100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Personenbelasting Accountancy - Fiscaliteit

Beoordeling
4,5
(2)
Verkocht
10
Pagina's
83
Geüpload op
25-12-2024
Geschreven in
2024/2025

Samenvatting personenbelasting tweede jaar bedrijfsmanagement in Accountancy fiscaliteit. Lesnotities aangevuld met het boek.


















Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
25 december 2024
Bestand laatst geupdate op
7 december 2025
Aantal pagina's
83
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

, BASISBEGINSELEN

Wetgeving personenbelasting
WIB 92 – Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
KB/WIB 92

Regelgeving personenbelasting – geen wetgeving, doch toe te passen
• Commentaren
• Circulaires = Administratieve richtlijnen = omzendbrief (interpretatie hoe wetgeving moet worden toegepast)
• Rechtspraak (arresten en vonnissen)
• Parlementaire vragen (parlement vraagt aan ministers)


1. BEGRIP EN KENMERKEN VAN DE BELASTING

Ontwikkeling van belastingen hangt samen met de maatschappelijke evoluties in de samenleving
• Afstaan van vee of graan (v.C.)
• Bewoners betaalden grondbelasting voor het gebruik van grond (Romeinse Rijk)
• Accijnzen op typische levensmiddelen en tol (Middeleeuwen)
• Centraal georganiseerd belastingstelsel (1805): belastingen op inkomen en rijkdom werd belangrijker dan
belastingen op het gebruik van bepaalde goederen
- Aantal ramen, dienstboden, …
- Belasting op luxegoederen
• Ontstaan personenbelasting en vennootschapsbelasting (loop van de 19e eeuw)
• Btw (1971)

Begrip ‘belasting’
• Geen wettelijke definitie maar wel een juridische omschrijving
• De belasting is:
- een bijdrage; (iets doen in geld)
- volgens bepaalde rechtsregels;
- opgelegd door de overheid;
- met als doel;
- het verzamelen van financiële middelen;
- nodig om uitgaven te doen in het algemeen belang
• Belasting moet bij wet of decreet als belasting worden erkend

Kenmerken van een belasting
1. Financieel doel: overheidsuitgaven financieren – geen tegenprestatie!
2. Dwingend karakter: sancties mogelijk (strafrechtelijk OF administratief)
3. De fiscale wet is van openbare orde: de wetten worden geacht de essentiële belangen van de staat/gemeenschap
te treffen of ze berusten op economische of juridische grondslagen van de samenleving
o Belastingontduiking is niet hetzelfde als belastingvermijding

Zijn geen belastingen:
• Bepaalde overheidsinkomsten (vb. inkomgelden musea, concessie openbare domeingoederen)
• Retributies
- Vergoeding voor geïndividualiseerde dienstverlening à er is een tegenprestatie
- De overheid beschikt over een monopolie
- Vb. Vuilniszak, tolgelden, parkeerretributies, …
• Parafiscale heffingen (sociale bijdragen) à komt niet in de begroting terecht

,2. WIE MAG BELASTINGEN HEFFEN?

Heffende overheid
• Federaal (Decroo)
• Regionaal (Jambon)
- Gewesten (Vlaams, Waals, Brussels Hoofdstedelijk)
- Gemeenschappen (Vlaams, Frans, Duitstalig)
• Lokaal
- Provincies & gemeenten
• Publiekrechtelijke instellingen
- Opdracht van algemeen belang
- Vb: instellingen openbaar nut, openbare centra voor maatschappelijk welzijn
• Supranationale overheden
- EU
- Vb: douane aan buitengrens; btw

3. GRONDWETTELIJKE BEGINSELEN VAN DE BELASTINGHEFFING

1. Het legaliteitsbeginsel = wettelijkheidsbeginsel
Art. 170 lid 1: Geen belasting ten behoeve van de Staat kan worden ingevoerd dan door een wet
• Bescherming van de burgers tegen al te buitensporige belastingen
• Vaststelling van:
- het belastingsubject + grondslag
- het tarief
- de modaliteiten van de heffing
• Principiële belastingvrijdom: Alles is vrij van belasting, tenzij de wet anders bepaalt (decreet of besluit van de
gemeente- of provincieraad voor de regionale en lokale bevoegdheden)
• Gebonden bevoegdheid van de administratie: zij moet de fiscale wetten toepassen zoals zij zijn
• Het voorzienbaarheidsbeginsel: men moet het kunnen weten, inschatten (geen retroactieve werking)

