samenvatting basisverpleegkunde 2 (deel 3)

Deel 3: J. Verlinde  20% examen
1. BEELDVORMING VAN OUDEREN IN DE SAMENLEVING

1.1 LEERDOELEN

 De student heeft inzicht in de vooroordelen & stereotypen naar bejaarden
o Oude mensen die met stok of rollator wandelen …
 De student houdt rekening met de beïnvloeding van een negatief
ouderenbeeld naar ouderen toe
o De maatschappelijke waarden in onze samenleving maken het
moeilijk om je eigen verouderen te aanvaarden en het ouder worden
positief te bekijken
 De student heeft inzicht in de waarden & normen die momenteel gelden in
onze maatschappij en de mogelijke invloed hiervan op ouderen
o Waarden  toegankelijkheid
o Normen  je bent gemakkelijk bereikbaar en kan ook veel doen via
de GSM. Ouderen kunnen dit niet voor hun is bv. een afspraak
maken online moeilijk

1.2 BEJAARD OF OUD?

 Vanaf 65 krijg je de titel bejaard
o Vanaf dan neemt de maatschappij de mensen in bescherming (via
pensioen…)
 Bejaard  2 kenmerken
o Hun leeftijd
o Feit dat ze op de werkvloer niet meer welkom zijn

1.3 OUDER WORDEN IN DE MAATSCHAPPIJ

 Nutteloos voor de maatschappij
 Maatschappij gericht op de toekomst en heeft dynamisch profiel
 In andere culturen worden ouderen als waardevol beschouwd

1.4 ARBEID ALS WAARDE

 In onze samenleving kunnen we overwaardering van betaalde arbeid

Tijdbesteding
sociaal contact
Arbeid
Inkomen
sociale status & prestige
 Ieder mens wordt gewaardeerd voor het soort werk dat hij doet
 Vooroordelen oudere werknemers  grotere, risico’s, kleinere
leercapaciteit enz.  nooit wetenschappelijk bewezen

1.5 ACCENTUERING VAN ‘IDEALEN’




1

, 1.6 BESLUIT

 Ouderen gaan zich vaak naar negatiefbeeld gedragen
 Toch kan de negatieve beeldvorming doorbroken worden
o Preventief werken
o Ouderen bewust laten worden van hun invloed, macht als groep om
zo de samenleving tot nieuwe inzichten te brengen
 De diversiteit in de ‘oudere’ groep is immens groot
 De oudere of bejaarde bestaan dus niet

2. DEMOGRAFISCHE TENDENSEN

2.1 LEERDOELEN

 De student kan de demografische evolutie in België, Vlaanderen
omschrijven a.d.h.v een historiek
o Vroeger waren er meer kinderen/ jongeren dan ouderen maar
tegenwoordig vind er een ontgroening en een vergrijzing plaats
 De student kan de demografische evolutie raadplegen op internet
 De student kan de oorzaken van de bevolkingswijzigingen vermelden
o Daling geboortecijfer & de levensverwachting
 De student heeft inzicht in de vergrijzing van de bevolking
 De student kan de gevolgen van de bevolkingsveroudering benoemen
o Economisch  minder actieve bevolking  minder geld voor
pensioen
o Gezondheid  oudere mensen hebben meer chronische dan acute
ziekte & verschuivingen naar Multi pathologie
 De student heeft inzicht in het belang van een demografische studie en de
gevolgen hiervan naar de toekomst

2.2 INLEIDING

 De bevolkingssamenstelling wijzigt voortdurend door sterfte en geboorte
 Demografische studies zijn daarom noodzakelijk (NIS)

2.3 BEVOLKINGSPIRAMIDE

 Tegenwoordig dunne basis & brede kruin
 Binnen de groep ouderen merken we een dubbele vergrijzing
 Kleinere gezinnen en een langer leven
o Veroudering gaat over het verschuiven van de leeftijdsopbouw van
de bevolking
o 2 fasen: ontgroening & vergrijzing

2.4 OORZAKEN VAN DE BEVOLKINGSVERGRIJZING

 Daling geboorte zijn
o Positieve kijk op het ouderschap




2