100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Begrippenlijst - Inleiding tot de Hedendaagse Periode 2025

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
45
Geüpload op
08-06-2025
Geschreven in
2024/2025

Begrippenlijst van alle onderlijnde termen uit de PP's en aangevuld met een definitie met bijhorende context.












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
8 juni 2025
Aantal pagina's
45
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Begrippenlijst: Overzicht terminologie

I. Hoofdstuk 1: Revoluties

Term Definitie + Context
Globale eenvormigheid Globale eenvormigheid verwijst naar de toenemende gelijkenissen tussen samenlevingen
wereldwijd vanaf de 18e en 19e eeuw, als gevolg van versnelde globalisering. Deze
globalisering werd aangedreven door technologische innovaties zoals de telegraaf,
stoomschepen en treinverbindingen, die communicatie en transport wereldwijd versneld
mogelijk maakten. Dit leidde tot parallellen in politieke systemen, economische structuren,
manieren van denken (zoals ideeën over liberalisme en burgerschap), en culturele
praktijken. Toch betekent eenvormigheid niet dat iedereen hetzelfde deed: vaak ontstonden
hybride vormen, waarbij lokale en buitenlandse invloeden vermengden ( VB: Kleding,
voeding, tijdsystemen).
Belangrijk: Globale eenvormigheid is niet hetzelfde als globale homogeniteit. Mensen en
samenlevingen interpreteerden ideeën zoals ‘vrijheid’ of ‘burgerschap’ anders, afhankelijk
van hun eigen context. Verschillen en lokale aanpassingen bleven bestaan, ondanks de
gelijkenissen.
Eurocentrisme Een manier van denken waarbij Europese ontwikkelingen als het uitgangspunt van de
wereldgeschiedenis worden gezien. Andere regio’s worden dan voorgesteld als ‘reacties’ op
Europa, of als minder belangrijk.
Europa wordt daarbij gezien als het centrum, en de rest van de wereld als periferie. Een
globaal perspectief verschilt hiervan omdat het rekening houdt met complexe
machtsverhoudingen, wereldwijde invloeden en de interactie tussen samenlevingen, in
plaats van alles te verklaren vanuit Europa.
Zo wordt bijvoorbeeld zichtbaar hoe het VK zijn vrijhandelssysteem oplegde aan kolonies,
wat ongelijkheid en dominantie versterkte. Eurocentrisme negeert deze dynamieken vaak,
en verwaarloost de bijdrage of het perspectief van niet-Europese samenlevingen.
Het houdt ook onvoldoende rekening met micro naar macroprocessen, waarbij lokale
gebeurtenissen wereldwijde gevolgen kunnen hebben.
Moderniteit Moderniteit verwijst naar een historische periode, die vanaf het einde van de 18de en
vooral in de 19e eeuw op gang kwam, en gekenmerkt werd door diepgaande veranderingen
op sociaal, economisch, politiek en cultureel vlak. In deze periode ontstonden nieuwe
structuren zoals fabrieken, transport- en communicatiesystemen (zoals spoorwegen,
telegraaf), moderne ziekenhuizen en een sterker gecentraliseerde natiestaat. Deze
veranderingen werden vaak ervaren als radicaal en nieuw, zowel door filosofen en
staatsmannen als door gewone burgers die bijvoorbeeld naar de stad trokken om in de
industrie te werken.
1

