Risico-inschatting
Wanneer je als hulpverlener hebt gepeild naar zelfmoordgedachten en hierop is bevestigend
geantwoord, zal het belangrijk zijn om het risico in te schatten. Om dit te doen, komen er heel aantal
vragen in aanmerking die je kan stellen. Vergeet daarnaast ook niet dat je buikgevoel/intuïtie een
belangrijke richtingaanwijzer is, alsook het belang van overleg met teamleden. De suïcidale tendens
binnen één persoon fluctueert over het algemeen heel erg over de tijd, waardoor het cruciaal is om
regelmatig opnieuw te peilen naar (het risico van) de suïcidaliteit.
Onderstaande topics kunnen bevraagd worden tijdens een risico-inschatting:
1. De huidige suïcidaliteit
2. De eerdere suïcidaliteit
3. Mate van hopeloosheid
4. Het aantal (andere) risicofactoren dat van toepassing zijn op de cliënt
5. Welke beschermende factoren? Evalueer draagkracht en steun omgeving,
oplossingsvaardigheden, eerder ervaren hulp.
Suïcidologen Ad Kerckhof en Bert Van Luyn stelden in 2010 een vragenlijst op voor het doorvragen
naar de aard van de suïcidegedachten (zie bijlage). Deze vragen hoeven niet allemaal gesteld te
worden, maar kunnen een voorbeeld geven van hoe je dergelijke vragen kan formuleren.
Bijlages
Bijlage 1
Doorvragen naar de aard van de suïcidegedachten (A. Kerkhof & B. Van Luyn, 2010)
▪ U bent wanhopig? Klopt dat?
▪ Waarover bent u het meest wanhopig?
▪ Hoe wanhopig voelt u zich nu?
(Bij vlagen, voortdurend, erger dan ooit?)
▪ Bent u al eens eerder zo wanhopig geweest?/ Bent u wel eens nog wanhopiger geweest?
▪ Op een schaal van 0 (helemaal niet wanhopig) tot 100 (maximaal wanhopig), waar zit u dan
nu?
▪ Hoe vaak denkt u aan suïcide?
(Af en toe, dagelijks, voortdurend?)
▪ Hoe intens denkt u aan suïcide?
(Vluchtige gedachte, obsessie, nachtmerrie?)
▪ Komen er in uw gedachten ook beelden van suïcide naar boven?
(Heldere beelden van mogelijke methoden of alleen gedachten?)
Wanneer je als hulpverlener hebt gepeild naar zelfmoordgedachten en hierop is bevestigend
geantwoord, zal het belangrijk zijn om het risico in te schatten. Om dit te doen, komen er heel aantal
vragen in aanmerking die je kan stellen. Vergeet daarnaast ook niet dat je buikgevoel/intuïtie een
belangrijke richtingaanwijzer is, alsook het belang van overleg met teamleden. De suïcidale tendens
binnen één persoon fluctueert over het algemeen heel erg over de tijd, waardoor het cruciaal is om
regelmatig opnieuw te peilen naar (het risico van) de suïcidaliteit.
Onderstaande topics kunnen bevraagd worden tijdens een risico-inschatting:
1. De huidige suïcidaliteit
2. De eerdere suïcidaliteit
3. Mate van hopeloosheid
4. Het aantal (andere) risicofactoren dat van toepassing zijn op de cliënt
5. Welke beschermende factoren? Evalueer draagkracht en steun omgeving,
oplossingsvaardigheden, eerder ervaren hulp.
Suïcidologen Ad Kerckhof en Bert Van Luyn stelden in 2010 een vragenlijst op voor het doorvragen
naar de aard van de suïcidegedachten (zie bijlage). Deze vragen hoeven niet allemaal gesteld te
worden, maar kunnen een voorbeeld geven van hoe je dergelijke vragen kan formuleren.
Bijlages
Bijlage 1
Doorvragen naar de aard van de suïcidegedachten (A. Kerkhof & B. Van Luyn, 2010)
▪ U bent wanhopig? Klopt dat?
▪ Waarover bent u het meest wanhopig?
▪ Hoe wanhopig voelt u zich nu?
(Bij vlagen, voortdurend, erger dan ooit?)
▪ Bent u al eens eerder zo wanhopig geweest?/ Bent u wel eens nog wanhopiger geweest?
▪ Op een schaal van 0 (helemaal niet wanhopig) tot 100 (maximaal wanhopig), waar zit u dan
nu?
▪ Hoe vaak denkt u aan suïcide?
(Af en toe, dagelijks, voortdurend?)
▪ Hoe intens denkt u aan suïcide?
(Vluchtige gedachte, obsessie, nachtmerrie?)
▪ Komen er in uw gedachten ook beelden van suïcide naar boven?
(Heldere beelden van mogelijke methoden of alleen gedachten?)