STOORNISSEN IN SINUSRITME
sinus bradycardie
frequentie: <50 bpm
normale morfologie
soms junctioneel excape ritme ‘iso-ritmische AV dissociatiee (R-R is geen veelvoud van P-P)
sinus arrest
pauze: niets te zien (ook géén P toppen)
duur pauze is geen exact veelvoud van basaal P-P ritme
sinus tachycadie
frequentie: >100 bpm
alles normaal , maar snel ritme
GELEIDINGSSTOORNISSEN
intraventriculaire geleidingsstoornissen
hierbij altijd QRS wijzigingen, waardoor secundaire ST-T veranderingen
rechter bundeltakblok
hoofdvector naar apex cordis, en er komt iets bij van links rechts (tegenges aan hoofdvector)
kenmerken: - QRS >120 ms (verbreed)
- morfologie veranderingen (in horizontale vlakken):
- V1: Re = right rabbit ear
- V6: brede S = hangmatje
- PR normaal
- secundaire ST-veranderingen
abberantie (= functioneel blok bij bv snel ritme, om kamers te beschermen bij supraventriculaire tachycardie)
linker bundeltakblok
hoofdvector in normale richting , en er komt iets bij van rechts links (zelfde richting als hoofdvector)
kenmerken: - QRS >120 ms (verbreed)
- morfologie veranderingen (in horizontale vlakken):
- V1: gehaakte S
- V6: gehaakte R
abberantie (= functioneel blok bij bv snel ritme, om kamers te beschermen bij supraventriculaire tachycardie)
diferentiaaldiagnose breed QRS:
- bunteltakblok
- pre-excitatie (WPW)
- hyperkaliemie
- ventriculair ritme (bv: escape ritme, VT)
linker anteriorhemiblok
hoofdvector naar boven
kenmerken: - QRS <100ms (normaal)
- morfologie veranderingen (in frontale vlakken)
- 2,3 en aVF: diepe S
- 1 en aVL: hoge R
- linker as
linker posteriorhemiblok
hoofdvector naar beneden (meer richting 3)
kenmerken: - QRS <100 ms (normaal)
- morfologie veranderingen (in frontale vlakken):
- 2,3 en aVF: hoge R
- 1 en aVL: diepe S
- rechter as (want grootste opschr tussen aVF en 3
bi-fasciculair blok
RBTB + LAHB: - QRS >120 ms
- morfologie: - 2,3, aVF: diepe S
- 1, aVL: hoge R
- V1: right rabbit ear
- V6: brede S = hangmatje
1
, - linker as
RBTB + LPHB: - QRS > 120 ms
- morfologie: - 2,3, aVF: hoge R
- 1,aVL: diepe S
- V1: right rabbit ear
- V6: brede S = hangmatje
tri-fasciculair blok
wat: bifasisch blok, waarbij de bundel die overblijf traag geleid
- intranodaal (zelden)
- infranodaal
altijd: PR verlenging (!!!!)
3 mogelijkheden: - PR verlenging + RBTB + LAHB linker as
- PR verlenging + RBTB + LPHB rechter as
- PR verlenging + LBTB
alternerend bundeltakblok
RBTB afgewisseld met LBTB
RBTB + LAHB afgewisseld met RBTB + LPHB
atrioventriculaire geleidingsstoornissen
3 opties: - infranodaal
- infranodaal intrahis
- infranodaal infrahis
algemene kenmerken: - wegvallen QRS complex
- meer A dan V (dus meer P dan QRS)
- PP interval is constant, vaak bradycardie
eerste graads AV blok
= vertraging in AV geleiding, maar nog 1:1 geleiding
kenmerken: - voor elke P is er een QRS
- PR > 200ms
- morfologie: normaal
tweede graads AV blok
type 1
= ‘aangekondigde bloke, waarbij af en toe QRS complex wegvalt
= Wenckebach conductie in de knoop
kenmerken: - progressieve PR verlenging, tot blok
- meer P dan QRS
- cyclisch patroon
- grouped beating (groepjes van 3 bij 4:3 wenckebach)
meestal infranodaal (dus geen QRS wijzigingen)
type 2
2 types: - intranodaal
- infanodaal (indien reeds BTB in voortgeleide slag)
kenmerken: - géén progressieve PR verlenging PR is constant
- morfologie QRS veranderd indien BTB aanwezig!!
