Continuïteit
1. Inleidend: In de beleidsnota’s
2. Verschillende vormen van continuïteit
3. Mogelijke examenvragen
1. Inleidend: In de beleidsnota’s
Continuïteit is één van de zes doelstellingen van de IJH.
Oog hebben voor continuïteit in de hulpverlening is cruciaal voor het kind, de
jongere en hun gezin; kindercarrousels moeten vermeden worden (Een 2.0
aanpak IJH).
Het aanbod voor jongvolwassenen moet, vanuit het oogpunt continuïteit,
dermate georganiseerd worden dat ze bij uitstroom uit de jeugdhulp zo
maximaal mogelijk over de kennis en vaardigheden beschikken om een eigen
weg te vinden (Een 2.0 aanpak IJH).
Het is belangrijk blijvende aandacht te besteden aan continuïteit van de zorg
aan jongvolwassenen zodat een naadloze overgang naar volwassenheid
bewerkstelligd kan worden (Actieplan jongvolwassenen).
Actie 22 (Actieplan Jeugdhulp): We zetten in op gezamelijke ontwikkeling van
methodieken om naadloze overgang naar de hulpverlening aan jongvolwassenen
mogelijk te maken.
2. Verschillende vormen van continuïteit
Wordt divers ingevuld.
Continuïteit =
Naadloze aansluiting van verschillende zorgmodules (het vlot kunnen
overschakelen tussen verschillende zorgmodules).
Minder breuklijnen.
Geen kindercarrousel -> Hulpverlening moet mooi op elkaar aanleunen.
Focus ligt hier op coördinatie tussen de verschillende
voorzieningen.
Aanleiding van IJH: Onder andere de verkokering,
fragmentatie, gebrek aan samenwerking.
Verkokering: We werkten met sectoren, die niet
samenwerkten. De samenwerking over de sectoren
verliep moeizaam => Het was gefragmenteerd.
Jongeren vielen tussen de kokers door.
Achtergrond: Jeugdhulp wordt steeds
gespecialiseerder, waardoor minderjarigen meer worden
doorgestuurd naar andere voorzieningen en ze dus
veranderen van hulpverlening en hulpverlener.
78
1. Inleidend: In de beleidsnota’s
2. Verschillende vormen van continuïteit
3. Mogelijke examenvragen
1. Inleidend: In de beleidsnota’s
Continuïteit is één van de zes doelstellingen van de IJH.
Oog hebben voor continuïteit in de hulpverlening is cruciaal voor het kind, de
jongere en hun gezin; kindercarrousels moeten vermeden worden (Een 2.0
aanpak IJH).
Het aanbod voor jongvolwassenen moet, vanuit het oogpunt continuïteit,
dermate georganiseerd worden dat ze bij uitstroom uit de jeugdhulp zo
maximaal mogelijk over de kennis en vaardigheden beschikken om een eigen
weg te vinden (Een 2.0 aanpak IJH).
Het is belangrijk blijvende aandacht te besteden aan continuïteit van de zorg
aan jongvolwassenen zodat een naadloze overgang naar volwassenheid
bewerkstelligd kan worden (Actieplan jongvolwassenen).
Actie 22 (Actieplan Jeugdhulp): We zetten in op gezamelijke ontwikkeling van
methodieken om naadloze overgang naar de hulpverlening aan jongvolwassenen
mogelijk te maken.
2. Verschillende vormen van continuïteit
Wordt divers ingevuld.
Continuïteit =
Naadloze aansluiting van verschillende zorgmodules (het vlot kunnen
overschakelen tussen verschillende zorgmodules).
Minder breuklijnen.
Geen kindercarrousel -> Hulpverlening moet mooi op elkaar aanleunen.
Focus ligt hier op coördinatie tussen de verschillende
voorzieningen.
Aanleiding van IJH: Onder andere de verkokering,
fragmentatie, gebrek aan samenwerking.
Verkokering: We werkten met sectoren, die niet
samenwerkten. De samenwerking over de sectoren
verliep moeizaam => Het was gefragmenteerd.
Jongeren vielen tussen de kokers door.
Achtergrond: Jeugdhulp wordt steeds
gespecialiseerder, waardoor minderjarigen meer worden
doorgestuurd naar andere voorzieningen en ze dus
veranderen van hulpverlening en hulpverlener.
78