6.1 Open Eco (LT)
Grensoverschrijdende stromen van:
gdn & diensten (in & uitvoer)
spaargeld
mensen (migratie)
Op LT: flexibele prijzen aanpassen aan realiteit/periode
6.2 IN-&UITvoer
Gesloten Eco Y=C+I+G (prod. = cons. + invest + OHbestedingen)
Open Eco Y = C + I + G + X -IM
o X = export
o IM = import
o X – IM = NX = netto-uitvoer = handelsbalans
NX = Y – (C + I + G) = productie – binnenlandse bestedingen
6.3 Spaargeld
Y = C + I + G + NX
o Y – C – G = I + NX
o S = I + NX
o S – I = NX (S – I)= NUS = netto-uitstroom van spaargeld = NCO (net cap. Outflow)
Belegger in BE koopt nieuwe US OH-obl
o Resident binnenland koopt buitenlandse activa
o = uitstroom v. spaargeld
Resident buitenland koopt BE/binnenlandse activa
o = instroom spaargeld
NUS = Uitstroom – instroom = NCO
Beleggers vgl binnen-&buitenlandse activa NUS stijgt als:
o Binnenlandse r daalt buitenlandse activa = aantrekkelijker (instroom daalt)
o Buitenlandse r* stijgt buitenlandse activa = aantrekkelijker (uitstroom stijgt)
daar beleggen waar je de meeste rente krijgt voor je belegging
Netto-uitstroom = handelsbalans
o S – I = NX NUS = NX
o Als (S – I) & NX = positief handelsoverschot (prod > binnenlandse cons.)
o Als (S – I) & NX = negatief handelstekort (prod. < binnenlandse C)
o Als (S – I) & NX = 0 evenwicht ( prod. = binnenlandse C)
, 6.4 Model kleine open Eco
Aannames:
o Perfecte kapitaalmobiliteit = onbeperkt beleggen/sparen in buitenland
Geen beperkingen of kosten
o r = r* binnenl. r = r in de hele wereld
(kleine eco heeft geen invloed op wereldrentevoet r*)
H3:
o Y = Y vast = f (K, L) K & L = kap. & arbeid = vast/gegeven
o C = C( Y – T)
o I = I(r) Invest. hangt af v. reële rentevoet
Nationale inkomensidentiteit:
o Y = C+ I + G + NX
o NX = (Y – C – G) – I NX = S – I NX = NUS
o NX = S vast – I(r*)
Sparen = onafh . v
rentevoet
vert.rechte
Negatief verband
tussen r & I
Gesloten Eco
evenwicht waar I = S
Open Eco handelsoverschot (S > I)
6.5 Wijzigingen in model
6.5.1 Budgettaire expansie in binnenland
= expansief budgettair beleid !! begin uit evenwicht waar I = S &
NX = 0
OH laat G stijgen
o Impact op sparen minder sparen S1 naar S2
o Minder sparen MAAR r* blijft ongewijzigd
o Op niveau van r* S < I minder uitvoer negatieve NX
T (belastingen) dalen:
o Beschikbaar inkomen stijgt meer consumptie & sparen daalt
o S < I negatieve NX
6.5.2 Budgettaire expansie in buitenland
!! begin uit evenwicht waar I = S & NX = 0