, Moderniteit betekende voor velen de overgang naar een 'moderne tijd', waarin ideeën als
individualisme, liberalisme, secularisering en vooruitgang centraal kwamen te staan.
Hoewel deze ontwikkelingen wereldwijd plaatsvonden, gebeurden ze in verschillend tempo
en worden ze in ons culturele geheugen vaak vooral geassocieerd met Europa en Noord-
Amerika. Dat heeft te maken met de dominante positie van die regio’s in het mondiale
discours en hun geopolitieke macht in die periode.
Kortom: Moderniteit is een tijdvak en een wereldwijd proces van versnelde veranderingen
in samenleving en denken, met bijzondere nadruk op technologische vernieuwing, politieke
reorganisatie en individuele ontplooiing.
Industriële Revolutie De Industriële Revolutie is een periode van ingrijpende economische, technologische en
VK sociale verandering die rond 1750 start in Groot-Brittannië. Door innovaties zoals de
Spinning Jenny en de stoommachine wordt productie gemechaniseerd en verplaatst naar
fabrieken. Context en oorzaken: Groot-Brittannië had concurrentievoordeel door steenkool,
kapitaal, eigendomsrechten, koloniale winsten en een snel groeiende stedelijke bevolking.
Ook internationale handel en koloniale controle (zoals in India) speelden een grote rol.
Kenmerken: Mechanisering = hogere productiviteit, taakverdeling in fabrieksarbeid als
nieuw arbeidssysteem, en de groei van steden en looneconomieën.
Ze had een wereldwijde impact op handel en versterkte koloniale afhankelijkheid.
Globale spreiding: Verspreidt zich met variërende snelheid wereldwijd ( België, VS, Japan).
Vrijhandel en kolonialisme belemmerden industrialisatie in andere regio’s zoals China of het
Ottomaanse Rijk.
Vrijhandel Verwijst naar een economisch systeem waarbij landen of regio's handel drijven zonder
Industriële Revolutie beperkingen zoals importtarieven, heffingen of andere protectionistische maatregelen. Het
idee achter vrijhandel is dat goederen en diensten vrij kunnen circuleren, waardoor vraag
en aanbod de prijzen bepalen zonder bemoeienis van de staat. Dit systeem is gebaseerd op
de liberale ideeën van economen zoals Adam Smith, die bepleitten dat markten efficiënt
functioneren wanneer individuen hun prijzen aanpassen op basis van marktbehoeften. In de
context van de 19e eeuw, toen het Britse Rijk zijn wereld imperium uitbreidde, werd het
vrijhandelssysteem opgelegd aan veel andere landen, waaronder het Ottomaanse Rijk.
Groot-Brittannië stelde ervoor dat er geen invoerrechten of protectionistische maatregelen
mochten worden ingesteld op Britse goederen, wat hen in staat stelde om wereldwijd tegen
aantrekkelijke tarieven handel te drijven. Dit systeem had als gevolg dat landen die onder
Britse invloed stonden, zoals het Ottomaanse Rijk, moeite hadden om eigen industriële
capaciteiten op te bouwen, omdat veel handel en productie in buitenlandse handen waren.
Vrijhandel was in dit geval voordelig voor Groot-Brittannië, omdat het land de controle had
over de handel en de wereldmarkten.
Nijverheidsrevoluties Verwijzen naar de veranderingen in de manier waarop mensen werken en produceren vóór
2

, de grootschalige industriële revolutie. Deze revoluties hadden zowel micro-economische als
Industriële Revolutie macro-economische impact en vonden plaats op verschillende plekken in de wereld, vaak
als voorloper van de latere industriële groei.
Op micro-niveau betekende dit dat mensen steeds vaker loon gingen verdienen door in
fabrieken of bij ondernemingen te werken, in plaats van zelf alles te produceren voor hun
huishoudens. Dit zorgde ervoor dat ze minder afhankelijk werden van eigen productie en
meer betrokken raakten bij de markteconomie als consumenten. De opkomst van de
consument werd zichtbaar in verschillende delen van de wereld vóór 1850, zoals in
Duitsland, Mexico, en Brazilië.
De nijverheidsrevoluties gingen ook gepaard met een toename in de internationale handel,
wat leidde tot een groeiende wereldmarkt en de introductie van luxegoederen zoals het
Japanse samoerai-zwaard. Deze processen waren nauw verbonden met de bredere context
van koloniale overheersing, waarbij inkomsten uit de kolonies werden geïnvesteerd in
industriële activiteiten en de vraag naar producten werd gestimuleerd door de handel
tussen continenten. Deze vroege veranderingen in productie en consumptie waren cruciaal
voor de latere industriële revolutie die in de 2de helft van de 19e eeuw op grote schaal zou
plaatsvinden, vooral in Europa en Noord-Amerika.
Amerikaanse Revolutie Een conflict tussen de dertien Britse kolonies in Noord-Amerika en het Britse Rijk, dat begon
(ca. 1776-1783) als een protest tegen belasting zonder vertegenwoordiging en uitmondde in de
onafhankelijkheidsverklaring van de Verenigde Staten. De kolonisten waren ontevreden
over de politieke en economische controle van Groot-Brittannië, wat leidde tot de leus “ No
taxation without representation”. Dit protest escaleerde in een militaire confrontatie die van
1775 tot 1783 duurde, met steun van Frankrijk en Spanje aan de kant van de Amerikaanse
kolonisten, wat de uiteindelijke overwinning mogelijk maakte.
De revolutie leidde in 1776 tot de Onafhankelijkheidsverklaring, waarin de principes van
vrijheid, gelijkheid en het recht op geluk werden uiteengezet. In de verklaring werd het
beleid van koning George III bekritiseerd, inclusief zijn betrokkenheid bij slavernij, hoewel
deze passage uiteindelijk uit de definitieve versie werd verwijderd. De revolutie eindigde
met de goedkeuring van de Grondwet in 1788, waarmee de Verenigde Staten formeel
werden opgericht, met George Washington als de eerste president.
De impact van de revolutie was wereldwijd. Het leidde tot een verandering in het Britse
imperiale beleid, waarbij Groot-Brittannië zich na het verlies van Noord-Amerika verder
uitbreidde naar andere delen van de wereld. De revolutie beïnvloedde ook Frankrijk, waar
de ideeën van de Amerikaanse revolutie bijdroegen aan de ontevredenheid die uiteindelijk
leidde tot de Franse Revolutie.
Franse Revolutie Franse Revolutie (1789-1799) was een ingrijpende politieke en sociale omwenteling in
Frankrijk, die begon als een reactie op de ongelijkheid in de standenmaatschappij en het
3

