MAAR stenoses zijn meestal gefixeerd dus gaan op de vasodilatoren niet reageren (soms zelfs
klachten verergeren
● Geen digitalis of anticoagulantia
● Nitroglycerine
● Calcium antagonisten
Interventionele radiologische technieken of vasculaire technieken meestal omdat de rest niet
gaat werken:
● Ballondilatatie
● Vasculaire chirurgie
4. Ischemische colitis
Plaats waar het vooral voorkomt is de splenische hoek
Oorzaak
● Atheromatose bij cardiaal belaste patiënten
○ Voorkamerfibrillatie
○ Digitalis
● Orale anticonceptieve bij jonge vrouwen
Klinische beelden
² hangt samen met verschillende lagen van aantasting
● Gangreneuze ischemische colitis
○ Transmurale necrose
○ Abdominale pijn, peritonitis, septische shock, dood
○ Ernstigste, zelfde beeld als bij hartinfarct
● Niet-gangreneuze ischemische colitis
○ Pijn in linker flank
○ Bloedverlies per anum
○ Koorts
² maakt onderscheidt tussen:
1. Beperking tot mucosa en submucosa
9
spijsverteringsorganen
,De splanchnische circulatie (1)
Arteriële en veneuze drainage lopen niet perfect parallel in het lichaam (itt de rest vh lichaam)
² grote impact op de fysiologie
Doorbloeding van het abdomen (prometheus p210 + 267)
Er zijn 3 grote assen in het maagdarmstelsel onder het diafragma
1. A. coeliaca
2. A. mesenterica superior
3. A. mesenterica inferior
4. Diafragmatische takken die onder de diafragmakoepel doorlopen en zorgen voor
accessoire doorbloeding van bv de lever (bij normale abdominale fysiologie is deze niet
belangrijk)
² de slokdarm wordt apart door kleine aftakkingen bevloeit
Veel connecties tussen de verschillende hoofdtakken waardoor het maagdarmsysteem goed
beschermd is tegen ischemie (tenzij pathologie)
● door de connecties zal ischemie moeilijker ontstaan
● Connecties tussen de verschillende assen, maar ook binnen verschillende assen (bv
curvatuur maag)
● Connecties tussen truncus coeliacus en a. mes sup: artery die verbindt met de a
gastroduodenalis
Alle arteries goed kennen! (zie duidelijke uitleg handboek p 210 + 267-272)
● Maag heeft een grote en een kleine curvatuur
● Truncus coeliacus
○ A. hepatica communis: geeft takken aan de pancreas, galblaas, maag en lever
○ A. splenica/lienalis: loopt aan de achterzijde vd maag, geeft de a. gastroepiploica
af aan de maag en loopt verder door naar de milt
○ A. gastrica: kleine curvatuur van de maag
● A. mes sup
○ Connectie maken tussen de a. gastroduodenalis
○ Heel het dunne darm gebied bevloeien: duodenum, jejunum en ileum
■ Connecties het dichtst bij de darm = arcade van Riolan = terminale
arterie van de a. mes sup
○ Deel van het dikke darm gebied doorbloeden: colon ascendens en transversus
■ A. colica dextra
■ A. colica media
○ Alle vaatbedden zijn heel goed met elkaar verbonden! Daarom is het
splanchnische vaatbed zo bijzonder
■ Zeer groot vaatbed dus groot deel vd doorbloeding (in rust)
■ Grote bijdrage aan de systemische weerstand
● A. mes inf
1
, ○ Distale colon en bovenkant rectum bevloeien
○ Connectie met a. colica media
■ Daar is het gebied met niet zoveel takken = splenische hoek van het
colon ² gevoelige plek voor ischemie! (daar zal er eerst ischemie
ontstaan voor het de rest aantast)
■ Systeem van arcades en bevloeiing is daar het minst ontwikkeld
● Rectum: via 2 wegen
○ A. mes inf doet de bovenkant
■ A. rectalis superior