2. Het eenjarigheidsbeginsel = annualiteitsbeginsel
Art. 171: Over de belastingen ten behoeve van de Staat, de gemeenschap en het gewest wordt jaarlijks gestemd. De
regelen die ze invoeren, zijn slechts voor een jaar van kracht indien zij niet worden vernieuwd.
• Belastingen worden jaarlijks gestemd
• Ingevoerde regels zijn slechts voor een jaar van kracht als zij niet worden vernieuwd
• In de praktijk: uitvoerende macht moet elk jaar opnieuw de uitdrukkelijke machtiging krijgen om belastingen te
heffen op basis van de de bestaande wetgeving.
Gevolgen:
• Elk jaar een nieuwe aangifte
• Beroepskosten enkel aftrekbaar in het belastbaar tijdperk waarin zij zijn gedaan/gedragen
• Jaarlijkse indexatie fiscale bedragen


3. Het gelijkheidsbeginsel
Art. 10 GW: Er is in de Staat geen onderscheid van standen. De Belgen zijn gelijk voor de wet; zij alleen zijn tot de
burgerlijke en militaire bedieningen benoembaar;
Art. 172: Inzake belastingen kunnen geen voorrechten worden ingevoerd. Geen vrijstelling of vermindering van belasting
kan worden ingevoerd dan door een wet
• Alle Belgen zijn gelijk voor de wet
• Geen voorkeursbehandelingen
• Relatief karakter
- Alle personen die zich in dezelfde feitelijke toestand bevinden moeten op gelijke wijze worden belast
- Objectieve en redelijke verantwoording voor het verschil in behandeling
• Elke fiscale wet kan door het Grondwettelijk Hof worden getoetst aan het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel

,4. De fiscale wet is van openbare orde
Belastingontduiking is niet toegelaten
• Vrije keuze van de minst belaste weg op voorwaarde geen wettelijke verplichtingen te overtreden
• De belastingplichtige mag belastingen ontwijken op een legale manier. Hij mag geen wettelijke verplichtingen
schenden.
• Belastingontwijking = toegelaten
- Vb. een vennootschap oprichten i.p.v. zelfstandige te zijn zodat hij minder personenbelasting betaalt
• Belastingontduiking = niet-toegelaten
- Vb. fraude (data, namen veranderen), zwartwerk, valse facturen, …

MAAR belastingontwijking mag niet gebruikt worden voor fiscale redenen
Algemene antimisbruikbepaling
Art. 344, §1 WIB 92 (wetboek ter inkomstenbelastingen)
• Belastingplichtige moet bewijzen dat de keuze voor zijn rechtshandeling(en) door andere motieven is ingegeven
dan het vermijden/ontwijken van inkomstenbelastingen
• Krachtig middel om belastingvermijding tegen te gaan
• Zal pas gebruikt worden als andere middelen uitgeput zijn

Voorbeelden zijn:
• Cash geld vragen als garagist à geen inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting etc.

5. Het non bis in idem-beginsel
• Eenzelfde belastingplichtige (bp) kan voor eenzelfde belastbaar tijdperk maar 1 keer door dezelfde belasting (of
belastingen met eenzelfde doel), op dezelfde materie, getroffen worden
• Staat niet in de wetgeving
• Moet vermeden worden, maar in de praktijk is een dubbele belasting toch mogelijk
• Alleen indien een wettekst expliciet in een vermijding tot dubbele belasting voorziet, zal dit daadwerkelijk het
geval zijn
- Bv. de verkoop van een gebouw kan niet tegelijk aan btw en registratiebelasting worden onderworpen
• Juridische vs. economische dubbele belasting
- Juridische dubbele belasting: 1 belastingsplichtige meerdere malen over dezelfde materie belast
(getemperd door dubbelbelastingsverdragen)
- Economische dubbele belasting: verschillende belastingsplichtigen
(DBI-aftrek = definitieve belaste inkomsten à Zie vennootschapsbelasting)

