Historisch culturele context van het wonen
Analyse zoals voor examenopdracht:
Villa Capra (la rotonda)
Andrea Palladio
Context: in Venetië, mooi landschap (rond om rond zicht) op top van een heuvel. Soort palazzo
(stadspaleis) maar hij zag het als paleis op het platte land. Perspectief en symmetrie klopt altijd
(optisch gezien). Zicht altijd symmetrisch, in praktijk niet.
Programma: klassiek in opbouw, ontvangstruimtes, dienstruimtes (personeel)
Basisplan: Grieks kruis, meervoudige symmetrie, typisch voor de periode. Complexe
verhoudingensysteem (gulden snede, perfecte cirkels)
Ruimtelijke aspecten: romeinse motieven, versieringen
Structuur: klassiek gebouw met constructieve mogelijkheden van zijn tijd, massieve muren,
boogconstructies.
Invloed: “palladian villa’s” werd bekender, geïnspireerd op Villa Capra (bijna kopieën) ontworpen
vanuit dezelfde insteek. Peter Eisenman (laat zich er nu nog op inspireren) Pallado Virtuel (2016)
probeert de villa te analyseren, theoretisch.
In examenopdracht zelfde verbanden leggen, schema’s , zoeken naar verbanden (zoektocht
belangrijker dan echt vinden)
Villa Savoye (1929)
Le corbusier (1887-1965)
Rond een eerste fase in zijn carrière af (modernistische periode). Project waar hij al zijn ideeën in
kwijt kon. Vrijstaande villa (toz zijn andere villa’s stonden altijd in stedelijke context). Ruimte voor
autos, gasten verblijf, verblijf voor personeel (vraag klant) buiten dit kon hij zijn zin doen ermee.
Vormelijke aspecten: op kolommen, overspanning, tuin op dak, helling die naar dakterras gaat. Cirkel
vormen (ronde plaats parking om rond te rijden voor bediende en eigenaars uit te laten stappen en
direct te kunnen parkeren), complex verhoudingssysteem (gulden snede zowel in plan als aanzichten)
Symmetrie tussen kolommen
Dubbele circulatie (snelle trap, trage helling) bewust gekozen voor helling voor de beleving,
ruimtelijke ervaring komt nog voor je effectief in de ruimte bent. Combinatie van trage en snelle
circulatie, parcours en tempo kiezen, ervaring verander continue hoe je door pand circuleert. Hij
koppelt helling aan zichten op verdiep en terras te zien (veranderlijke ervaring) en dan kom je in
ruimte die je daarnet al zag.
Ruimtelijke aspecten: binnen-buitenrelatie (heel opvallend) grote open ramen uitzicht op veel groen
(wat zorgt dat het soort textuur word niet zuiver zicht), helling verlengt het pad wat zorgt dat je meer
tijd hebt alles waar te nemen en beleven.
Structuur: beton en metselwerk, achteraf witgepleisterd, draagstructuur van kolommen (wat zorgt
dat inrichting los staat van draagstructuur) kolommen ook los van gevel.
Invloed: modernisme (invloed corbusier) Australië: architecten bureau maakte zwarte kopie. Invloed
zeer opmerkelijk.
Historisch culturele context
, Avant Garde
- Reactie op dominante stijl
- Acceptatie van Avant garde zorgt voor een nieuwe stijl
- Nieuwe Avant garde
Schema’s (enkel de laatste is beste de andere 2 te rechtlijnig) hier loopt alles in elkaar, opgesteld
vanuit visies en niet namen of projecten van ontwerpers.
Dialectiek: Vanuit een bepaalde mogelijkheid/idee ontstaat een proces van ontwikkeling en ervaring
wat resulteert in een eindpunt.
Vitruvius (schreef boeken over basisprincipes architectuur) rationele zakelijkheid.
Renaissance
Leon Battista Alberti boek vanuit renaissance, aandacht voor ornamentiek en esthetiek. Zoeken naar
perfecte verhouding, zoeken in natuur als voorbeeld van perfecte proportie. Schoonheid wordt
besproken (bij vitruvius een gevolg) hier een doel;
Marc-Antione Laugier 1753
(essai over architectuur) periode van Kant (veel inzichten die elkaar kort opvolgen)
- ‘wat is architectuur’
Afbeelding primitieve hut vormelijk: doet denken aan tempel, natuurlijke vormgeving. Vanuit
wetenschappelijk oog het eerste geschreven architectuur-theoretische.
Gottfried Semper
Opzoek naar universele theorie van architectuur, hoe we het maken, op welke manier (antropologisch
inzicht) 4 fundamentele architecturale ingrepen: De haard, het dak, de omsluiting, de heuvel (werden
als essentieel beschouwd) hij linkt deze dan aan materialen (klei keramiek, hout schrijnwerk, textiel
weven, steen metselwerk)
Eugène Viollet-le-duc
Waarom technieken van vroeger gebruiken als het met die van nu veel beter kan. Focus op eerlijk
gebruik van materialen.
L. Sullivan “form follows function”
Was niet perse tegen ornament, maar meer voor functionaliteit. Aan buitenkant kan je zien want zich
binnen afspeelt. Oog voor esthetiek.
W. Morris
Historisch culturele context
Analyse zoals voor examenopdracht:
Villa Capra (la rotonda)
Andrea Palladio
Context: in Venetië, mooi landschap (rond om rond zicht) op top van een heuvel. Soort palazzo
(stadspaleis) maar hij zag het als paleis op het platte land. Perspectief en symmetrie klopt altijd
(optisch gezien). Zicht altijd symmetrisch, in praktijk niet.
Programma: klassiek in opbouw, ontvangstruimtes, dienstruimtes (personeel)
Basisplan: Grieks kruis, meervoudige symmetrie, typisch voor de periode. Complexe
verhoudingensysteem (gulden snede, perfecte cirkels)
Ruimtelijke aspecten: romeinse motieven, versieringen
Structuur: klassiek gebouw met constructieve mogelijkheden van zijn tijd, massieve muren,
boogconstructies.
Invloed: “palladian villa’s” werd bekender, geïnspireerd op Villa Capra (bijna kopieën) ontworpen
vanuit dezelfde insteek. Peter Eisenman (laat zich er nu nog op inspireren) Pallado Virtuel (2016)
probeert de villa te analyseren, theoretisch.
In examenopdracht zelfde verbanden leggen, schema’s , zoeken naar verbanden (zoektocht
belangrijker dan echt vinden)
Villa Savoye (1929)
Le corbusier (1887-1965)
Rond een eerste fase in zijn carrière af (modernistische periode). Project waar hij al zijn ideeën in
kwijt kon. Vrijstaande villa (toz zijn andere villa’s stonden altijd in stedelijke context). Ruimte voor
autos, gasten verblijf, verblijf voor personeel (vraag klant) buiten dit kon hij zijn zin doen ermee.
Vormelijke aspecten: op kolommen, overspanning, tuin op dak, helling die naar dakterras gaat. Cirkel
vormen (ronde plaats parking om rond te rijden voor bediende en eigenaars uit te laten stappen en
direct te kunnen parkeren), complex verhoudingssysteem (gulden snede zowel in plan als aanzichten)
Symmetrie tussen kolommen
Dubbele circulatie (snelle trap, trage helling) bewust gekozen voor helling voor de beleving,
ruimtelijke ervaring komt nog voor je effectief in de ruimte bent. Combinatie van trage en snelle
circulatie, parcours en tempo kiezen, ervaring verander continue hoe je door pand circuleert. Hij
koppelt helling aan zichten op verdiep en terras te zien (veranderlijke ervaring) en dan kom je in
ruimte die je daarnet al zag.
Ruimtelijke aspecten: binnen-buitenrelatie (heel opvallend) grote open ramen uitzicht op veel groen
(wat zorgt dat het soort textuur word niet zuiver zicht), helling verlengt het pad wat zorgt dat je meer
tijd hebt alles waar te nemen en beleven.
Structuur: beton en metselwerk, achteraf witgepleisterd, draagstructuur van kolommen (wat zorgt
dat inrichting los staat van draagstructuur) kolommen ook los van gevel.
Invloed: modernisme (invloed corbusier) Australië: architecten bureau maakte zwarte kopie. Invloed
zeer opmerkelijk.
Historisch culturele context
, Avant Garde
- Reactie op dominante stijl
- Acceptatie van Avant garde zorgt voor een nieuwe stijl
- Nieuwe Avant garde
Schema’s (enkel de laatste is beste de andere 2 te rechtlijnig) hier loopt alles in elkaar, opgesteld
vanuit visies en niet namen of projecten van ontwerpers.
Dialectiek: Vanuit een bepaalde mogelijkheid/idee ontstaat een proces van ontwikkeling en ervaring
wat resulteert in een eindpunt.
Vitruvius (schreef boeken over basisprincipes architectuur) rationele zakelijkheid.
Renaissance
Leon Battista Alberti boek vanuit renaissance, aandacht voor ornamentiek en esthetiek. Zoeken naar
perfecte verhouding, zoeken in natuur als voorbeeld van perfecte proportie. Schoonheid wordt
besproken (bij vitruvius een gevolg) hier een doel;
Marc-Antione Laugier 1753
(essai over architectuur) periode van Kant (veel inzichten die elkaar kort opvolgen)
- ‘wat is architectuur’
Afbeelding primitieve hut vormelijk: doet denken aan tempel, natuurlijke vormgeving. Vanuit
wetenschappelijk oog het eerste geschreven architectuur-theoretische.
Gottfried Semper
Opzoek naar universele theorie van architectuur, hoe we het maken, op welke manier (antropologisch
inzicht) 4 fundamentele architecturale ingrepen: De haard, het dak, de omsluiting, de heuvel (werden
als essentieel beschouwd) hij linkt deze dan aan materialen (klei keramiek, hout schrijnwerk, textiel
weven, steen metselwerk)
Eugène Viollet-le-duc
Waarom technieken van vroeger gebruiken als het met die van nu veel beter kan. Focus op eerlijk
gebruik van materialen.
L. Sullivan “form follows function”
Was niet perse tegen ornament, maar meer voor functionaliteit. Aan buitenkant kan je zien want zich
binnen afspeelt. Oog voor esthetiek.
W. Morris
Historisch culturele context