Samenvatting visie op begeleiden vragengericht.

1


Visie op begeleiden
3. Ter Horst
1/ Leg uit wat Ter Horst bedoelt met ‘ordening’ en ‘uitdaging’ in zijn opvoedingsschema. Wat is de samenhang
tussen deze twee begrippen? Illustreer dit ook met een pedagogisch voorbeeld uit de praktijk.


Illustreer het model Pedagogisch concept –
totaal dialoog:




Wat is de belangrijkste dialoog om tot persoon Die met de volle werkelijkheid
te worden? 1/
Waarom is de dialoog met de opvoeder nodig? Om deze met de volle werkelijkheid op gang te brengen maar.
1/ Er moet voldoende ordening zijn: tijd/ruimte/handeling EN
Uitdaging: horizon-overschrijdend.
Wanneer is de dialoog met de werkelijkheid Indien er voldoende ordening en uitdaging is
persoon bevorderend? 1/
Wanneer is die voldoende? 1/ Is afhankelijk van het kind  in relatie met
zelfstandigheidsbehoefte en hulpbehoefte.
 Te veel ordening: kan leiden tot frustratie, inperking
 Te weinig ordening: te chaotisch
 Te veel uitdaging: Paniek, faalangst, stress
 Te weinig uitdaging: verveling, stagnatie
Wat betekent het concreet om het kind in De opvoeder heeft een opvoedingsverantwoordelijkheid naar het
aanraking te brengen met de volle kind toe ten aanzien van elke werkelijkheidslaag (ontologisch
werkelijkheid? 1/ niveau)

, 2


2/ Dialogische grondvormen is een kernbegrip van Ter Horst zijn orthopedagogisch denken. Leg grondig uit wat hij
juist bedoelt met dit begrip. Een opsomming van de verschillende grondvormen wordt hier niet gevraagd.


Op wat wijzen de dialogische grondvormen in Het is het belang van de interactie tussen de opvoeder en degene
de dialoog met de volle werkelijkheid en met die hij ondersteund om de Multi-intentionele dialoog, de
de opvoeder. 2/3/ werkelijkheid aan te rijken aan het kind. En dat doet die veelal in de
vorm van de dialogische grondvormen nl. Samen eten, spelen,
werken, erop uit trekken ...
Het kind kan op zichzelf aan de werkelijkheid ontdekken en de
werkelijkheid aan zichzelf. Dit in dialoog met de werkelijkheid.
3/ Leg uit wat Ter Horst bedoelt met ‘dialoog heeft vele intenties’. Illustreer dit ook met een pedagogisch voorbeeld
uit de praktijk.


Leg uit: Dialoog is Multi-intentioneel. 3/ De werkelijkheid laat zich ontdekken naar de wijze waarop
(intentie) ze wordt benaderd.
 Vb. Iets kan pas zijn schoonheid laten zien als ik bewonder,
anders gezegd, als ik als mooi “beteken”.
 Vb. van intenties: verzorgen, liefhebben, leiden, dienen,
weten, verhandelen, geven, krijgen….
De persoon ontwikkelt ten volle zichzelf als hij op een pluriforme
wijze betrokken is op de volle werkelijkheid;
Op wat wijzen de dialogische grondvormen in Het is het belang van de interactie tussen de opvoeder en degene
de dialoog met de volle werkelijkheid en met die hij ondersteund om de Multi-intentionele dialoog, de
de opvoeder. 2/3/ werkelijkheid aan te rijken aan het kind. En dat doet die veelal in de
vorm van de dialogische grondvormen nl. Samen eten, spelen,
werken, erop uit trekken ...
Het kind kan op zichzelf aan de werkelijkheid ontdekken en de
werkelijkheid aan zichzelf. Dit in dialoog met de werkelijkheid.
Wat omvat de totale dialoog? 3/  De hele persoon
 De volle werkelijkheid
 En alle intenties.
Leg uit: doelen pedagogiek versus dialogische Doelenpedagogiek= het zogenaamde opvoeden, waarbij we een
opvoeding? 3/ doel stellen en het kind daar naartoe brengen (Ter horst is geen
voorstander).
Opvoeden is een dialogisch gebeuren. Opvoeden is geen éénzijdige
beïnvloeding maar een wederzijds gebeuren tussen opvoeder en
kind waarbij beiden veranderen.
Wat bedoelt men met totaal-dialoog ten  Dialoog met de opvoeder
behoeve van het kind? 3/  Dialoog met de totale werkelijkheid
 Dialoog met zichzelf
Wat is het beeld van Bubers meest belangrijke  Dialoog is een wijze van ontmoeten als totale persoon
werk (I and Thou) 3/3  Dialoog is intermenselijk: het tussen
 Dialoog is een existentiaal
 We bestaan niet individueel, maar relationeel.

, 3


Leg uit: dialoog is een existentiaal Net zoals bij Ter Horst is dialoog een wezenskenmerk van ons
3/3 menselijk-zijn
Het belangrijke gevolg van het ontologisch karakter van de dialoog
is dat er een directe relatie bestaat tussen de kwaliteit van de
menselijke communicatie en de kwaliteit van het menselijk leven.
Dialoog is niet louter instrumenteel en expressief maar ook
persoons bevorderend of persoonsvernietigend.




4/ Voor Ter Horst bestaat het begrip verantwoordelijkheid uit twee deelcomponenten. Welke zijn die? Bespreek de
betekenis van elke component? Wat is de samenhang tussen deze twee componenten.


Wat zijn kwalificaties van het humane niveau? Het zijn kenmerken die het wezen (de essentie) van het mens-zijn
(Wezenskenmerken) 4/ proberen weer te geven.
Welke zijn de humane kwalificaties die volgens  Verantwoordelijkheid
ter horst worden aanzien als typisch  Eigenheid
menselijk? 4/  Historiciteit
 Het Hart
Uit welke twee deelcomponenten bestaat Openheid (passief): Ontvangende kant van het appèl
verantwoordelijkheid? 4/ Intentionaliteit (actief): ingaan op het appèl




Leg uit: zelfstandigheid 4/  Wanneer we als opvoeder goed kijken (openheid
opvoeder) maakt het kind ons duidelijk waar het heen wil
en wat het dus van ons verwacht (intentionaliteit)
 Het kind vraagt om door opvoeders op zijn voeten gezet te
worden: zelfstandig en zelf verantwoordelijk te zijn