DOELGROEP KINDEREN EN JONGEREN
HOOFDSTUK 1 – ONDERWIJSSTRUCTUUR IN VLAANDEREN
1.1. DE GEMEENSCHAPPEN
1.1.1. ONDERWIJSBEVOEGDHEID: ZAAK VAN GEMEENSCHAPPEN
België wordt opgesplitst in 3 verschillende gemeenschappen:
1. Vlaamse gemeenschap
2. Franse gemeenschap
3. Duitstalige gemeenschap
4. Brussel = ‘specialleke’
Een gemeenschap is bevoegd voor:
- Cultuur: taalgebruik, kunsten, cultureel erfgoed, musea, …
- Gezondheidszorg: erkenning van zorgverstrekkers en zorginstellingen,
kwaliteitsbewaking van zorginstellingen, eerstelijnszorg,
- Bijstand aan personen: jeugdbescherming, jeugdbeleid, gezinsbeleid en
kinderopvang, …
- Justitie: vervolgingsbeleid, jeugdsanctierecht, justitiehuizen, …
Onderwijs = alle aspecten van het onderwijsbeleid, met uitzondering van de
federale residuele onderwijsbevoegdheden (zie verder)
Minister van onderwijs = Zuhal Demir
Enkele voorbeelden waar ministerie voor onderwijs en vorming bevoegd
voor is:
- Regeling van het ganse onderwijs
- Regeling onderwijsinspectie
- Personeelswetgeving
- Leerlingenvervoer
- Studiebeurzen
- Leerlingbegeleiding
- Basisonderwijs
- Secundair onderwijs
- Hoger onderwijs
- Deeltijds kunstonderwijs
- Volwassenonderwijs
1.1.2. WELKE ZIJN DAN DE FEDERALE RESIDUELE ONDERWIJSBEVOEGDHEDEN?
Er zijn 3 zaken die federaal worden vastgelegd en dus voor de 3
gemeenschappen hetzelfde zijn:
1. Begin- en einddatum van de leerplicht
2. Bepalen van minimumvoorwaarden voor een diploma
3. Bepalen van pensioenen voor onderwijspersooneel
1.2. DE LEERPLICHT
1.2.1. VERTREKPUNT = RECHT OP ONDERWIJS
Ieder heeft recht op onderwijs, met eerbiediging van de fundamentele rechten
en vrijheden. De toegang tot het onderwijs is kosteloos tot het einde van de
leerplicht. Alle leerlingen die leerplichtig zijn, hebben ten laste van de
gemeenschap recht op een morele of religieuze opvoeding
1
,1.2.2. WAT HOUDT LEERPLICHT IN?
TOT 1 september 2020
- Leerplicht vanaf het jaar dat het kind 6 jaar werd.
VANAF 1 september 2020
- Een kind wordt leerplichtig op 1 september van het kalenderjaar dat het 5
jaar wordt.
Waarom dan toch de verlaging?
- Meeste kinderen van 2,5 gaan al naar de kleuterschool
- Wegwerken van sociale ongelijkheid
- Vooral focus op kinderen met migratieachtergrond
- Zo minstens 1 jaar kleuteronderwijs (290 halve dagen)
Zoveel mogelijk met gelijke kansen kunnen beginnen aan het eerste leerjaar.
Eindelijk benoemen van een kleuteronderwijs is een belangrijk schakeljaar!!
- onderwijs maar een chreche leert ook dingen is zeker ook waardevol niet
met taal maar cultuur. Als je de fase overslaat van het kleuter, dan zit die
schoolse attitude er nog niet in. (ze moeten een hele dag kunnen stilzitten,
en goed kunnen luisteren naar de leerkrachten, …)
- Ze willen de sociale ongelijkheid zo wegwerken, nu in de derde klas word
er al aanwezigheden genomen.
Wat houdt leerplicht in?
Voltijdse leerplicht Deeltijdse leerplicht
Duur = 12 volledige schooljaren Duur = tot 15 of 116 jaar
- Tot iemand 18 jaar wordt - 15 jaar = eerste 2 jaar
- Tot 30 juni van het jaar waarin secundair behaald
je 18 wordt - 16 jaar = eerste 2 jaar
- Tot behalen secundair diploma secundair NIET behaald
- Keuze voor stelsel van leren en
werken
Leerplicht is GEEN schoolplicht.
- Kinderen hoeven niet naar school
- Belangrijk begrip = huisonderwijs
- Nood aan controle van de overheid
o Ontplooiing persoonlijkheid, talenten, vermogens
o Eerbied voor rechten van de mens
o Eerbied voor culturele waarden van het kind
o Voorbereiding van het kind op een actief leven
- Belang van de examencommissie
Uitdagingen aan thuisonderwijs :
- Je hebt minder sociaal contacten of zelf geen
- Je moet alles zelf onder handen nemen
- Je kan zelf bepalen wat je in welk tempo gaat doen (vakken kiezen)
- Je kan zelf je uren bepalen, als je controle hebt moet je wel een
dagstructuur kunnen voorleggen (dnek ik)
- Eerder meer rust voor die persoon?
