MEDIA: PUBLIEK & EFFECTEN
HS1: Algemene inleiding op het publieksdeel
Basisuitgangspunten
1) Mediagebruik is selectief
Er zijn 2 grote denkwijze over hoe het komt dat mensen een bepaald
mediagebruik gaan vertonen (bv. waarom tiktok?)
- Structurele stroming: veel van ons mediagebruik wordt beïnvloedt door externe
factoren bv. tv-programmering, het weer, sociale situatie,…(bv. je hebt jonge
kinderen dus je kijkt meer plop) (bv. algoritmes) (bv. bij slecht weer kijk je meer
tv)
- Actieve benadering: we maken voor een groot stuk zelf bepaalde keuzes over
wat we willen zien, ons mediagebruik is selectief bv. welk kanaal, welke inhoud,…
Selective exposure (keuzes maken)
- Uses and gratifications
- Affectgebaseerde theorieën -> emoties doen ons bepaalde keuzes maken
- Persoonlijkheidsfactoren -> wie je bent als persoon heeft ook invloed
- Sociologische factoren -> sociale kenmerken/identiteit
o Wij gebruiken U&G als “overkoepelend” perspectief, waarbij ook andere
theorieën aansluiten
Uses and gratifications
- Soort tegenreactie -> wat doen mensen met media?
- Needs -> behoeften -> verschillen van persoon tot persoon -> je vult ze ook
anders in bv. met vrienden afspreken, film kijken,…
2) Media worden gebruikt om behoeften te bevredigen
- Media kunnen informatie gerateerde behoeften bevredigen
- Media kunnen emotie gerelateerde behoeften bevredigen
Affect gerelateerde behoeften
,- Emotie = “…biologically endowed processes that permit extremely quick
appraisals of situations and equally rapid preparedness to act…”. -> gelinkt aan
bepaalde gebeurtenissen -> zijn biologisch ondersteunt bv. ineens een leeuw
voor je op vakantie dus je ervaart angst -> emoties leiden ook tot fysieke reacties
- Gevoel = bewust ervaren emotie -> inschattingen van wat we op die moment
ervaren, subjectieve interpretatie van wat je ervaart
- Mood = langdurend, niet gerelateerd aan een specifieke situatie -> vindt al een
langere tijd plaats
- Affect= overkoepelende term
Benaderingen bij studie emotie:
- Dimensies (cfr. SAM), bv. opwinding (arousal), richting (valence), dominantie
(dominance)
- Concrete emoties: blijdschap, angst, kwaadheid, afkeer, verdriet
(=basisemoties)
- Manieren om emoties te meten -> Self-Assessment Manikin (SEM—scale en
Positive and Negative Affect Scale (PANAS)
Mood management theorie
= Hoe we ons voelen gaat bepalen welke media keuzes we maken
We proberen een positief gevoel zo lang mogelijk vast te houden -> kan via
sociale media
Een negatieve emotie willen we zo snel mogelijk kwijt -> ‘downregulation’
Originele uitgangspunten
- Individuen zullen negatieve “mood states” proberen te minimaliseren (cfr.
downregulation) en positieve “mood states” proberen te bewaren of te
maximaliseren door gebruik te maken van media(inhouden)
- Belangrijke kenmerken van media(inhouden) zijn daarom: het “excitatory
potential” , de “hedonic valence”, het “absorbing potential” en de “semantic
affinity of the media content” -> 4 kenmerken van media-inhouden
o Excitatory potential = in verschillende maten een soort van opwinding
veroorzaken
o Hedonic valence = hoe positief of negatief is media-inhoud?
o Absorbing potential = mate waarin je wordt meegesleept met een
inhoud/verhaal (ook wel immersion genoemd)
o Semantic affinity of the media content = in welke mate heeft media-inhoud
hetzelfde soort thema als waar je op dat moment mee zit bv.
liefdesverdriet -> ga je luisteren naar liedjes over deze topic
, Naar welke tv-
programma gaan mensen die gestresseerd zijn grijpen -> naar heel relaxerende
media inhouden
Naar welke tv-programma gaan mensen die zich vervelen grijpen -> exciting
programma’s
Bevestiging van mood-management theorie
Dia 24 -> meta-analyse over effect van verveling
Verveling en smartphone gebruik: nieuwe onderzoeksmethodes
- Polsbandjes om psychofysiologische dingen te meten bv. hartslag
- Een smartphone die voortdurend screenshots maakt van waar je mee bezig
bent
Later onderzoek
- Mensen willen niet altijd negatieve moods “downreguleren” (bv. het kan soms
“functioneel” zijn om agressief te blijven)
- Zelfs mensen in een “negatieve” mood, zullen soms naar triestige liedjes
luisteren, naar droevige films kijken, …. (bv. omdat hun emotieregulatiestijl niet
gericht is op “avoidance” – je kan je bv. ook beter gaan voelen als je ziet dat
anderen het nog slechter stellen –cfr. downward comparison)
o Soms bij negatieve emoties ook kijken naar negatieve inhouden
Mood adjustment to social situations
- How men ruminate and women dissipate angry moods
- Mensen zijn niet alleen op zoek naar “hedonische” media-ervaringen (plezier,
“fun”, entertainment, ….) maar ook naar “eudaimonic” media-ervaringen (cfr.
zingeving, betekenisvolle ervaringen, …..)
- Motieven om naar films to kijken -> fun & entertainment of een meer
diepgaande betekenis
- Voorbeelden berichten tijdens corona -> grappige foto’s en memes (hedonisch)
& post over dokters, buren die elkaar helpen,… (eudaimonic)
Ervaring van emoties tijdens de media-consumptie: affectieve-disposition
theory
, - Voorkeur en afkeer voor bepaalde personages op basis van gedrag
- bv. in Disney films heel duidelijk wie goed & slecht is -> uiterlijk & gedrag
- Je hoopt dat de goede personages iets positief overkomt en de slechte iets
negatief
Scaudefreude
- Musk verkoopt minder Tesla’s in Europa omdat mensen negatieve gevoelens
over hem hebben -> wij vinden dit leuk -> wij genieten ervan wanneer slechte
mensen iets slecht overkomen !!!
Kama Muta
- Intensifiëring van een emotionele band bv. filmpje van mensen die gaan
trouwen
- Kama muta is the Sanskrit term for moved by love.
- Five components have been introduced as defining features of kama muta: (1)
physiological signs, such as a warm feeling in the chest, tears, goosebumps, a
lump in the throat, buoyancy, and/or exhilaration; (2) a positive valence; (3)
vernacular labels such as moved, touched, and heart-warming; (4) the appraisal
of a sudden intensification of a communal sharing relationship; and (5) that kama
muta motivates people to strengthen or develop communal sharing relationships
(Fiske et al., 2019).
Informatie gerelateerde behoeften
= We willen allemaal op de hoogte zijn van wat er allemaal gebeurt
- News junkies -> mensen die heel hongerig zijn naar nieuws
Waarom kijken naar nieuws? -> informatie, entertainment, sociaal,…
Sociale behoeften
= Parasociale relaties vormen met tv-figuren bv. personages uit friends voelen als
je vrienden
Identiteit gerelateerde behoeftes
= inhouden die aansluiten bij wie je bent, je waarden en normen,…
- Voorbeeld sociale klasse -> wie je bent que klasse heeft een impact op veel
levensdomeinen bv. kleding, huis, soort entertainment, voeding, …
Opmerking
- U & G focust vooral op het actief selecteren van inhouden om behoeften te
vervullen (dat doel kan dan gehaald – “obtained” zijn of niet)
HS1: Algemene inleiding op het publieksdeel
Basisuitgangspunten
1) Mediagebruik is selectief
Er zijn 2 grote denkwijze over hoe het komt dat mensen een bepaald
mediagebruik gaan vertonen (bv. waarom tiktok?)
- Structurele stroming: veel van ons mediagebruik wordt beïnvloedt door externe
factoren bv. tv-programmering, het weer, sociale situatie,…(bv. je hebt jonge
kinderen dus je kijkt meer plop) (bv. algoritmes) (bv. bij slecht weer kijk je meer
tv)
- Actieve benadering: we maken voor een groot stuk zelf bepaalde keuzes over
wat we willen zien, ons mediagebruik is selectief bv. welk kanaal, welke inhoud,…
Selective exposure (keuzes maken)
- Uses and gratifications
- Affectgebaseerde theorieën -> emoties doen ons bepaalde keuzes maken
- Persoonlijkheidsfactoren -> wie je bent als persoon heeft ook invloed
- Sociologische factoren -> sociale kenmerken/identiteit
o Wij gebruiken U&G als “overkoepelend” perspectief, waarbij ook andere
theorieën aansluiten
Uses and gratifications
- Soort tegenreactie -> wat doen mensen met media?
- Needs -> behoeften -> verschillen van persoon tot persoon -> je vult ze ook
anders in bv. met vrienden afspreken, film kijken,…
2) Media worden gebruikt om behoeften te bevredigen
- Media kunnen informatie gerateerde behoeften bevredigen
- Media kunnen emotie gerelateerde behoeften bevredigen
Affect gerelateerde behoeften
,- Emotie = “…biologically endowed processes that permit extremely quick
appraisals of situations and equally rapid preparedness to act…”. -> gelinkt aan
bepaalde gebeurtenissen -> zijn biologisch ondersteunt bv. ineens een leeuw
voor je op vakantie dus je ervaart angst -> emoties leiden ook tot fysieke reacties
- Gevoel = bewust ervaren emotie -> inschattingen van wat we op die moment
ervaren, subjectieve interpretatie van wat je ervaart
- Mood = langdurend, niet gerelateerd aan een specifieke situatie -> vindt al een
langere tijd plaats
- Affect= overkoepelende term
Benaderingen bij studie emotie:
- Dimensies (cfr. SAM), bv. opwinding (arousal), richting (valence), dominantie
(dominance)
- Concrete emoties: blijdschap, angst, kwaadheid, afkeer, verdriet
(=basisemoties)
- Manieren om emoties te meten -> Self-Assessment Manikin (SEM—scale en
Positive and Negative Affect Scale (PANAS)
Mood management theorie
= Hoe we ons voelen gaat bepalen welke media keuzes we maken
We proberen een positief gevoel zo lang mogelijk vast te houden -> kan via
sociale media
Een negatieve emotie willen we zo snel mogelijk kwijt -> ‘downregulation’
Originele uitgangspunten
- Individuen zullen negatieve “mood states” proberen te minimaliseren (cfr.
downregulation) en positieve “mood states” proberen te bewaren of te
maximaliseren door gebruik te maken van media(inhouden)
- Belangrijke kenmerken van media(inhouden) zijn daarom: het “excitatory
potential” , de “hedonic valence”, het “absorbing potential” en de “semantic
affinity of the media content” -> 4 kenmerken van media-inhouden
o Excitatory potential = in verschillende maten een soort van opwinding
veroorzaken
o Hedonic valence = hoe positief of negatief is media-inhoud?
o Absorbing potential = mate waarin je wordt meegesleept met een
inhoud/verhaal (ook wel immersion genoemd)
o Semantic affinity of the media content = in welke mate heeft media-inhoud
hetzelfde soort thema als waar je op dat moment mee zit bv.
liefdesverdriet -> ga je luisteren naar liedjes over deze topic
, Naar welke tv-
programma gaan mensen die gestresseerd zijn grijpen -> naar heel relaxerende
media inhouden
Naar welke tv-programma gaan mensen die zich vervelen grijpen -> exciting
programma’s
Bevestiging van mood-management theorie
Dia 24 -> meta-analyse over effect van verveling
Verveling en smartphone gebruik: nieuwe onderzoeksmethodes
- Polsbandjes om psychofysiologische dingen te meten bv. hartslag
- Een smartphone die voortdurend screenshots maakt van waar je mee bezig
bent
Later onderzoek
- Mensen willen niet altijd negatieve moods “downreguleren” (bv. het kan soms
“functioneel” zijn om agressief te blijven)
- Zelfs mensen in een “negatieve” mood, zullen soms naar triestige liedjes
luisteren, naar droevige films kijken, …. (bv. omdat hun emotieregulatiestijl niet
gericht is op “avoidance” – je kan je bv. ook beter gaan voelen als je ziet dat
anderen het nog slechter stellen –cfr. downward comparison)
o Soms bij negatieve emoties ook kijken naar negatieve inhouden
Mood adjustment to social situations
- How men ruminate and women dissipate angry moods
- Mensen zijn niet alleen op zoek naar “hedonische” media-ervaringen (plezier,
“fun”, entertainment, ….) maar ook naar “eudaimonic” media-ervaringen (cfr.
zingeving, betekenisvolle ervaringen, …..)
- Motieven om naar films to kijken -> fun & entertainment of een meer
diepgaande betekenis
- Voorbeelden berichten tijdens corona -> grappige foto’s en memes (hedonisch)
& post over dokters, buren die elkaar helpen,… (eudaimonic)
Ervaring van emoties tijdens de media-consumptie: affectieve-disposition
theory
, - Voorkeur en afkeer voor bepaalde personages op basis van gedrag
- bv. in Disney films heel duidelijk wie goed & slecht is -> uiterlijk & gedrag
- Je hoopt dat de goede personages iets positief overkomt en de slechte iets
negatief
Scaudefreude
- Musk verkoopt minder Tesla’s in Europa omdat mensen negatieve gevoelens
over hem hebben -> wij vinden dit leuk -> wij genieten ervan wanneer slechte
mensen iets slecht overkomen !!!
Kama Muta
- Intensifiëring van een emotionele band bv. filmpje van mensen die gaan
trouwen
- Kama muta is the Sanskrit term for moved by love.
- Five components have been introduced as defining features of kama muta: (1)
physiological signs, such as a warm feeling in the chest, tears, goosebumps, a
lump in the throat, buoyancy, and/or exhilaration; (2) a positive valence; (3)
vernacular labels such as moved, touched, and heart-warming; (4) the appraisal
of a sudden intensification of a communal sharing relationship; and (5) that kama
muta motivates people to strengthen or develop communal sharing relationships
(Fiske et al., 2019).
Informatie gerelateerde behoeften
= We willen allemaal op de hoogte zijn van wat er allemaal gebeurt
- News junkies -> mensen die heel hongerig zijn naar nieuws
Waarom kijken naar nieuws? -> informatie, entertainment, sociaal,…
Sociale behoeften
= Parasociale relaties vormen met tv-figuren bv. personages uit friends voelen als
je vrienden
Identiteit gerelateerde behoeftes
= inhouden die aansluiten bij wie je bent, je waarden en normen,…
- Voorbeeld sociale klasse -> wie je bent que klasse heeft een impact op veel
levensdomeinen bv. kleding, huis, soort entertainment, voeding, …
Opmerking
- U & G focust vooral op het actief selecteren van inhouden om behoeften te
vervullen (dat doel kan dan gehaald – “obtained” zijn of niet)