○ A. iliaca interna doet de onderkant
■ A. rectalis media en inferior
■ Alles van de maag proximaal tot het rectum wordt bevloeid door de 3
grote assen BEHALVE het distale rectum wordt voorzien via bloed via de
a iliaca interna
● Veneuze drainage loopt niet parallel met de arteriële bevloeiing
○ ´ meeste andere organen wel
○ Rectum gaat deel van veneuze drainage parallel met a iliaca, maar het bovenste
deel wordt afgevoerd via de drainage van het GI stelsel
○ Belangrijk voor de oncologie
■ Indien in het distale colon een tumor zal deze via de v iliaca en de v cava
naar het volgende capillaire station gaan ² metastase naar de long
■ Indien de tumor hoger is, dan zal deze via het portaal veneuze systeem
gaan ² rectale tumor gaat naar de lever
Vaatanastomosen
● Anastomosen buiten het maag-darmkanaal:
○ Truncus coeliacus: a. gastro-epiploïca sinistra met de a. oesofagica
○ A. mesenterica inferior via a. rectalis superior en a. rectalis inferior met
vaatgebied a. iliaca interna
● Anastomosen tussen de 3 grote vaatgebieden
○ Truncus coeliacus (a. pancreaticoduodenalis superior) met de a. mesenterica
superior (a pancreatico-duodenalis inferior)
○ A. mesenterica superior (a. colica media) met a.
mesenterica inferior (a colica sinistra): Arcade van
Riolan
● Anastomosen binnen de grote vaatgebieden:
○ Truncus coeliacus:
■ A. gastrica dextra met a. gastrica sinistra
■ A. gastro-epiploïca dextra met a.
gastro-epiploïca sinistra
○ A. mesenterica superior
■ Aa. Jejunales
■ Aa. Ilei
■ A. ileocolica 3 a. colica dextra 3 a. colica media
2
, ○ A. mesenterica inferior
■ A. colica sinistra 3 aa. Sigmoideae 3 a.rectalis superior
● Anastomosen in de submucosa
○ Verbinding tussen de vasa recta
Villus en slijmvlies
De anastomosen komen voor tot op het moment dat je in het slijmvlies bij de villi van de darm
aankomt. Hier loopt een arteriële doorbloeding door die via een capillair netwerk gaat draineren
= eindarteriën
Er is dan geen mogelijkheid meer om als het afgesloten wordt, van een ander gebied bloed aan
te brengen. Je zal dan minder zuurstof apicaal hebben
(meest gevoelige gebied van ischemie)
Daarnaast heb je ook nog de veneuze countercurrent
die bijdraagt aan de ischemie
DUS gevoelige regio9s voor ischemie
1. Macroscopisch niveau: splenische hoek
○ Door de mindere doorbloeding
2. Microscopisch niveau: top van de villi
○ Top van de darm zal het eerste afsterven
Vaatweerstand
Wordt opgebouwd door de distale arteriën en de precapillaire
sfincters
² bepalen de vaatweerstand
² bepalen de BD
Cardiac output naar het GI-stelsel
Heel groot percentage vd CO gaat in normale
rustomstandigheden naar het GI-stelsel
Na eten: maagdarmsysteem doorbloeding wordt sterker
² grotere CO naar MD systeem
² SVR dalenn
² BD beetje zakken
² na maaltijd beetje suffer zijn (van nature willen
uitrusten na het eten; niet het moment om te gaan
sporten want MD systeem gaat met al het hartdebiet
lopen)
3
,Vena portae = 1 gemeenschappelijk uitvloei traject
² lever krijgt de volledige drainage van het MD systeem
=> veneus bloed gaat niet rechtstreeks in de circulatie maar gaat langs de lever
Lever krijgt dubbele aanvoer
1. A. hepatica: 30% van de bloedaanvoer
2. V. portae: 70%
Afbeelding 1: niet in detail
Afbeelding 2 wel
² verminderde splanchnische flow => hypoxische necrose van de enterocyten