- Ouders vinden geen school voor hun kind die specialere noden heeft.
(kinderen met ASS)
2
, - ondersteuningen bieden,
- (als ouders schat je in of je kind in staat is om thuisschool te volgen, …)
Vertrekpunt = recht op onderwijs
Leerplicht = voor alle kinderen vanaf 60 dagen na registratie
(vreemdelingenregister, wachtregister of bevolkingsregister) Geen weigering
mogelijk door school.
1.3. KOSTEN IN HET ONDERWIJS
1.3.1. VERTREKPUNT = ONDERWIJS IS KOSTELOOS
Toegang tot onderwijs is GRATIS tot einde van de leerplicht. Dit enkel in scholen
die ERKEND zijn door de overheid
- Mogen officiële studiebewijzen afleveren
- Kunnen subsidies krijgen van de overheid
Om een erkende school – onderwijsinstelling te worden dien je te voldoen
aan verschillende voorwaarden. Enkele voorbeelden:
- School wordt georganiseerd onder de verantwoordelijkheid van een
schoolbestuur
- De gebouwen zijn veilig, bewoonbaar, hygiënisch
- Er is mogelijkheid tot controle van de onderwijsinspectie
- Er is een samenwerking met het CLB
Wanneer een school erkend is krijgen ze:
Financiering = Overheid voorziet alle middelen van een school.
Subsidiëring = Overheid voorziet deel van de middleen van een school.
1.3.2. MAAR WAT DAN MET…
Basisonderwijs Principe = GRATIS
- Inschrijving
- Schoolbenodigdheden
- Activiteiten in functie van ontwikkelingsdoelen en eindtermen
- Zwemlessen 1 schooljaar gratis (Kind moet leren zwemmen, moeten dat
aanbieden omdat het een leerdoel is. Niet gemakkelijk, dure bussen, geen
normaal zwembad)
Scherpe maximumfactuur Minder scherpe maximumfactuur
- Voor activiteiten en materialen - Voor meerdaagse uitstappen,
die niet strikt noodzakelijk zijn geen verplichting tot deelname
- Vb: daguitstappen, - Vb: bosklas, zeeklas, ..
toneelbezoek, sportactiviteiten, - Jaarlijks geïndexeerd bedrag
… - Volledige duur lager onderwijs
- Vb: tijdschriften, mappen, … (niet per schooljaar), niet in het
- Bedrag per schooljaar - jaarlijks kleuteronderwijs!
geïndexeerd : Schooljaar 23-24 = 520 euro
Kleuteronderwijs = 55 euro Schooljaar 24-25 = 535 euro
(23-24 en 24-25)
Lager onderwijs = 105 euro
(23-24 en 24-25)
3
, Secundair onderwijs Principe = geen absolute kosteloosheid
- Kosten in functie van didactisch materiaal (labomateriaal, boeken, kopijen,
..)
- Kosten in functie van bepaalde activiteiten (toneel, sportdag, …)
- Kosten in functie van diensten en producten (maaltijden, opvang, …)
1.4. DE ONDERWIJSNETTEN
1.4.1. VRIJHEID VAN ONDERWIJS
Onderwijsinric
hting
Natuurlijk persoon
- Mens van vlees en bloed
Rechtspersoon
- Juridische constructie
- Organisaties met hetzelfde statuut als een natuurlijk persoon
= Inrichtende macht
Onderwijsinv
ulling
Inrichtende machten krijgen volledige autonomie en enkele verplichtingen
- Genoeg materialen aanwezig
- Bewoonbare gebouwen
- Veiligheid gewaarborgd
Onderwijs
keuze
- Voor ouders en voor kinderen
- Belang van redelijke afstand van de woonplaats.
1.4.2. ONDERWIJSNETTEN
Definitie onderwijsnet = ‘Een onderwijsnet is een representatieve vereniging
van inrichtende machten en neemt dikwijls bepaalde verantwoordelijkheden over
van die inrichtende machten’
Vlaanderen heeft zo 3 onderwijsnetten.
