1
Samenvatting: Inleiding tot de Pathologie
van de Mond: Bijzondere Pathologie van
de Mond
Pathogenese van plaveiselcelcarcinoma:
• Ontstaan van plaveiselcelcarcinoma uit normale mondmucosa
o Multistap-proces
Morfologische pathogenese van plaveiselcelcarcinoma:
• Van normaal squameus epitheel naar hyperplasie en hyperkeratose van het epitheel
• Verdere ontwikkeling naar lichte en matige dysplasie
• Ontwikkeling tot ernstige dysplasie of carcinoma in situ
• Resultaat:
o Invasief plaveiselcelcarcinoma
Normaal squameus epitheel:
• Geen architecturale atypie
o Normale uitrijping naar het oppervlak toe
▪ Er is normale differentiatie
• Geen celpleomorfisme:
o Celkernen zijn klein en regelmatig
▪ Normale nucleaire morfologie
• Geen gestegen mitotische activiteit:
o Zeldzame mitose figuren in de basale laag
• Basale membraan vormt grens tussen epitheel en stroma
Hyperplasie en hyperkeratose van het epitheel:
• Ontstaat bij drinken en roken
• Epitheel zal dikker worden
o Aan het oppervlak wordt keratine gevormd
o Epitheel is gaan lijken op epiderm
• Wordt beschouwd als goedaardig
• Klinisch beeld:
o Zichtbaar als leukoplakie
▪ Vlak wit letsel
Lichte en matige dysplasie van epitheel:
• Tussenstadium
• Zelfde afwijkingen als ernstige dysplasie of carcinoma in situ
o Maar minder uitgesproken
Inleiding tot de Pathologie van de Mond: Bijzondere Pathologie van de Mond
, 2
Ernstige dysplasie of carinoma in situ:
• Verlies van normale maturatie van basale cellen naar het oppervlak toe
o Verlies van differentiatie
o Letsel zal zich nog steeds gedragen als een leukoplakie
• Aanwezigheid van celpleomorfie
o Tumorcellen variëren in vorm en grootte
• Abnormale nucleaire morfologie (kernatypie):
o Grotere kernen met onregelmatige vorm
o Hyperchromasie
▪ Kernen zijn donkerder gekleurd
▪ Chromatine is onregelmatig verspreid
o Abnormaal grote nucleolen
• Toegenomen mitotische activiteit
o Aanwezig in basale lagen en oppervlakkige lagen
• Door grote ontsteking kan zich een erythroplakie ontwikkelen
o Bij klinische aanwezigheid van erythroplakie is er grotere kans op dysplasie
Vergelijking tussen normaal epitheel en carcinoma in situ:
• Zie afbeelding
Inleiding tot de Pathologie van de Mond: Bijzondere Pathologie van de Mond
Samenvatting: Inleiding tot de Pathologie
van de Mond: Bijzondere Pathologie van
de Mond
Pathogenese van plaveiselcelcarcinoma:
• Ontstaan van plaveiselcelcarcinoma uit normale mondmucosa
o Multistap-proces
Morfologische pathogenese van plaveiselcelcarcinoma:
• Van normaal squameus epitheel naar hyperplasie en hyperkeratose van het epitheel
• Verdere ontwikkeling naar lichte en matige dysplasie
• Ontwikkeling tot ernstige dysplasie of carcinoma in situ
• Resultaat:
o Invasief plaveiselcelcarcinoma
Normaal squameus epitheel:
• Geen architecturale atypie
o Normale uitrijping naar het oppervlak toe
▪ Er is normale differentiatie
• Geen celpleomorfisme:
o Celkernen zijn klein en regelmatig
▪ Normale nucleaire morfologie
• Geen gestegen mitotische activiteit:
o Zeldzame mitose figuren in de basale laag
• Basale membraan vormt grens tussen epitheel en stroma
Hyperplasie en hyperkeratose van het epitheel:
• Ontstaat bij drinken en roken
• Epitheel zal dikker worden
o Aan het oppervlak wordt keratine gevormd
o Epitheel is gaan lijken op epiderm
• Wordt beschouwd als goedaardig
• Klinisch beeld:
o Zichtbaar als leukoplakie
▪ Vlak wit letsel
Lichte en matige dysplasie van epitheel:
• Tussenstadium
• Zelfde afwijkingen als ernstige dysplasie of carcinoma in situ
o Maar minder uitgesproken
Inleiding tot de Pathologie van de Mond: Bijzondere Pathologie van de Mond
, 2
Ernstige dysplasie of carinoma in situ:
• Verlies van normale maturatie van basale cellen naar het oppervlak toe
o Verlies van differentiatie
o Letsel zal zich nog steeds gedragen als een leukoplakie
• Aanwezigheid van celpleomorfie
o Tumorcellen variëren in vorm en grootte
• Abnormale nucleaire morfologie (kernatypie):
o Grotere kernen met onregelmatige vorm
o Hyperchromasie
▪ Kernen zijn donkerder gekleurd
▪ Chromatine is onregelmatig verspreid
o Abnormaal grote nucleolen
• Toegenomen mitotische activiteit
o Aanwezig in basale lagen en oppervlakkige lagen
• Door grote ontsteking kan zich een erythroplakie ontwikkelen
o Bij klinische aanwezigheid van erythroplakie is er grotere kans op dysplasie
Vergelijking tussen normaal epitheel en carcinoma in situ:
• Zie afbeelding
Inleiding tot de Pathologie van de Mond: Bijzondere Pathologie van de Mond