² niet gezien
4
,Fysiopathologie van de vasculaire stoornissen
Hoe erg is ischemie aan de hand van factoren bepalen
● Duur vd ischemie
● Snelheid van instellen van ischemie
● Oppervlakkige lagen
² ∑ ² restitutio ad integrum
● Tunica muscularis
² ∑ ² strictuur
● Serosa
² transmurale necrose ² sepsis, peritonitis, dood
Indien de ischemie beperkt blijft tot alleen de oppervlakkige lagen dan kan er zich een
volledig herstel voordoen (bv bij embool)
● De mucosa van de darm is het gevoeligste voor ischemie dus indien dat afsterft en er
terug doorbloeding is kan het terug helemaal herstellen
● Ischemie van het GI stelsel doet pijn ² bloederige diarree
Indien de spierlagen betrokken zijn, dan is er geen volledige herstel
● Ingewikkelder proces: fibrotisch weefsel vertonen
● Structuur gaat nauwer worden ² segmentaire vernauwingen vd darm waar de ischemie
zich voordoet
Indien in de serosa: necrose krijgen
● In de wand van de darm gaat er een gat zijn ² perforatie
○ chirurg moet herstellen want anders gaat de darminhoud lekken ² peritonitis =
levensbedreigend en geeft sepsis
5
,Vasculaire darmstoornissen
1. Darminfarct
○ Ernstigste stadium
○ = volledige necrose vd darmwand met mogelijkheid tot perforatie en peritonitis
2. Segmentaire ischemie
○ Bij niet volledige ischemie
○ Kan leiden tot restitutio ad integrum (als in oppervlakkige lagen) of tot strictuur
(als het tot in de spierlaag is)
3. Angor abdominalis
○ Is tijdelijke ischemische pijn door te weinig doorbloeding: er zijn pijnklachten
maar geen reële letsels
○ Bv bloedverlies in de darm: tijdelijk geen doorbloeding
○ Minst ernstige
4. Ischemische colitis
○ Ontsteking darm
1. Darminfarct
Onvoldoende doorbloeding ² helemaal necrotisch worden indien niet tijdig hersteld ²
transmurale necrose (heel de darmwand) ² perforatie en peritonitis (darminhoud gaat lekken)
Oorzaken
1. Embool: voorkamerfibrillatie, hartinfarct
2. Trombose
○ Arterieel: atherosclerose
○ Veneus: daling hartdebiet
■ Trauma
■ Hypercoangulabiliteit
■ Veneuze obstructie
■ Shock
■ Infectieus: pyleflebitis
3. Vasospasme: medicamenteus
² stoffen die vasospastisch zijn wat aanleiding geeft tot ischemie
² niet alleen ischemische pijn maar ook soms darmnecrose kan ontstaan = functioneel
iets ≠ structureel letsel maar de bloedvaten zodanig sterk en zodanig lang in
vasospasme houden dat ischemie en uiteindelijk necrose ontstaat
○ Ergotaminederivaten (drugs) (meestal bij jonge mensen)
○ Digitalis
○ Vasopressine
6
,Symptomen
1e fase
● Acute abdominale pijn: koliekachtig, later continu
● Braken: éénmalig
○ Reflex op pijn
● Bloederige diarree: éénmalig
● Discrepantie met klinisch onderzoek
○ Bij onderzoek abdomen kan het nog meevallen van pijn
2e fase
● Peritonitis, shock, dood
● Embool > trombose > vasospasme
Diagnose
● Vaak patiënten met risicofactoren
○ Eraan denken bij oude personen
● Klinisch onderzoek: in begin abdomen soepel, daarna plankharde buik ipv soepel
● Labo: leukocytose, amylasen, acidose, lactaat
○ Ontstekingsstekers en lactaatacidose zien
● Radiologisch
○ Overzicht abdomen
■ Lucht in dunnen darm
■ Verdikking darwand
■ Pneumatosis intestinalis
■ Lucht in de v. portae
○ CT scan
○ Arteriografie bij embool
■ Kijken ofdat de bloedvaten open zijn
● Bij twijfel: heelkunde
Belangrijkste diagnostische methoden: CT en angiografie!
