100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
College aantekeningen

Volledige notities van de module zenuwstelsel 2

Beoordeling
4,0
(2)
Verkocht
8
Pagina's
226
Geüpload op
23-03-2023
Geschreven in
2022/2023

Dit document bevat de notities van alle lessen aangevuld met de dia's. Het volgt de hoofdstukken van het boek en komt in belangrijke mate overeen.














Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
23 maart 2023
Aantal pagina's
226
Geschreven in
2022/2023
Type
College aantekeningen
Docent(en)
Cras
Bevat
Alle colleges

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Zenuwstelsel


Zenuwstelsel
Zenuwstelsel................................................................................................................................................. 1

Les 1 Neurologisch consult............................................................................................................................. 2

Les 2 Zenuwstelsel en spieren: klinische neurofysiologie..............................................................................10

Les 3 Afasie en dysartrie............................................................................................................................... 16

Les 4 Autonoom zenuwstelsel...................................................................................................................... 24

Les 5 Visueel systeem................................................................................................................................... 26

Les 6 Liquor en -afwijkingen......................................................................................................................... 28

Les 7 Sturen van beweging, ataxie, extrapiramidale syndromen...................................................................31

Les 8 Ziekten van spier en neuromusculaire overgang..................................................................................33

Les 9 Hogere cerebrale functies.................................................................................................................... 45

Les 10 Aandoeningen van de hersenzenuwen...............................................................................................54

Les 11 Ruggenmergaandoeningen................................................................................................................ 64

Les 12 Hydrocephalus en pediatrische neurochirurgie..................................................................................68

Les 13 Pijnsyndromen in nek, armen, rug en benen......................................................................................74

Les 14 Infecties van het Centrale Zenuwstelsel en de hersenvliezen..............................................................83

Les 15 Hersentumoren................................................................................................................................. 97

Les 16 Paraneoplastische neurologische syndromen...................................................................................101

Les 17 Neurometabele ziekten................................................................................................................... 106

Les 18 Cerebrovasculaire aandoeningen..................................................................................................... 115

Les 19 Epilepsie.......................................................................................................................................... 124

Les 20 Dementie........................................................................................................................................ 131

Les 21 Slaap............................................................................................................................................... 138

Les 22 Consciousness disorders.................................................................................................................. 146

Les 23 Interventionele neuroradiologie in acute stroke...............................................................................151

Les 24 Traumatische hoofd- en hersenletsels.............................................................................................. 162

,Zenuwstelsel


Les 25 Neurologische complicaties bij niet-neurologische aandoeningen....................................................170

Les 26 Palliatieve zorgen in de neurologie.................................................................................................. 174

Les 27 Spinocerebellaire aandoeningen...................................................................................................... 180

Les 28 Extrapyramidale ziekten: ziekte van Parkinson.................................................................................187

Les 29 Hoofd-en aangezichtspijn................................................................................................................ 198

Les 30 Ziekte van basale kernen – bewegingsstoornissen............................................................................206

Les 31 Multiple Sclerose en aanverwante aandoeningen............................................................................215




Les 1 Neurologisch consult

Het belangrijkste element in het neurologisch
onderzoek is...
 De anamnese
‘een degelijke anamnese kan veel tijd en geld besparen’ (Kuks en Snoek)
 De hetero-anamnese
 Het algemeen klinisch onderzoek
 Het neurologisch onderzoek sensu strictu
In veel gevallen kan je diagnose op basis van medische geschiedenis vaststellen
85% van de diagnose van dementie op basis van medische verhaal, zowel het verhaal van de patiënt als
de verzorgers, alle andere zaken dragen bij tot 90-95% van de diagnoses.
Observatie van de patiënt alleen al belangrijk
Wat is het enige dat je gaat doen bij migraine? Bloeddruk (omdat je B-blokker gaat voorschrijven of een
sartaan), ook bij TIA of CVA

DE VOORNAAMSTE VRAAG DIE DE NEUROLOOG ZICH STELT…
Waar is het letsel gelegen?
 Corticaal
 Subcorticaal
o Piramidaal
o Extrapiramidaal
o Cerebellum
 Hersenstam
 Ruggenmerg
 Perifere zenuw
 Eindapparaat: de receptor
o Neuromusculaire junctie
o Sensibele receptoren

DENK I N N I V E A U ’ S V A N D I A GN O S T I E K
 Anatomisch
o Één letsel, meerdere letsels, diffuus, welk niveau?
 Syndromaal
o Grote klinische syndromen

,Zenuwstelsel


 Etiologisch
o Wat is het oorzakelijke pathologische proces?
Trage, voorovergeboden patiënt: extrapyramidaal syndroom à medicatie zoals bv. neuroleptica kunnen
dat geven

IN N E U R O L O G I E I S H E T A L G E M E E N K L I N I S C H O N DE R Z O E K
MINSTENS EVEN BELANGRIJK!

Atherosclerose/Kleplijden Auscultatie, perifeer vaatonderzoek
Arthritis/Rheumaknobbels Stand en gewrichtsafwijkingen
Hypothyroidie/Diabetes Habitus, facies, ...
Longkanker/Borstkanker Palpatie, lymphonodi, abdomen, lever
Dermatomyositis Huid, spier

VOLGORDE NEUROLOGISCH ONDERZOEK
 Spraak en taal
 Mentale status
 Gang
 Hoofdzenuwen
 Motoriek
 Sensibiliteit
 Coördinatie
 Abnormale bewegingen
Belangrijk ook is de thuissituatie van de patiënt

Anamnese
7 DI M E N S I E S V A N DE K L A C H T
1. Plaats: patroonherkenning
2. Kwaliteit of aard: exploreren
3. Ernst: functionele weerslag
4. Beloop in de tijd: acuut, paroxysmaal, …
5. Omstandigheden waarin ontstaan: triggers?
6. Factoren die invloed hebben op beloop
7. Begeleidende verschijnselen

H E TE R O A N A M N E S E
Zeker even belangrijk als de anamnese van de patiënt zelf
 Belangrijk bij communicatiestoornissen door een neurologische aandoening vb afasie
 Bewustzijnsveranderingen
 Geheugenstoornissen
 Gedragsveranderingen
 Beoordeling van evolutie door naasten
 Anosognosie: het feit dat de patiënt er zichzelf niet bewust van is

B I J K O M E N DE G E GE V E N S
 Medische voorgeschiedenis
o Hypertensie, diabetes
o Medicatiegebruik: anticoa bv kijken wat de indicatie was
o ...
 Sociale anamnese

,Zenuwstelsel


o Omgeving, sociale status, beroep, hobby's, ...
 Eventuele toxines
 Systemische aandoeningen

NEUROLOGISCH ONDERZOEK
 Screeningonderzoek om na te gaan of er een neurologisch letsel zou kunnen zijn
o Volledig
o Systematisch
o Meestal van craniale zenuwen naar de VZR
 Onderzoeksinstrument om een specifiek letsel op te sporen
o Gericht op een bepaalde klacht
o Rekening houdend met een bepaalde context
o Bv onderzoek van de parkinsonpatiënt: functionele weerslag, stadium van de ziekte,
eventuele bijwerkingen medicatie

Symptomen
 Door een defect
o Neurologische uitval:
 Verlamming
 Gevoelsstoornis
 Gestoorde coördinatie
 Door een prikkeling
o Epilepsie
o Onwillekeurige bewegingen
o Secretie van een hormoon bvb door hypofyse
1 uitzondering secretie hormoon dat bijna alle acute neurologische zaken voorkomt: dat hypoNa geeft:
ADH

Besluitvorming na KNO
 Anatomisch - waar is het letsel gelegen?
 Syndromaal
o Bvb parkinsonisme, MS, MND
 Etiologisch
o Genetisch
o Congenitaal
o Infectieus
o Inflammatoir
o Neoplastisch
o Degeneratief
o Metabool
o ...

Verder onderzoek wordt op indicatie verricht
 Anatomische beeldvorming van het zenuwstelsel (Ctscan, MRI scan)
 Functionele beeldvorming (FDG PET, DATscan,…)
 Electro-encephalografie (EEG)
 Electromyografie & zenuwgeleidingen
 Geëvokeerde potentialen (SSEP, VEP, BAEP)
 Lumbale punctie

De moeilijk evalueerbare patient
 Comapatiënt is moeilijk te evalueren

,Zenuwstelsel


 Andere bewustzijnsstoornis
 Vaak urgente situaties, tijd is belangrijk
 Taalproblemen
 Functionele stoornissen
 Gebrek aan coöperatie

Follow-up als onderzoek
 Soms kan diagnose uit verdere beloop van ziekte alsnog duidelijk worden
 Nuttig om bij onbegrepen klachten of onzekere symptomen de patiënt gewoon nog een tweede
keer opnieuw te zien en te onderzoeken
 Nuttig zijn een tweede mening te vragen
 Komt regelmatig voor dat een aandoening pas verklaard kan worden in de loop van de tijd
 Follow-up over maanden tot jaren kan daarvoor nodig zijn
Vaak kan je niet onmiddellijk de diagnose stellen en volg je de patiënt op

CT-scan frequent gebruikt, kan ook op examen komen met de vraag welke structuur aangeduid bv.
Densiteit
 Meest dens: bot, bloed, minst dens: lucht, vet, tussenin: Hersenweefsel
 Grijze stof is denser dan witte stof
 Enkele structuren zijn vaak verkalkt

MRI voordeel: sagitaal beeld, minder artefacten, ook functionele neurologische beeldvorming mogelijk,
Vooral pre-op gedaan maar niet zo frequent
Intensiteit
 Axiaal
 Coronaal
 Sagittaal
EMG – motor unit/ Evoked potentials/ Lumbaal punctie: aparte les over

Leren kijken en luisteren
GANGSTOORNISSEN
Zeggen vaak iets over de neurologische aandoening dus belangrijk om te evalueren
 Symmetrie?
o Kleine of grote passen
o Houding
o Armzwaaien
o Gangbasis
o Heffen van de knieën
o Heupen en schouders
o Ganse beweging
 Asymmetrie?
o Pijn?
o Zwaaien?
o Dropvoet

Wat betekent het?
 Parkinson
 Marche à petits pas
 Schaargang
 Sensorische ataxie
 Cerebellaire ataxie

, Zenuwstelsel


 Waggelende gang - door bekkengordelzwakte
 Apractische gang: hydrocephalus soms gezien
 Hemiplegie
 Dropvoet
 Functionele stoornis – conversiestoornis
Parkinson: gangbegin stoornis
Functionele stoornissen vaak medical shopping, plus vaak erg traumatisch

Romberg test
 Ogen open, in principe geen visuele ijkingspunten
 Ogen gesloten
 Romberg test is positief wanneer de pt onstabiel wordt met gesloten ogen
 Wat betekent het?
o Achterstrengen
o Perifere neuropathie
Als je het goed doet, patiënt voor de muur zonder visuele indicatie en moet je soms afleiden

MOTORIEK
Motorisch probleem kan door verschillende oorzaken: upper or lower motor neuron of perifeer
 Overzicht
o Motorische cortex
o Limbische systeem
 Stemt motoriek af op motivaties en emoties
o Cerebellum
 Coördinatie
o Basale kernen
 Starten en stoppen
 Delen
o Bovenste motor neuron
o Onderste motor neuron
o Gemengd
o Spier
o NMJ
o Functioneel

Het centrale motorneuron
 Centrale motor neuron = piramidebaansysteem
 Kliniek
o Vaardigheidsstoornissen en parese
 Benen: de flexoren meer
 Armen: de extensoren
 Motorische kernen voor de volgende spieren bilateraal supranucleair
geïnnerveerd
 Rond het oog
 Keelspieren
 Rompmusculatuur
o Spierzwakte
o Spasticiteit
o Toegenomen spierrekreflexen: pas na een tijdje, altijd reflexen langs beide kanten!
o Abnormale huidreflexen
 Buikhuid – cremaster: wordt eigenlijk niet gedaan

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 2 reviews worden weergegeven
3 maanden geleden

1 jaar geleden

4,0

2 beoordelingen

5
1
4
0
3
1
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
gnkstudent13 Universiteit Antwerpen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
25
Lid sinds
7 jaar
Aantal volgers
14
Documenten
5
Laatst verkocht
2 maanden geleden
MV

4,3

3 beoordelingen

5
2
4
0
3
1
2
0
1
0

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen