Samenvatting - Bedrijfsmanagement

Juni 2022


Business management
Deel 1: Organisaties Thema 1: Organisatie en omgeving

1. Wat is een organisatie?
Een organisatie is een samenwerking door mensen met een gemeenschappelijk doel. Het
doel van de organisatie zorgt voor het voortbestaan van het bedrijf. Zonder het doel te
bereiken zal het bedrijf niet voortbestaan.
 Samenwerking door mensen
o Synergie-effect
 Wanneer mensen samenwerken, kunnen ze meer dan wanneer ze het
alleen zouden doen
o Schaaleffect
 Totaal van het samenwerkingsverband is groter dan de som van de
individuele prestaties samen.

 Gemeenschappelijk doel
o 2 hoofddoelen:
 Financiële winst
 Maatschappelijke winsten
 Profit:
o Tastbaar eindresultaat
 Non-profit (social profit)
o Niet-tastbaar eindresultaat (welzijn, gezondheid, …)

 Doel = voortbestaan van de organisatie
o Termijnbeslissingen (lange termijnbeslissingen -> prioriteit)
o Streven naar voortbestaan van organisatie
o Voorzien in de maatschappelijke behoeften

2. Het begrip organisatie
 Functioneel: activiteiten op elkaar afstemmen (vb. fuif organiseren)
 Institutioneel: organisatie als instituut (rechtspersoon met naam en adres)
 Instrumenteel: de manier van organisatie (taakverdeling, afstemming, …)

3. Begrippen
 Onderneming:
o Organisatie met winstoogmerk (tesla, H&M)
 Bedrijf:
o Bieden diensten of goederen aan met intentie om deze te verkopen
 Organisatie:
o 3 elementen (waarbij men geen winst maakt of iets verkoopt)
 Samenwerken
 Doel
 Mensen
o Niet noodzakelijk een bedrijf of onderneming

1

, Juni 2022


4. Juridische keuze
 Rechtspersoonsvormen (verschil in aansprakelijkheid bij faillissement)
o Natuurlijke personen (eenmanszaak)
 Persoon van vlees en bloed
 Persoonlijke eigendommen kunnen worden aangeslagen
o Rechtspersonen
 Met persoonlijkheid (eigen vermogen)
 Enkel het bezit van bedrijf wordt aangeslagen
 Zonder rechtspersoonlijkheid
 Schulden worden betaald met vermogen van bedrijf én
vermogen van persoon kan worden aangeslagen

5. Organisatiewerking
 Transformatieproces
o Proces van middelen (input) naar materialen (output)
 Output
o Gewenste output: materialen
o Ongewenste output: vervuilende stoffen
 Omgevingsinvloeden
o 3 soorten omgevingen:
 Interne belanghebbende direct belang (werknemers)
 Maatschappelijk omgeving invloed zonder wisselwerking
 DESTEMP-variabelen;
o Demografisch
o Economisch
o Sociaal
o Technisch
o Ecologisch
o Media
o Politiek
 Taakomgeving (extern) direct belang, maar geen onderdeel



Klanten Leveranciers Concurrenten




Financiers
Overheid Drukkingsgroepen




Media




2

, Juni 2022

 Klanten
o Geven bedrijven bestaansrecht, als producten niet
gewenst zijn (niet verkopen) kan je niet bestaan
o Veranderingen doorvoeren om voort te bestaan:
 Doelgroep veranderen
 Introductie van nieuwe aspecten (vrouwenlijn)
 Meebewegen met evolutie en technologie

 Leveranciers
o Goederen en diensten van een andere organisatie
o Eisen stellen met betrekking tot:
 Kwaliteit Prijsniveau
 Stiptheid Levertijd

 Concurrenten
o Bepalen het productaanbod, prijs- en kwaliteitsniveau
en de distributiekanalen
o Marktanalyse uitvoeren om:
 Concurrente te traceren
 Marktpositie van concurrenten te analyseren
o Concurrentieanalyse
 Via SWOT
 Intern (sterktes en zwaktes)
o Strenghts
o Weaknesses
 Extern (opportuniteiten en bedreigingen)
o Oppertunities
o Threats
 Analyse van werkpunten waar men aandacht
aan moet besteden
 Merken van aanbieding Prijs
 Kwaliteit(snormen) Aanbod
 Service Locatie
 Overheid
o Wetgevingen op vlak van:
 Milieu
 Arbeidswetgeving
 Concurrentie
 Mededinging
o Voorbeelden:
 Openingsuren en zondagopeningen
 Koppelverkoop
 Sperperiode (periode voor solden)
 Wetgeving over ontslag
 Wet ter bescherming van de privacy



3

, Juni 2022

 Drukkingsgroepen (vakbonden, actiegroepen)
o Belangen van bepaalde groep mensen verdedigen
 Werkgeversorganisatie (Voka, Unizo)
 Consumentenorganisaties of programma’s (Volt)
 Single issue groeperingen (Greenpeace, Gaia)
 Vakverenigingen (Febis, Febiac)
 Werknemersorganisatie (ABVV)

 Financiers (banken, beurs, aandeelhouders, …)
o Aandeelhouders
 Personen die een aandeel heeft in het bedrijf
 Financiële instellingen
o Nadelen bij aandelen
 Daling/ duik in het aandeel
 Bij wanttrouwen massaal verkoop

 Media
o Belangrijke rol
 Informeert over alles
 Snelle communicatie door technologische
ontwikkelingen via verschillende kanalen
 Grote invloed op publieke opinie
 Anticiperen door het opzetten van
voorlichtingsafdeling of public relations
(influencers)




4