Therapie
● Indien vroeg erbij zijn dan kan nog proberen de doorbloeding te herstellen
● Indien niet dan is de behandeling heelkunde
2. Segmentaire ischemie
Oorzaken
● Strangulatie
= wanneer de darm heel mobiel en lang is en zal torderen ² bleodvaten te hard
torderen = afknelling
○ Volvulus
7
, ○ Intussusceptie
● Embool
● Trombus: vasculitis
● Trauma
● Radiatie
² zelfde oorzaken als bij infarct maar minder ernstig
Symptomen
● Vroegtijdig: acute pijn, ileus, melena, rectorrhagie, bloederige diarree
● Laattijdig: kolieken als gevolg van stenose
○ Indien alleen oppervlakkige lagen dan kan het volledig herstellen
○ Indien met spierlaag dan kan het stenose veroorzaken en kan het later (jaren
nadien) aanleiding geven tot stenose ² obstructie verschijnselen
Diagnose
² ook beeldvorming
● Radiologisch
● Peroperatief
● DD ziekte van Crohn
Therapie
● Indien nog kan: doorbloeding herstellen
● Heelkunde
3. Angor abdominalis
² te vergelijken met de cardiale angor (= ischemie die transiënt is)
²
Oorzaak
● atheromatose
Symptomen
● Oude patiënten met angor pectoris
○ Bij pten met risicofactoren
● Toenemende postprandiale abdominale pijn
○ typisch na de maaltijd: GI meer bloed nodig maar als ergens belangrijke stenose
is (op verschillende gebieden een hemodynamische stenose)
● Sitofobie, vermagering (door postprandiale pijn niet meer veel eten)
● Klinisch onderzoek: abdominale souffle
Diagnose
● Uitsluitingsdiagnose
8
, ● Arteriografie: 2 stenosen > 50%, geen collateralen
○ Kan MR of CT of klassieke angiografie
○ Gedetailleerde afbeelding vd bloedvaten wnt niet verwachten dat er een
belangrijke stenose is aangezien er zoveel collateralen
○ Op zijn minste zien dat er op 2 rote assen 2 grote stenoses moeten zijn van
>50% EN dat er geen collateralen zijn
○ Het moeten al op de verschillende assen hemodynamisch belangrijke stenoses
zijn zonder connecties
Therapie
² wat wordt gebruikt bij de behandeling van cardiale ango ook hier: vasodilatoire middelen
MAAR stenoses zijn meestal gefixeerd dus gaan op de vasodilatoren niet reageren (soms zelfs
klachten verergeren
● Geen digitalis of anticoagulantia
● Nitroglycerine
● Calcium antagonisten
Interventionele radiologische technieken of vasculaire technieken meestal omdat de rest niet
gaat werken:
● Ballondilatatie
● Vasculaire chirurgie
4. Ischemische colitis
Plaats waar het vooral voorkomt is de splenische hoek
Oorzaak
● Atheromatose bij cardiaal belaste patiënten
○ Voorkamerfibrillatie
○ Digitalis
● Orale anticonceptieve bij jonge vrouwen
Klinische beelden
² hangt samen met verschillende lagen van aantasting
● Gangreneuze ischemische colitis
○ Transmurale necrose
○ Abdominale pijn, peritonitis, septische shock, dood
○ Ernstigste, zelfde beeld als bij hartinfarct
● Niet-gangreneuze ischemische colitis
○ Pijn in linker flank
○ Bloedverlies per anum
○ Koorts
² maakt onderscheidt tussen:
1. Beperking tot mucosa en submucosa
9