type 2:1 AVB
2 types: - intranodaal
- infranodaal (indien reeds BTB in voortgeleide slag)
we weten niet of PR interval progressief verlengt of niet
onderscheid tussen intra en infranodaal op basis van QRS (verbreed bij infranodaal)
type hooggradig AVB
wat: 2 of meer opeenvolgende P toppen worden niet doorgeleid (3:1, 4:1…)
kenmerken: - PR interval constant
- QRS is verbreed (want infranodaal)
altijd infranodaal
2
sinus bradycardie
frequentie: <50 bpm
normale morfologie
soms junctioneel excape ritme ‘iso-ritmische AV dissociatiee (R-R is geen veelvoud van P-P)
sinus arrest
pauze: niets te zien (ook géén P toppen)
duur pauze is geen exact veelvoud van basaal P-P ritme
sinus tachycadie
frequentie: >100 bpm
alles normaal , maar snel ritme
GELEIDINGSSTOORNISSEN
intraventriculaire geleidingsstoornissen
hierbij altijd QRS wijzigingen, waardoor secundaire ST-T veranderingen
rechter bundeltakblok
hoofdvector naar apex cordis, en er komt iets bij van links rechts (tegenges aan hoofdvector)
kenmerken: - QRS >120 ms (verbreed)
- morfologie veranderingen (in horizontale vlakken):
- V1: Re = right rabbit ear
- V6: brede S = hangmatje
- PR normaal
- secundaire ST-veranderingen
abberantie (= functioneel blok bij bv snel ritme, om kamers te beschermen bij supraventriculaire tachycardie)
linker bundeltakblok
hoofdvector in normale richting , en er komt iets bij van rechts links (zelfde richting als hoofdvector)
kenmerken: - QRS >120 ms (verbreed)
- morfologie veranderingen (in horizontale vlakken):
- V1: gehaakte S
- V6: gehaakte R
abberantie (= functioneel blok bij bv snel ritme, om kamers te beschermen bij supraventriculaire tachycardie)
diferentiaaldiagnose breed QRS:
- bunteltakblok
- pre-excitatie (WPW)
- hyperkaliemie
- ventriculair ritme (bv: escape ritme, VT)
linker anteriorhemiblok
hoofdvector naar boven
kenmerken: - QRS <100ms (normaal)
- morfologie veranderingen (in frontale vlakken)
- 2,3 en aVF: diepe S
- 1 en aVL: hoge R
- linker as
linker posteriorhemiblok
hoofdvector naar beneden (meer richting 3)
kenmerken: - QRS <100 ms (normaal)
- morfologie veranderingen (in frontale vlakken):
- 2,3 en aVF: hoge R
- 1 en aVL: diepe S
- rechter as (want grootste opschr tussen aVF en 3
bi-fasciculair blok
RBTB + LAHB: - QRS >120 ms
- morfologie: - 2,3, aVF: diepe S
- 1, aVL: hoge R
- V1: right rabbit ear
- V6: brede S = hangmatje
1
, - linker as
RBTB + LPHB: - QRS > 120 ms
- morfologie: - 2,3, aVF: hoge R
- 1,aVL: diepe S
- V1: right rabbit ear
- V6: brede S = hangmatje
tri-fasciculair blok
wat: bifasisch blok, waarbij de bundel die overblijf traag geleid
- intranodaal (zelden)
- infranodaal
altijd: PR verlenging (!!!!)
3 mogelijkheden: - PR verlenging + RBTB + LAHB linker as
- PR verlenging + RBTB + LPHB rechter as
- PR verlenging + LBTB
alternerend bundeltakblok
RBTB afgewisseld met LBTB
RBTB + LAHB afgewisseld met RBTB + LPHB
atrioventriculaire geleidingsstoornissen
3 opties: - infranodaal
- infranodaal intrahis
- infranodaal infrahis
algemene kenmerken: - wegvallen QRS complex
- meer A dan V (dus meer P dan QRS)
- PP interval is constant, vaak bradycardie
eerste graads AV blok
= vertraging in AV geleiding, maar nog 1:1 geleiding
kenmerken: - voor elke P is er een QRS
- PR > 200ms
- morfologie: normaal
tweede graads AV blok
type 1
= ‘aangekondigde bloke, waarbij af en toe QRS complex wegvalt
= Wenckebach conductie in de knoop
kenmerken: - progressieve PR verlenging, tot blok
- meer P dan QRS
- cyclisch patroon
- grouped beating (groepjes van 3 bij 4:3 wenckebach)
meestal infranodaal (dus geen QRS wijzigingen)
type 2
2 types: - intranodaal
- infanodaal (indien reeds BTB in voortgeleide slag)
kenmerken: - géén progressieve PR verlenging PR is constant
- morfologie QRS veranderd indien BTB aanwezig!!
type 2:1 AVB
2 types: - intranodaal
- infranodaal (indien reeds BTB in voortgeleide slag)
we weten niet of PR interval progressief verlengt of niet
onderscheid tussen intra en infranodaal op basis van QRS (verbreed bij infranodaal)
type hooggradig AVB
wat: 2 of meer opeenvolgende P toppen worden niet doorgeleid (3:1, 4:1…)
kenmerken: - PR interval constant
- QRS is verbreed (want infranodaal)
altijd infranodaal
2