HC5&HC6: neurogene stemstoornissen
HC5: stemplooiverlamming
HC6: spasmodische dysfonie
HC5: stemplooiverlamming
Anatomie van de larynx:
,Intrinsieke larynxspieren = spieren binnen het strottenhoofd (larynx) en die zorgen ervoor dat de
stemplooien kunnen bewegen en dat ze de luchtweg tijdens ademhaling kunnen aanpassen
Belangrijkste intrinsieke larynxspieren:
- M. cricoarythenoideus posterior
- M. cricoarythenoideus lateralis
- M. thyroarytenoideus
- M. cricothyroideus
- M. interarythenoideus
DUS anatomie larynx
Je belangrijkste kraakbeenderen:
Thyroid (= schildkraakbeen)
Arythenoid (= 2 kleine piramidevormige kraakbeenderen dichtbij stemplooien)
Cricoid (= ringkraakbeen)
1. Dan heb je ook allemaal spieren (m.) die verbonden zijn met deze kraakbeenderen
2. Dit zijn de intrinsieke larynxspieren
M. cricoarythenoideus posterior
M. cricoarythenoideus lateralis
M. thyroarytenoideus
M. cricothyroideus
M. interarythenoideus
- Bezenuwing strottenhoofd (larynx)
o Het strottenhoofd wordt bezenuwt met de n. vagus, de n. vagus heeft allemaal
aftakkingen (4aftakkingen) en deze bezenuwen elk een ander onderdeel van het
strottenhoofd
o De eerste aftakking is de n. faryngeus en deze gaat naar de farynx (keel), deze zenuw
bezenuwt dus de farynx en ook het velum en ook de m. constrictor faryngeus
o De tweede aftakking is de n. laryngeus superior en deze heeft ook nog eens een
interne en een externe tak
De interne tak van de n. laryngeus superior loopt door het membraan
bezenuwt de sensoriek van supraglottis en glottis
De externe tak van de n. laryngeus superior bezenuwt de motoriek van de m.
cricothyroideus
o Dan loopt de n. vagus verder naar beneden, maar dan maakt deze een aftakking die
terug naar de larynx gaat, die keert dus terug en deze aftakking noemt men de n.
recurrens of ook wel de n. laryngeus inferior genoemd
De n. recurrens bezenuwt de intrinsieke larynxspieren behalve de m.
cricothyroideus want deze wordt natuurlijk al bezenuwt door de n. laryngeus
superior: externe tak
Bedoeling: intrinsieke larynxspieren kunnen de stemplooien aansturen, dus
afsluiten en openen
, o Verder bezenuwt de n. vagus niet enkel de larynx, maar die loopt ook verder naar
beneden en bezenuwt andere organen, het diafragma
= afbeelding van de bezenuwing van het strottenhoofd
- Nu bespreken we wat er gebeurt als de verschillende intrinsieke larynxspieren aanspannen,
we kijken dus wat er met de stemplooien gaat gebeuren
o M. cricothyroideus= de spier die tussen het cricoid en het thyroid zit, als deze spier
gaan aanspannen dan gaat het thyroid kantelen ten opzichte van het cricoid, als dit
gebeurt zien we dat de stemplooien worden uitgerekt, de stemplooien worden dus
langer en dus zal de toonhoogte stijgen
M. cricothyroideus is zoals eerder gezegd de enige intrinsieke larynxspier die
niet wordt bezenuwt door de n. recurrens, deze wordt bezenuwt door de n.
laryngeus superior, de externe tak
o M. cricoarythenoideus lateralis= de spier die vertrekt vanuit de arythenoid naar de
zijkant van het cricoid, als deze spier gaat aanspannen dan gaat de arythenoid naar
binnen toe draaien en is er dus een glottissluiting
o M. cricoarythenoideus posterior= de spier die ook vertrekt vanuit de arythenoid
maar deze gaat dan naar de achterkant van het cricoid, als deze spier samentrekt
gaan de stemplooien open kantelen en draaien, met andere woorden dan is er een
glottisopening
o M. thyroarythenoideus= de spier die vertrekt vanuit het thyroid naar het arythenoid,
deze staat gedeeltelijk gelijk met de m. vocalis (= stemplooien) als deze spier gaat
samentrekken, dus eigenlijk de m. vocalis dan worden de stemplooien korter en
dikker en is er dus een toonhoogtedaling
o M. interarytenoideï= schuine en rechte, als deze spier samentrekt gaan de twee
beentjes naar elkaar toe worden getrokken, het is een sluiter, toonhoogte regulatie
Terminologie
, - Stemplooiverlamming ontstaat eigenlijk omdat het arythenoid niet meer goed kan bewegen,
hierdoor gaan de stemplooien dus niet meer goed naar elkaar of van elkaar toe kunnen
bewegen
- Paralyse= betekent dat de stemplooien volledig stil staan, het arythenoid beweegt niet meer
- Parese= betekent dat de stemplooien wel nog kunnen bewegen, maar deze beweging is
verzwakt
- Een stemplooiverlamming komt meestal unilateraal voor omdat je een bezenuwing links
en rechts hebt van je intrinsieke larynxspieren. Dus als 1 stemplooi stilstaat= unilateraal.
Staan beide stemplooien stil? = bilateraal -> dit wilt zeggen dat de bezenuwing links en ook
rechts beschadigd is
- Adductor paralyse= stemplooien die niet meer kunnen sluiten
- Abductor paralyse= stemplooien die niet meer kunnen opengaan
- Adductie= naar elkaar toegaan
- Abductie= van elkaar weggaan
- Stand van de stemplooien kan lateraal zijn, paramediaan of mediaan
Afhankelijk van de stand van de stemplooien en of het een adductor of abductor paralyse is
kan je verschillende symptomen hebben op vlak van ademhaling en fonatie
Rood= de verlamde stemplooi
Wit= gezonde stemplooi