6. Het territorialiteitsbeginsel
Elke staat kan vrij belastingen heffen
• Belastingsubject/-object moet wel op Belgisch grondgebied aanwezig zijn
- Personele aanknoping: woonplaats
- Zakelijke aanknoping: lokalisatie van de inkomsten



4. DE INDELING VAN DE BELASTINGEN

Onderscheid directe en indirecte belasting
• Directe belasting
• Schuldenaar ook de drager
• Aanhoudende toestand wordt belast
• Inkomstenbelastingen: personenbelasting, vennootschapsbelasting, …
• Met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen: verkeersbelasting, belasting op
inverkeerstelling, …
• Rechtspersonenbelasting
• Belasting der niet inwoners/pb en vennb

• Indirecte belasting
• Schuldenaar niet noodzakelijk de drager
• Toevallige of voorbijgaande gebeurtenissen
• Verbruik van goederen: btw, douane, accijnzen, milieuheffing
• Rechtsverkeer/juridische feiten: btw, erfbelasting, registratiebelasting, diverse taksen…

, INLEIDENDE BEGRIPPEN

1. Belastingplichtigen onderworpen aan de personenbelasting
2. Wereldwijd inkomen
3. Belastbaar tijdperk en aanslagjaar
4. Individuele aanslag of gemeenschappelijke aanslag
5. Volledige decumul
6. Berekening van de belasting (per belastingplichtige)
7. Progressieve belasting
8. Buitenlandse inkomsten
9. Gemiddelde aanslagvoet
10. Aangiftetermijn
• ZIE FISCALE PROCEDUREREGELS INZAKE DE AANGIFTE EN AANSLAG
11. Voorstel van vereenvoudigde aangifte
12. Kladversie versus definitieve aangifte
13. Mogelijke gevolgen bij een laattijdig ingediende aangifte of bij niet-aangifte
• ZIE FISCALE PROCEDUREREGELS INZAKE DE AANGIFTE EN AANSLAG




Aangifte op papier: Voorbereiding (kladversie) Aangifte op papier: Aangifteformulier (definitieve aangifte)



1. WIE IS AAN DE PERSONENBELASTING ONDERWORPEN? Art. 3 WIB92

A. Rijksinwoner: natuurlijke personen, met woonplaats OF zetel van fortuin in België
• Art.2, § 1, 1° eerste lid a, b, c en d WIB 1992
• Woonplaats = werkelijk in het land wonen Domiciliefraude:
- Criterium woonplaats primeert op zetel van fortuin Men plaatst zijn domicilie ergens anders
zoals Monaco, waar men de facto niet
- Ingeschreven in Rijksregister: weerlegbaar vermoeden
woont. Bv. water loopt 340 dagen in België
- Gehuwden/wettelijk samenwonenden: onweerlegbaar
en nauwelijks in Monaco. Hun vermogen
vermoeden:
wordt in België beheerd en zo omzeilen ze
§ Woonplaats = woonplaats waar gezin gevestigd
hun belastingen die ze moeten betalen.
• Zetel van fortuin
- indien GEEN woonplaats in België
- echter, vermogen wordt beheerd vanuit België
B. De Belgisch diplomatiek ambtenaar en consulaat beroepsambten in het buitenland en hun inwonende gezinsleden
C. De andere leden van Belgisch diplomatiek zendingen en consulaire posten (de kok, hun nanny…)
D. De andere ambtenaren, vertegenwoordigers van de Belgische staat, van de gewesten,… voorwaarden:
• De Belgische nationaliteit bezitten
• Geen duurzaam verblijf in de verblijfstaat

voorbeeld
Kim en Sam zijn wettelijk samenwonend. Ze hebben 2 kinderen ten laste. Sam woont in de week in Kortrijk (België),
waar hij ook werkt. In het weekend keert hij telkens terug naar Rijsel (Frankrijk), waar Kim continue verblijft. De kinderen
lopen school in Rijsel en Kim is daar aan de slag. Sam is gedomicilieerd in België, Kim en de kinderen in Frankrijk.
Is Sam Belgisch rijksinwoner? Nee, hij is gehuwd dus er is een onweerlegbaar vermoeden dat de woonplaats in Rijsel is

,2. WERELDWIJD INKOMEN (ART. 5 WIB 92)

De personenbelasting die een rijksinwoner verschuldigd is, wordt berekend op zijn wereldwijd inkomen.
Het belastbare inkomen van een rijksinwoner:
1) Onroerende inkomsten
2) Roerende inkomsten
3) Beroepsinkomsten
4) Diverse inkomsten

3. BELASTBAAR TIJDPERK EN AANSLAGJAAR

ALGEMENE REGEL: art. 359 en 360 WIB 92 + Art. 200 KB/WIB 1992
• Belastbare tijdperk = kalenderjaar waarin de inkomsten werden verdiend/verkregen (N)
• Aanslagjaar (= AJ) = jaar waarin de verdiende/verkregen inkomsten belast worden. (N+1)
= jaar dat volgt op belastbaar tijdperk.