, (1789-1799) koninklijk absolutisme, en leidde tot de afschaffing van de monarchie en de oprichting van
de Franse Republiek. De Franse samenleving was verdeeld in 3 standen: de geestelijkheid,
de aristocratie, en de rest van de bevolking, die ongeveer 95% van de bevolking omvatte. De
3de stand, hoewel numeriek het grootst, had weinig politieke invloed, wat leidde tot
groeiende onvrede. De revolutie werd uitgelokt door de groeiende financiële crisis van de
staat en de invoering van nieuwe belastingen, die vooral de 3 de stand zwaar troffen.
De revolutie kreeg formeel vorm in 1789, toen de derde stand zich afscheidde van de
andere twee en de Nationale Vergadering oprichtte, waarmee ze een grondwet beloofde.
Dit leidde tot de Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger, waarin de principes
van vrijheid, gelijkheid en volkssoevereiniteit werden vastgelegd. De standenmaatschappij
werd afgeschaft en privileges op basis van geboorte werden verboden. De revolutie kende
verschillende fasen, waaronder het Schrikbewind (1792-1794), waarin massaal geweld en
politieke zuiveringen plaatsvonden onder leiding van Maximilien de Robespierre. Koning
Lodewijk XVI en Marie-Antoinette werden in 1793 onthoofd, wat het breekpunt betekende
met het oude regime. Na het Schrikbewind leidde politieke instabiliteit tot de
Napoleontische Periode (1799-1814/1815), waarin Napoleon Bonaparte de macht greep en
de revolutionaire ideeën van vrijheid, gelijkheid en broederschap verder verspreidde door
Europa.
Standenmaatschappij Het sociale en politieke systeem dat in Frankrijk bestond vóór de Franse Revolutie, waarin
Franse Revolutie de bevolking was verdeeld in 3 hiërarchische standen met verschillende rechten en plichten.
De 1e stand: De geestelijkheid (de katholieke kerk), die belangrijke privileges genoot, zoals
belastingvrijstelling en invloed op het bestuur.
1. De 2e stand: De adel, die eveneens bepaalde privileges had, zoals grondbezit,
belastingvoordelen en politieke macht.
2. De 3e stand: De rest van de bevolking, bestaande uit de bourgeoisie (rijke handelaren en
ambachtslieden), boeren, arbeiders en andere gemarginaliseerde groepen. De 3e stand
had de minste politieke invloed en werd het zwaarst belast.
Deze standensystemen bepaalden niet alleen de sociale mobiliteit, die nauwelijks mogelijk
was, maar ook de politieke vertegenwoordiging, waarbij elke stand één stem kreeg in het
Staten-Generaal, wat de ongelijkheid verder benadrukte. De 3e stand had dus relatief
weinig invloed, ondanks haar grootte. Dit systeem van ongelijkheid leidde tot groeiende
spanningen, die uiteindelijk het begin van de Franse Revolutie in 1789 veroorzaakten. De
Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger in 1789 betekende het formele einde
van de standenmaatschappij, met de afschaffing van privileges op basis van geboorte.
Koninklijk absolutisme Het politieke systeem waarin de koning de absolute macht bezat en volledige controle
Franse Revolutie uitoefende over het bestuur van het land, zonder beperkingen door wetten of parlementen.
In dit systeem werd de wil van de koning beschouwd als de wet, en de monarch verwachtte
4

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
Joness100 Vrije Universiteit Brussel
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
123
Lid sinds
4 jaar
Aantal volgers
64
Documenten
27
Laatst verkocht
1 week geleden

4,7

14 beoordelingen

5
10
4
4
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen