Trainingsleer en begrippen van revalidatie 23-24 | M. Parent
Soorten kraakbeen:
- Hyalien
- Fibro-cartilagineus
- Elastisch
HYALIEN
ANATOMIE
- Gewrichtsoppervlakten
Structuur:
- 1-5mm dik (helemaal niet dik!) – 70% H2O
- Collageen type II en proteoglycanen
- Chondrocyten
- GEEN bloed-, zenuw- en lymfevoorziening
o Herstel quasi onmogelijk!
- Diffusie voeding- en afvalstoffen
- Uitzonderlijk celdeling
Functie:
- Congruentie gewrichtsoppervlak
- Vlot laten verlopen van bewegingen
- Opvangen van belasting/krachten
KADER HYALIENE KRAAKBEENLETSELS
We kunnen perfect van een acuut probleem evolueren naar een degeneratief
probleem!
131
, Trainingsleer en begrippen van revalidatie 23-24 | M. Parent
ACUUT – TRAUMA
- Meest voorkomende: (patella)luxaties
o Bij herpositionering (terugschieten) kans op kraakbeenschade
Mogen we als kine herpositioneren? Ja als je het kan indien
niet best niet uitvoeren, anders ga je kraakbeenproblematiek
of andere problematiek teweeg brengen.
Hoe sneller gepositioneerd, hoe minder risico op andere
letsels.
TRAUMA – INTERNATIONAL CARTILAGE REPAIR SOCIETY
We gaan het onderverdelen in 4 graden:
(1) Oppervlakte fissuur
o 1-4 mm
(2) Helft kraakbeen laag
(3) Voorbij helft kraakbeen, nog niet tot subchondraal bot
(4) In of voorbij het subchondraal bot
Arthroscopische classificatie:
- Graad 0 = gezond KB
- Graad I = oppervlakkige scheuren
en barstjes KB
- Graad II = minder diep dan 1/2
KBdikte
- Graad III = tot 1/2 KBdikte of dieper
(niet SCB)
- Graad IV = tot in SCB
Klinische relevantie? Belangrijk want wij gaan nooit als kine graad 4 of 2, amper
graad 2 conservatief kunnen behandelen. Puur omdat het slecht doorbloed is,
slecht bezenuwd is, we gaan daar weinig succesvol in zijn. We gaan deze P
moeten onderhouden maar veel verbetering zal er niet in zitten.
Degeneratief
- (osteo)artrose
- Osteochondritis dissecans
Komen niet vaak voor
- Osteonecrose
132
, Trainingsleer en begrippen van revalidatie 23-24 | M. Parent
WAT IS WAT?
(Osteo)Artrose
- “Progressieve degeneratieve aandoening slijtage van het kraakbeen
- Gradueel verlies KB kan door: te veel compressie, ouderdom, genetisch,
werk, sport, … (sterk individueel verschillend)
- Resulterend in osteofieten en botcystes thv gewrichtsranden
o Osteofieten = papegaaibekken (vooral thv wervelkolom)
- Uiteindelijk sclerose SCB” (= subchondraal bot)
o Sclerosering = verbening subchondraal bot gaat zorgen voor
fricties, zwelling, …
Volgende 2 komen minder vaak voor:
Osteochondritis Dissecans
- “Progressieve aandoening waarbij deeltje KB en SCB loskomen”
- Vooral bij jongeren
Osteonecrose
- “Botziekte waarbij deel necroseert;
o Kan uitbreiden tot in kraakbeen
- Tijdens vroege stadia: KB nog intact
- Vaak avasculaire necrose”
OSTEOARTROSE – QUICK FACTS
Etiologie = onbekend, gecorreleerd met
- Te hoge belasting KB
- KB-falen ondanks normale belasting
- Voorgaand trauma
Epidemiologie
- KNIE > HEUP > SCHOUDER
- ♀>♂
- Hoog BMI (> 30)
- Ouderen
Naast KB
➔ Sclerose SCB
➔ Osteofieten en botcystes gewrichtsranden
133
Soorten kraakbeen:
- Hyalien
- Fibro-cartilagineus
- Elastisch
HYALIEN
ANATOMIE
- Gewrichtsoppervlakten
Structuur:
- 1-5mm dik (helemaal niet dik!) – 70% H2O
- Collageen type II en proteoglycanen
- Chondrocyten
- GEEN bloed-, zenuw- en lymfevoorziening
o Herstel quasi onmogelijk!