GO! Onderwijs - Onderwijs van de Vlaamse
Gemeenschap
- Gefinancierd door de Vlaamse
Gemeenschap
- Officieel onderwijs
- Verplicht tot neutraliteit
= religieus, filosofisch of ideologisch
Officieel - Op te splitsen in twee delen:
gesubsideerd Gemeentelijk onderwijs
onderwijs Provinciaal onderwijs
- Gesubsidieerd door de overheid
- Officieel onderwijs
Vrij - Opgericht door:
4
HOOFDSTUK 1 – ONDERWIJSSTRUCTUUR IN VLAANDEREN
1.1. DE GEMEENSCHAPPEN
1.1.1. ONDERWIJSBEVOEGDHEID: ZAAK VAN GEMEENSCHAPPEN
België wordt opgesplitst in 3 verschillende gemeenschappen:
1. Vlaamse gemeenschap
2. Franse gemeenschap
3. Duitstalige gemeenschap
4. Brussel = ‘specialleke’
Een gemeenschap is bevoegd voor:
- Cultuur: taalgebruik, kunsten, cultureel erfgoed, musea, …
- Gezondheidszorg: erkenning van zorgverstrekkers en zorginstellingen,
kwaliteitsbewaking van zorginstellingen, eerstelijnszorg,
- Bijstand aan personen: jeugdbescherming, jeugdbeleid, gezinsbeleid en
kinderopvang, …
- Justitie: vervolgingsbeleid, jeugdsanctierecht, justitiehuizen, …
Onderwijs = alle aspecten van het onderwijsbeleid, met uitzondering van de
federale residuele onderwijsbevoegdheden (zie verder)
Minister van onderwijs = Zuhal Demir
Enkele voorbeelden waar ministerie voor onderwijs en vorming bevoegd
voor is:
- Regeling van het ganse onderwijs
- Regeling onderwijsinspectie
- Personeelswetgeving
- Leerlingenvervoer
- Studiebeurzen
- Leerlingbegeleiding
- Basisonderwijs
- Secundair onderwijs
- Hoger onderwijs
- Deeltijds kunstonderwijs
- Volwassenonderwijs
1.1.2. WELKE ZIJN DAN DE FEDERALE RESIDUELE ONDERWIJSBEVOEGDHEDEN?
Er zijn 3 zaken die federaal worden vastgelegd en dus voor de 3
gemeenschappen hetzelfde zijn:
1. Begin- en einddatum van de leerplicht
2. Bepalen van minimumvoorwaarden voor een diploma
3. Bepalen van pensioenen voor onderwijspersooneel
1.2. DE LEERPLICHT
1.2.1. VERTREKPUNT = RECHT OP ONDERWIJS
Ieder heeft recht op onderwijs, met eerbiediging van de fundamentele rechten
en vrijheden. De toegang tot het onderwijs is kosteloos tot het einde van de
leerplicht. Alle leerlingen die leerplichtig zijn, hebben ten laste van de
gemeenschap recht op een morele of religieuze opvoeding
1
,1.2.2. WAT HOUDT LEERPLICHT IN?
TOT 1 september 2020
- Leerplicht vanaf het jaar dat het kind 6 jaar werd.
VANAF 1 september 2020
- Een kind wordt leerplichtig op 1 september van het kalenderjaar dat het 5
jaar wordt.
Waarom dan toch de verlaging?
- Meeste kinderen van 2,5 gaan al naar de kleuterschool
- Wegwerken van sociale ongelijkheid
- Vooral focus op kinderen met migratieachtergrond
- Zo minstens 1 jaar kleuteronderwijs (290 halve dagen)
Zoveel mogelijk met gelijke kansen kunnen beginnen aan het eerste leerjaar.
Eindelijk benoemen van een kleuteronderwijs is een belangrijk schakeljaar!!
- onderwijs maar een chreche leert ook dingen is zeker ook waardevol niet
met taal maar cultuur. Als je de fase overslaat van het kleuter, dan zit die
schoolse attitude er nog niet in. (ze moeten een hele dag kunnen stilzitten,
en goed kunnen luisteren naar de leerkrachten, …)
- Ze willen de sociale ongelijkheid zo wegwerken, nu in de derde klas word
er al aanwezigheden genomen.
Wat houdt leerplicht in?
Voltijdse leerplicht Deeltijdse leerplicht
Duur = 12 volledige schooljaren Duur = tot 15 of 116 jaar
- Tot iemand 18 jaar wordt - 15 jaar = eerste 2 jaar
- Tot 30 juni van het jaar waarin secundair behaald
je 18 wordt - 16 jaar = eerste 2 jaar
- Tot behalen secundair diploma secundair NIET behaald
- Keuze voor stelsel van leren en
werken
Leerplicht is GEEN schoolplicht.
- Kinderen hoeven niet naar school
- Belangrijk begrip = huisonderwijs
- Nood aan controle van de overheid
o Ontplooiing persoonlijkheid, talenten, vermogens
o Eerbied voor rechten van de mens
o Eerbied voor culturele waarden van het kind
o Voorbereiding van het kind op een actief leven
- Belang van de examencommissie
Uitdagingen aan thuisonderwijs :
- Je hebt minder sociaal contacten of zelf geen
- Je moet alles zelf onder handen nemen
- Je kan zelf bepalen wat je in welk tempo gaat doen (vakken kiezen)
- Je kan zelf je uren bepalen, als je controle hebt moet je wel een
dagstructuur kunnen voorleggen (dnek ik)
- Eerder meer rust voor die persoon?