UITZONDERING art. 203 KB/WIB 1992
Het belastbaar tijdperk = gedeelte van het kalenderjaar
• Bv. bij geboorte of immigratie (hier komen wonen)
o Datum waarop die persoon hier komt wonen tot einde van dat jaar is het BT
o Bv. 25/09/2024 hier komen wonen als Italiaan
§ AJ 2025 op basis van belastbaar tijdperk 25/09/2024 - 31/12/2024
• Bv. bij emigratie (verhuizen)
o AJ = BT
o op aangifte aanslagjaar speciaal (papieren aangifte met daarop in stylo ‘Aanslag speciaal’)

Beperking van de Federale voordelen art. 129/1 + 174/1 WIB 1992
• Federale voordelen slechts “prorata temporis” indien belastbaar tijdperk ≠ volledig kalenderjaar
• Duur belastbaar tijdperk in maanden bepalen: als de 15e dag van de maand tot het belastbaar tijdperk behoort,
dan wordt de volledige maand in aanmerking genomen
o bv. 01/01/24 – 20/06/24 à 6 maanden
o bv. 25/09/24 – 31/12/24 à 3 maanden (oktober, november, december)
• Moet ingevuld worden in VAK II nummer 1199

Oefening:
Erkan is in 2023 en 2024 Belgisch rijksinwoner.

Belastbaar tijdperk? Aanslagjaar?
01/01/2023-31/12/2023 2024
01/01/2024-31/12/2024 2025

Phil vestigt zich vanaf 1 maart 2023 definitief in België. Gedurende heel het jaar 2024 is zijn woonplaats in België
gevestigd.

Belastbaar tijdperk? Aanslagjaar?
01/03/2023-31/12/2023 2024
01/01/2024-31/12/2024 2025

Carl emigreert naar Portugal op 1 oktober 2024. Hij verkrijgt na die datum geen inkomsten meer uit België (noch
beroeps, divers, onroerend of roerend).

Belastbaar tijdperk? Aanslagjaar?
01/01/2024-30/09/2024 Speciaal 2024

,4. GEMEENSCHAPPELIJKE OF INDIVIDUELE AANSLAG

Algemene regel
• Gehuwden + wettelijk samenwonenden = Gemeenschappelijke aangifte (Art. 126, § 1 WIB 1992)
o 2 kolommen: oudste linker kolom en de jongste rechterkolom
o met elk hun eigen inkomsten = 2 aanslag-BASISSEN
o maar met 1 gemeenschappelijke belasting-AANSLAG op naam vd gehuwden

• Wettelijk samenwonend?
o Overeenkomst tussen 2 personen bij ambtenaar van de burgerlijke stand
o Allebei meerderjarig
o Niet verbonden door een huwelijk of andere samenwoningsverklaring
o Ze hoeven niet verliefd te zijn (koppels, broers en zussen)
o op fiscaal gebied volledig gelijkgesteld met gehuwden (Art. 2, § 1, 2° WIB 1992)

Afzonderlijke aangifte
Fiscaal gezien worden volgende personen ook als “alleenstaanden” beschouwd (Art. 126, § 2-3 WIB 1992): linkerkolom
1. Fiscaal alleenstaande
- ‘Echte’ alleenstaande
- Feitelijk samenwonende
2. Jaar van huwelijk of verklaring van wettelijke samenwoning
3. Jaar van echtscheiding of beëindiging wettelijke samenwoning
4. Jaar na jaar van feitelijke scheiding
o Feitelijke scheiding = toestand waarbij de echtgenoten de samenwoningplicht niet meer nakomen. Het
huwelijk/de wettelijke samenwoning blijft echter wel voortbestaan.
o in de feiten niet meer gehuwd, maar officieel zijn de papieren nog niet rond
5. Jaar van scheiding van tafel en bed
o Gehuwd blijven maar apart slapen en eten
6. 1 van de echtgenoten is een internationaal ambtenaar (beroepsinkomen > 6.700,00 (niet-geïndexeerd bedrag))
o Worden apart belast in een ander systeem
7. Jaar van ontbinding van het huwelijk/ wettelijke samenwoning door overlijden
o keuze al dan niet gemeenschappelijk!
o Indien je datzelfde jaar hertrouwt: kan je niet voor gezamenlijk kiezen met je overleden partner