- Diffusie voeding- en afvalstoffen
- Uitzonderlijk celdeling
Functie:
- Congruentie gewrichtsoppervlak
- Vlot laten verlopen van bewegingen
- Opvangen van belasting/krachten
KADER HYALIENE KRAAKBEENLETSELS
We kunnen perfect van een acuut probleem evolueren naar een degeneratief
probleem!
131
, Trainingsleer en begrippen van revalidatie 23-24 | M. Parent
ACUUT – TRAUMA
- Meest voorkomende: (patella)luxaties
o Bij herpositionering (terugschieten) kans op kraakbeenschade
Mogen we als kine herpositioneren? Ja als je het kan indien
niet best niet uitvoeren, anders ga je kraakbeenproblematiek
of andere problematiek teweeg brengen.
Hoe sneller gepositioneerd, hoe minder risico op andere
letsels.
TRAUMA – INTERNATIONAL CARTILAGE REPAIR SOCIETY
We gaan het onderverdelen in 4 graden:
(1) Oppervlakte fissuur
o 1-4 mm
(2) Helft kraakbeen laag
(3) Voorbij helft kraakbeen, nog niet tot subchondraal bot
(4) In of voorbij het subchondraal bot
Arthroscopische classificatie:
- Graad 0 = gezond KB
- Graad I = oppervlakkige scheuren
en barstjes KB
- Graad II = minder diep dan 1/2
KBdikte
- Graad III = tot 1/2 KBdikte of dieper
(niet SCB)
- Graad IV = tot in SCB
Klinische relevantie? Belangrijk want wij gaan nooit als kine graad 4 of 2, amper
graad 2 conservatief kunnen behandelen. Puur omdat het slecht doorbloed is,
slecht bezenuwd is, we gaan daar weinig succesvol in zijn. We gaan deze P
moeten onderhouden maar veel verbetering zal er niet in zitten.
Degeneratief
- (osteo)artrose
- Osteochondritis dissecans
Komen niet vaak voor
- Osteonecrose
132
, Trainingsleer en begrippen van revalidatie 23-24 | M. Parent
WAT IS WAT?
(Osteo)Artrose
- “Progressieve degeneratieve aandoening slijtage van het kraakbeen
- Gradueel verlies KB kan door: te veel compressie, ouderdom, genetisch,
werk, sport, … (sterk individueel verschillend)
- Resulterend in osteofieten en botcystes thv gewrichtsranden
o Osteofieten = papegaaibekken (vooral thv wervelkolom)
- Uiteindelijk sclerose SCB” (= subchondraal bot)
o Sclerosering = verbening subchondraal bot gaat zorgen voor
fricties, zwelling, …
Volgende 2 komen minder vaak voor:
Osteochondritis Dissecans
- “Progressieve aandoening waarbij deeltje KB en SCB loskomen”
- Vooral bij jongeren
Osteonecrose
- “Botziekte waarbij deel necroseert;
o Kan uitbreiden tot in kraakbeen
- Tijdens vroege stadia: KB nog intact
- Vaak avasculaire necrose”
OSTEOARTROSE – QUICK FACTS
Etiologie = onbekend, gecorreleerd met
- Te hoge belasting KB
- KB-falen ondanks normale belasting
- Voorgaand trauma
Epidemiologie
- KNIE > HEUP > SCHOUDER
- ♀>♂
- Hoog BMI (> 30)
- Ouderen
Naast KB
➔ Sclerose SCB
➔ Osteofieten en botcystes gewrichtsranden
133