- Ouders vinden geen school voor hun kind die specialere noden heeft.
(kinderen met ASS)
2
, - ondersteuningen bieden,
- (als ouders schat je in of je kind in staat is om thuisschool te volgen, …)
Vertrekpunt = recht op onderwijs
Leerplicht = voor alle kinderen vanaf 60 dagen na registratie
(vreemdelingenregister, wachtregister of bevolkingsregister) Geen weigering
mogelijk door school.
1.3. KOSTEN IN HET ONDERWIJS
1.3.1. VERTREKPUNT = ONDERWIJS IS KOSTELOOS
Toegang tot onderwijs is GRATIS tot einde van de leerplicht. Dit enkel in scholen
die ERKEND zijn door de overheid
- Mogen officiële studiebewijzen afleveren
- Kunnen subsidies krijgen van de overheid
Om een erkende school – onderwijsinstelling te worden dien je te voldoen
aan verschillende voorwaarden. Enkele voorbeelden:
- School wordt georganiseerd onder de verantwoordelijkheid van een
schoolbestuur
- De gebouwen zijn veilig, bewoonbaar, hygiënisch
- Er is mogelijkheid tot controle van de onderwijsinspectie
- Er is een samenwerking met het CLB
Wanneer een school erkend is krijgen ze:
Financiering = Overheid voorziet alle middelen van een school.
Subsidiëring = Overheid voorziet deel van de middleen van een school.
1.3.2. MAAR WAT DAN MET…
Basisonderwijs Principe = GRATIS
- Inschrijving
- Schoolbenodigdheden
- Activiteiten in functie van ontwikkelingsdoelen en eindtermen
- Zwemlessen 1 schooljaar gratis (Kind moet leren zwemmen, moeten dat
aanbieden omdat het een leerdoel is. Niet gemakkelijk, dure bussen, geen
normaal zwembad)
Scherpe maximumfactuur Minder scherpe maximumfactuur
- Voor activiteiten en materialen - Voor meerdaagse uitstappen,
die niet strikt noodzakelijk zijn geen verplichting tot deelname
- Vb: daguitstappen, - Vb: bosklas, zeeklas, ..
toneelbezoek, sportactiviteiten, - Jaarlijks geïndexeerd bedrag
… - Volledige duur lager onderwijs
- Vb: tijdschriften, mappen, … (niet per schooljaar), niet in het
- Bedrag per schooljaar - jaarlijks kleuteronderwijs!
geïndexeerd : Schooljaar 23-24 = 520 euro
Kleuteronderwijs = 55 euro Schooljaar 24-25 = 535 euro
(23-24 en 24-25)
Lager onderwijs = 105 euro
(23-24 en 24-25)
3
, Secundair onderwijs Principe = geen absolute kosteloosheid
- Kosten in functie van didactisch materiaal (labomateriaal, boeken, kopijen,
..)
- Kosten in functie van bepaalde activiteiten (toneel, sportdag, …)
- Kosten in functie van diensten en producten (maaltijden, opvang, …)
1.4. DE ONDERWIJSNETTEN
1.4.1. VRIJHEID VAN ONDERWIJS
Onderwijsinric
hting
Natuurlijk persoon
- Mens van vlees en bloed
Rechtspersoon
- Juridische constructie
- Organisaties met hetzelfde statuut als een natuurlijk persoon
= Inrichtende macht
Onderwijsinv
ulling
Inrichtende machten krijgen volledige autonomie en enkele verplichtingen
- Genoeg materialen aanwezig
- Bewoonbare gebouwen
- Veiligheid gewaarborgd
Onderwijs
keuze
- Voor ouders en voor kinderen
- Belang van redelijke afstand van de woonplaats.
1.4.2. ONDERWIJSNETTEN
Definitie onderwijsnet = ‘Een onderwijsnet is een representatieve vereniging
van inrichtende machten en neemt dikwijls bepaalde verantwoordelijkheden over
van die inrichtende machten’
Vlaanderen heeft zo 3 onderwijsnetten.
GO! Onderwijs - Onderwijs van de Vlaamse
Gemeenschap
- Gefinancierd door de Vlaamse
Gemeenschap
- Officieel onderwijs
- Verplicht tot neutraliteit
= religieus, filosofisch of ideologisch
Officieel - Op te splitsen in twee delen:
gesubsideerd Gemeentelijk onderwijs
onderwijs Provinciaal onderwijs
- Gesubsidieerd door de overheid
- Officieel onderwijs
Vrij - Opgericht door:
4