Inkomsten van (minderjarige) KINDEREN
Wettelijk genot van bepaalde inkomsten is voor de OUDERS (nooit voor een voogd) Art. 126, § 4 WIB 92:
• Roerende inkomsten
• Onroerende inkomsten
• Diverse inkomsten (met uitz. v/d ontvangen onderhoudsgelden)
Wettelijk genot van bepaalde inkomsten is voor de KINDEREN:
• Beroepsinkomsten uit bijvoorbeeld een studentenjob
• Onderhoudsgelden


Oefening:
Carine en Eddy zijn gehuwd sedert 08/03/1984. Op 14/08/2023 beslissen zij echter om uiteen te gaan. Eddy beslist om
de echtelijke woning te verlaten en naar een eigen appartement te verhuizen. De procedure m.b.t. de echtscheiding is
in gang gezet, maar de definitieve echtscheiding wordt pas op 25/02/2024 uitgesproken.
1. Welk soort aangifte dienen Eddy en Carine in voor aanslagjaar 2024?
Gemeenschappelijk: feitelijke scheiding
2. En voor aanslagjaar 2025?
Afzonderlijk: Jaar na jaar van feitelijke scheiding
3. Indien ze niet gehuwd maar wettelijk samenwonend waren, zouden jouw antwoorden anders zijn?
Neen, op fiscaal gebied volledig gelijkgesteld met gehuwden

,5. VOLLEDIGE DECUMUL

Art. 127 WIB 92
Inkomsten per partner worden apart berekend, maar op het einde komt alles samen en betalen/ krijgen ze samen 1 bedrag
• Totaal netto-inkomen van elke gehuwde/wettelijk samenwonende
o Eigen beroepsinkomsten
o Bepaalde persoonlijk behaalde diverse inkomsten
o Eigen onroerende, roerende en bep. diverse inkomsten (obv huwelijksvermogensstelsel)
o 50% van alle andere gezamenlijke en onverdeelde inkomsten van beide gehuweden/ wettelijk
samenwonenden

6. BEREKENING VAN DE BELASTING (PER BELASTINGPLICHTIGE)

• Federale personenbelasting
o Codes starten met een 1 (oudste) of 2 (jongste) in de
aangifte
• Gewestelijke personenbelasting: deel 1 van de aangifte
o Bevoegd gewest? Waar je je fiscale woonplaats/zetel
van fortuin hebt op 01/01/AJ (Art. 5/1, § 2 BFW)
§ Datum van verhuis doet er niet toe
o Codes starten met een 3 (oudste) of 4 (jongste) in de
aangifte

Voorbeeld
Wouter verhuist na zijn studies op 01/08/23 naar Brussel. Officieel is hij nog steeds in Sint-Niklaas gedomicilieerd. Zijn
werkelijke woonplaats op 01/01/24 is Brussel. Het Brusselse gewest is bevoegd voor AJ 2024 = BT volledig 2023.

Autonomiefactor en Opcentiemen: berekend op de ‘Gereduceerde Belasting Staat’
• Gereduceerde belasting staat = belasting staat * (100% staat - autonomiefactor) Art. 5/2, § 1, 2e lid BFW
o Belasting Staat * (100% – 24,957%)
• De gewestelijke opcentiemen worden geheven op de ‘gereduceerde belasting staat’
o Art. 5/1, § 1, 1e lid, 1° en 5/4 BFW
o 33,257% voor het Vlaams & Waals Gewest
o 32,591% voor Brussel Hoofdstedelijk Gewest
o Elk gewest krijgt zo een fiscale autonomie

BBE: Bijzondere bijdrage energie
• Enkel van toepassing AJ 2023 en 2024
• Premies die de gezinnen kregen tijdens de energiecrisis, die automatisch verrekend werden in de factuur
ongeacht hun inkomen (ook de rijkere gezinnen kregen dit)
• De maatregel was bedoeld voor de laagste en middelste inkomens. Via de aangifte in de personenbelasting
nemen ze dit terug bij de hoogste inkomens.

