Samenvatting leren stimuleren ()

Samenvatting Leren
stimuleren
1) LEREN

Wat is leren?


- Kan naast shool ook
- De context is belangrijk voor het leren


VORMEN VAN LEREN

- Je hebt schools en buitenschools leren, dit hangt af van
o De plaats waar geleerd word
o De aard van het leren
o Inhoud van het leerproces
- Bij schools hoofdzakelijk een leraar die de leerinhoud, leerdoelen,… geeft
- Bij school = formeel en intentioneel van aard
- Buitenschools leren= informeel en incidenteel  Treed spontaan op
- Duid ook op het werkplekleren (authentieke beroepscontext)
- Er is dus een duidelijk verschil tussen de 2
- Verschillende visies op leren
o Behaviorisme
o Cognitivisme
o Constructivisme
o Cognitivisme

LEERTHËORIËN

BEHAVIORISME
- WATSON onderzocht dit
- Black box benadering
- Relatie tussen prikkel en gedrag worden bestudeerd
- Stimulus  respons = reactie van de prikkel op de stimulus

Prikkel  lerende  gedrag

- Leren een sterke nadruk te leggen op het waarneembaar gedrag



1

,COGNITIVISME
- Inzicht in het proces dat zich afspeelt in het hoofd van de lerende
- Er komt interesse in wat er gebeurd in de black box
- Een informatische benadering  leren gaat over verwerken

Input  computer  output

- Een soort verwerkingsproces zoals een computer
o Input
o Verwerking
o Output
- 2 belnagrijke vertegenwoordigers jerome brunner, david ausubel, brunner
- Elke mens heeft een kennisstructuur, representatiesysteem
o Proceduele en conceptuele kennis
- Van abstract naar concreet


CONSTRUCTIVISME
- Actief proces van kennisconstructie  bouwt voort op cognitivisme
- Leerproces is actief, betekenis verlernend, cummilatief, zelfregulerend en
doelgericht
- Vroeger was de leerkracht de actieve kennisoverdrager
- Constructivisme  overdragen op kennis op een actieve wijze
- In interactie treden
- De lereaar gidsd de lerende
- Cognitief opbouwend proces
- Achterhalen van voorkennis is hier echter wel van belang  aansluiten aan de
nieuwe info

Zelfregulering  zelf het leerproces in handen nemen (leren een doel hebben en ernaartoe
werken)

Een cognitivische visie op leren

- Leren onder beperkte invloed  vandaag de dag technische vooruitgang

- Nieuwe visies op het leren
o Leren gebeurt op verschillende mannier
o Leren is een continu proces
o Technologie heeft een impact op onze hersenen
- Vanuit cognitivische visie  technologie verbind mensen



2

,KENMERKEN VAN LEREN

Veelheid van een aantal gemeenschappelijke processen
- Mentale en interne processen > niet direct waarneembaar
- De leeractiviteit moet van de leerling zelgf komen  niet elk gedragsverandering is
leeractiviteit gebonden
- Bij het leren is er altijd sprake van leerinhoud
De verschillende soorten kennis
o Feitelijke kennis
o Conceptuele kennis
o Proceduele kennis
o Metacognitieve kennis
- Leren doe je binnen een bepaalde context en een leeromgeving of situatie
- Het is altijd het gedrag van een duurzame gedragsverandering
- Leren en onderwijs zijn met elkaar verbonden


HOE KOMT HET LEREN TOT STAND
- 4 manieren om te leren
o Klassieke conditionering
o Operante conditionering
o Het sociale leren
o Inzichtelijk leren

Klassieke conditionering
- Respons als reactie op een stimulus
- Een gebeurtenis met de andere te associeren
- Voorbeeld van pavlof  associatie van de hond
- Toepassingen
o Emotionele en lichcamelijke reacties die aan elkaar gekoppeld zijn
o Teruggetrokkenheid bij pestgedrag
o Angst
o Bijvoorbeeld kleine baby albert
o Klassieke conditionering beperkt zich niet tot negatieve reacties maar kan
ook positief zijn (reclamewereld)


Operante conditionreing
- Soms leren we al dan niet toevallig dat ons gedrag een positief effect heeft op de
omgeving
- Het gedrag wordt niet uitgelokt door een prikkel maar wel door de consequenties
van het gedrag
- Thornedike is hier een onderzoeker van  gissen en missen (trail and error)
3

, - Leerwet van het effect (proef met duif en muis + eten)
- Ook skinnder deed hier verder onderzoek naar
- Gedrag is oprant en resulteert in een consequentie



Leren door het imiteren of sociaal leren
- - je merkt gedrag van een ander en probeert dit zelf te adaptereb
- Imiteren of sociaal leren
- Onderzoeker : albert Bandura  bonobo experiment

Bandura onderschijt 2 fases bij imitatie
- Verwervingsfase
- Uitvoeringsfase


Kenmerken door het leren imiteren
- Het gevolg van het gedrag bij iemand waarnemen
- Aandachtig en bewust waarnemen hoe ander zicht gedragen
- Het gedrag wordt goed onthouden
- Er is belang bij en een motief
- Er is een wil om sterke gelijkenis te vertonen met het model


Inzichtelijk leren
- Inhouden van het mentale proces en in de blackbox
- Tot inzichten komen voor het probleem
 Köhler


Kenmerken van het inzichtelijk leren
- Aha-erlebnis
- Transferen
- Verschillende invalshoeken




4