BBSZ: Bijzondere bijdrage sociale zekerheid
• Sociale bijdrage ten laste van alle personen, die geheel of gedeeltelijk onderworpen zijn aan de sociale zekerheid
voor werknemers
• De aan de RSZ betaalde bedragen zijn voorschotten op de jaarlijks verschuldigde bijdrage
• Hoef je niet te berekenen, krijg je

,Berekeningsschema eenvoudig voorbeeld uitgewerkt:
• Gehuwd koppel, geen kinderen ten laste
• Eigen woning, geen andere onroerende goederen
• Oudste belastingplichtige
- Netto beroepsinkomen = 40.000,00 euro
- Betaalde bedrijfsvoorheffing = 13.000,00 euro
• Jongste belastingplichtige
- Netto beroepsinkomen = 50.000,00 euro
- Betaalde bedrijfsvoorheffing = 17.000,00 euro
• Geen belastingverminderingen
• Verschuldigde BBSZ = 731,28 euro
• Reeds ingehouden BBSZ = 250,00 euro elk

, 7. PROGRESSIEVE BELASTING

Belastbare inkomsten
• Gezamenlijk belastbare inkomsten = Belastbaar aan het progressief tarief
o Tarief van de belasting stijgt naarmate het gezamenlijk belastbaar inkomen (= GBI) groter wordt
o Art. 130 WIB 92: Zie documenten met geïndexeerde bedragen van Jef Wellens, Wolters Kluwer of Lieven
Van Belleghem, NCOI Fiscaal Informatief
o OF Geïndexeerde bedragen via Practicali
§ Je vult het GBI in en krijgt de progressieve belasting
• Afzonderlijk belastbare inkomsten = Belastbaar aan een afzonderlijk tarief

Voorbeeld
Bereken zelf de progressieve belasting voor AJ 2024:
1) GBI van 37.000,00 EUR
2) GBI van 18.000,00 EUR

Oplossing:
1. GBI van 37.000,00 EUR
• Schijf aan 25%: 15.200*25% = 3.800 euro
• Schijf aan 40%: 11.630*40% = 4.652 euro
• Schijf aan 45%: 10.170*45% = 4.576,5 euro
• 3.800 + 4.652 + 4.576,5 = 13.028,5

2. GBI van 18.000,00 EUR
• Schijf aan 25%: 15.200*25% = 3.800 euro
• Schijf aan 40%: 2.800*40% = 1.120 euro
• 3.800 + 1.120 = 4.920

Lieven van Bellegem:




Jef Wellens:




8. BUITENLANDSE INKOMSTEN

Bij buitenlandse inkomsten moeten we kijken naar de oorsprong:
DBV = dubbel belastingverdrag
• Uit een DBV-land
o Heffingsbevoegdheid voor België: samenvoeging met de binnenlandse inkomsten
o Heffingsbevoegdheid voor de andere verdragsstaat:
§ vrijstelling met progressievoorbehoud in België (Art. 155 WIB 92) = niet absoluut
§ door het in eerste instantie te beschouwen als gewoon belastbaar inkomen en later de belasting
erop naar 0 terug te brengen via een belastingvermindering
• Uit een NIET DBV-land
o Geen vrijstelling maar samenvoeging met de binnenlandse inkomsten.
o Eventueel wordt de belasting met de helft verminderd Art. 156 WIB 92

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 2 reviews worden weergegeven
4 maanden geleden

4 maanden geleden

4,5

2 beoordelingen

5
1
4
1
3
0
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
nmvl Arteveldehogeschool
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
121
Lid sinds
2 jaar
Aantal volgers
15
Documenten
25
Laatst verkocht
1 dag geleden
#Accountants in spe

Je kan mij ook vragen stellen over de samenvatting/prijs via Outlook van Mijn Dinar of sociale media. :))

4,4

14 beoordelingen

5
8
4
3
3
3
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen